Lui zijn betekent dat je niet bereid bent ergens moeite voor te doen, waardoor jouw energie niet op gang komt. Welke energie? Wanneer je lui bent, zal je geen passie, voldoening of werkplezier ervaren. Energetisch werkt het tegen je dus.
Luiheid kan ontstaan na een gevoel van overprikkeling of overweldiging: hetgeen je moet doen stijgt je boven het hoofd en je kunt je er niet toe zetten om een begin te maken. En dan heb je nog de luiheid om het lui zijn; als je gewoon echt geen zin hebt. En soms, soms is dat niet erg.
het lui zijn
` het ontbreken van de wil iets te doen. 1) Afkeer van inspanning 2) Afkeer van werk 3) Gemakzucht 4) Het nietsdoen 5) Het niksdoen 6) Indolentie 7) Inertie 8) Karaktereigenschap 9) Lamlendigheid 10) Langzaamhei... De eigenschap van lui te zijn.
Als jij je lusteloos voelt ben je moe en heb je nergens zin in. Daar zit het verschil met gewone vermoeidheid; als je vermoeid bent zijn er vaak nog wel dingen waar je zin in hebt om te doen. Afhankelijk van hoe moe je bent, kun je dan alsnog wel de energie vinden om dat te gaan doen.
Oorzaak luiheid
Luiheid komt voort uit een gebrek aan doelen. Of beter gezegd: een gebrek aan inspirerende en concrete doelen. Er zit groot een verschil tussen 'ik ga vandaag gewoon werken' en 'ik ga vandaag het beste uit mezelf omdat ik meer geld wil verdienen'. De intentie is belangrijk.
Overmatige slaperigheid gedurende de dag noemen we ook wel hypersomnie. Hypersomnie is dus niet hetzelfde als vermoeidheid. Mensen met hypersomnie slapen erg vel en hebben overdag aanvallen van ongewild in slaap vallen.
Luiheid is dus eigenlijk iets dat we van onze voorouders geërfd hebben. Toen middelen schaars of onzeker waren, was het belangrijk om energie te sparen. De eerste mensen wisten tenslotte niet wanneer ze het konden nodig hebben. Misschien neemt luiheid dus over wanneer je een soort onzekerheid in je leven merkt.
Dat inactief is of dat traag zich traag ontwikkelt en verspreidt. Dat weinig of helemaal geen pijn veroorzaakt.
Schrijf één hoofdstuk, of zelfs één alinea. Doe iets, maar probeer niet alles te doen. Houd het klein en behapbaar. Bewijs aan jezelf dat je iets voor elkaar krijgt, voel je trots en merk hoe je de volgende keer sneller aan het werk zult gaan.
Verander jezelf
Dat zou je bijvoorbeeld kunnen naar een persoon waar je “last” van hebt omdat die te gemakzuchtig is. Stop eens met in actie te komen voor die persoon en accepteer dat het misschien ongemakkelijk is. Het dient een positief doel, namelijk dat jij je meer op je gemak gaat voelen.
De kleinste taken zijn al te veel gevraagd en dat kan zorgen voor gevoelens van falen. Als je een burn-out hebt, dan heb je vaak ook veel klachten die voorkomen bij een depressie. Zo voel je je vaak somber, lusteloos en heb je last van schuldgevoelens. De ziektebeelden zijn moeilijk van elkaar te onderscheiden.
Hersenvermoeidheid, neurofatigue, fatigue of organische vermoeidheid zijn de termen voor de enorme intense moeheid die met hersenletsel kan komen.
Omhoog en naar rechts kijken is een teken van verveling. Pupillen worden groter als iemand geïnteresseerd is, maar meestal worden ze juist kleiner als iemand verveeld raakt. Het ontwijken van oogcontact betekent meestal dat iemand iets voor je verborgen houdt, dat hij/zij je niet vertrouwd of bang voor je is.
Misschien ga je door een moeilijke periode heen en zie je het even niet meer zitten. In zulke situaties krijgen veel mensen met ongelukkig zijn symptomen te maken. Ze voelen zich bijvoorbeeld lusteloos en vermoeid. Ook negatief denken over jezelf en je leven hoort bij de bekende ongelukkig zijn symptomen.
We noemen niets voelen of geen plezier meer beleven ook wel anhedonie. Iedereen heeft dit weleens en het gaat vaak gewoon weer over. Als het lang duurt en erg is, kan het ook onderdeel zijn van bijvoorbeeld depressie, trauma, psychose, persoonlijkheidsproblemen.
Bij uitstellers is een specifiek deel van de hersenen, de amygdala, gemiddeld groter. In dit gebied worden emoties als angst gecontroleerd. Mensen die vaker uitstellen, zijn over het algemeen dus voorzichtiger. Ze zijn vaker bang voor de uitkomst van hun handelen, waardoor ze eerder geneigd zijn de taak uit te stellen.
De lange werkuren vlak voor het verstrijken van de deadline kunnen een hoge mate van stress opleveren. Maar ook geïrriteerdheid, schuldgevoelens, angstgevoelens, slapeloosheid en zelfs apathie (niet in staat zijn ook maar iets te ondernemen) en depressie kunnen de vergaande gevolgen zijn van uitstelgedrag.
Het uitstelgedrag wordt altijd ergens door veroorzaakt. Vaak door de angst om iets verkeerd te doen of te falen. Een veelvoorkomende vorm hiervan is faalangst. Zonder dat je er perse bewust van bent, ben je al bang om iets fout te doen voor je eraan begint, dus stel je het maar uit.
Als je bewust bent van de situaties waarin je jezelf helemaal kwijt kan zijn, is het belangrijk om rust en ruimte in je hoofd te creëren. Door jezelf terug te trekken en je persoonlijke verlangens te ordenen, kun je de oorzaak achterhalen waar je jezelf bent kwijtgeraakt.