De onder bewind gestelde persoon is handelingsonbevoegd. Iemand voor wie een mentorschap is ingesteld, kan niet meer zelfstandig beslissingen over zijn verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding.
U vraagt curatele aan bij de rechtbank in uw regio. Gebruik daarvoor het formulier 'Verzoek tot ondercuratelestelling'. De betrokkene kan zelf ook een aanvraag doen.
Inhoud bewind
Staan de goederen en het geld van iemand onder bewind? Dan mag hij daar zelf niet meer over beslissen. Hij mag bijvoorbeeld niet zelf zijn huis verkopen zonder toestemming van de bewindvoerder.
Als iemand van 18 jaar of ouder niet meer goed voor een deel of het geheel van zijn geldzaken kan zorgen, kan de rechter een bewindvoerder benoemen die deze geldzaken beheert. De rechter controleert of de bewindvoerder dat goed doet. Bewind regelen en wijzigen zijn procedures die vallen onder het civiel recht.
Curatele is een manier om iemand te beschermen die niet goed voor zijn geldzaken, bezit en persoonlijke zaken kan zorgen. De rechter stelt een curator aan die dit voor hem doet. Iemand die onder curatele staat is handelingsonbekwaam.
Wilsonbekwaamheid moet per situatie beoordeeld worden
De arts moet per situatie beoordelen of de cliënt daarover een beslissing kan nemen. Wilsonbekaamheid is daarom altijd 'terzake': voor de situatie waarin hij wilsonbekwaam is verklaard.
Wat houdt bewindvoering in? Als je onder bewind bent gesteld, wordt alles wat met geld te maken heeft beheerd. Dit zijn dus jouw inkomen en alle toeslagen, uitgaven en schulden en ook eventuele waardevolle goederen zoals een auto of een eigen woning.
Duur van beschermingsbewind
Meestal wordt er geen specifieke einddatum uitgesproken en is het beschermingsbewind dus voor onbepaalde tijd. Als er wel een einddatum wordt uitgesproken, dan eindigt het bewind na deze datum.
In de schuldhulpverlening wordt vaak gesproken over “bewindvoering”. Soms wordt er gesproken over “beschermingsbewind” en andere keren over “WSNP-bewind”. Er zijn inderdaad 2 vormen van bewindvoering: WSNP-bewind (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) en Beschermingsbewind.
Iemand die onder bewind staat is van rechtswege beperkt in zijn rechtshandelingen en (financiële) transacties. Zo mag hij de onder bewind gestelde goederen niet zelfstandig verkopen en er geen hypotheek op nemen. Ook mag hij geen andere contracten zoals een telefoonabonnement afsluiten.
Een beschermingsbewindvoerder, curator of mentor staat onder toezicht van de kantonrechter. Heeft diegene 3 of meer personen onder zijn hoede, dan moet hij aan kwaliteitseisen voldoen. Deze eisen gaan over de opleiding, integriteit en bedrijfsvoering. Een accountant controleert dit jaarlijks.
De bewindvoerder mag alleen beschikken over onder bewind gestelde goederen (zoals het verkopen van een huis of het doen van een grote, niet alledaagse aankoop) met toestemming van de rechthebbende of, als deze daartoe niet in staat is of weigerachtig is, met schriftelijke en voorafgaande machtiging van de kantonrechter ...
Het gaat meestal om mensen die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen zoals verstandelijk gehandicapten, psychiatrisch patiënten, dementerende ouderen, of verslaafden (bijv. aan gokken, alcohol, drank of drugs). Mensen die failliet zijn, raken niet handelingsonbekwaam, maar worden beschikkingsonbevoegd.
De vrederechter onderzoekt wat die persoon nog zelf kan doen en wat niet meer, al dan niet tijdelijk. Voor datgene wat die de te beschermen persoon niet meer zelfstandig kan doen, wordt hij onbekwaam verklaard en krijgt hij een bewind- voerder aangewezen.
Wanneer iemand 18 jaar of ouder is, is hij meerderjarig. Volgens de wet is hij dan ook handelingsbekwaam. Dat betekent dat hij zelfstandig rechtshandelingen mag verrichten en daar ook verantwoordelijk voor is. Hij mag dingen kopen, een contract afsluiten, geld lenen, trouwen, scheiden etc.
Als er geen sprake van kinderbijslag is en je inkomen op bijstandsniveau dan is er ruimte voor ongeveer 50 euro per maand voor kleedgeld, kapper etc.
Er bestaat geen wettelijk minimumbedrag voor het leefgeld. De bewindvoerder bepaalt de hoogte voor zijn of haar cliënt gebaseerd op het inkomen, vaste lasten en eventuele schulden. Indien het budget het toelaat, wordt er wel rekening gehouden met een normbedrag van 40 euro per week voor de eerste persoon.
Er bestaan geen wettelijke minimale eisen aan het te verstrekken leefgeld, een bewindvoerder zal echter wel begrijpen dat u geld nodig heeft om te leven en u zoveel mogelijk ondersteunen hierbij. Ik krijg geen of minder leefgeld mag dit? JA, in principe is het mogelijk dat u geen leefgeld krijgt.
Sparen is belangrijk
Maar het is niet het belangrijkst. Op de eerste plaats staat altijd uw leefgeld, zodat u boodschappen kunt doen. Het betalen van uw vaste lasten (zoals huur, energie en verzekeringen) staat op twee. Als er daarna niets over is om opzij te zetten, doen we dat niet.
Als bewindvoerder kunt u te maken krijgen met een afwikkeling nalatenschap. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de cliënt (de rechthebbende) is overleden. Als bewindvoerder moet u dan op zoek gaan naar de erfgenamen om rekening en verantwoording af te kunnen leggen en de goederen over te dragen.
De bewindvoerder kan alleen met toestemming van de betrokkene of, indien deze daartoe niet in staat is of weigerachtig is, met machtiging van de kantonrechter, over de onder bewind gestelde goederen beschikken (bijvoorbeeld het verkopen van een huis of het doen van een grote, niet alledaagse aankoop). Zie verder 7.
Door dementie raakt iemand op een gegeven moment wilsonbekwaam. Dit betekent dat de persoon met dementie de gevolgen van zijn handelen of beslissingen niet meer goed kan overzien.
Als iemand wilsonbekwaam is (geworden), vraagt de arts aan een vertegenwoordiger van de patiënt om beslissingen te nemen. De patiënt kan daar van tevoren iemand voor aanwijzen. Heeft iemand dat niet gedaan, dan is een familielid de wettelijk vertegenwoordiger. Bijvoorbeeld een echtgenoot, een ouder of een kind.
Je bent niet perse wilsonbekwaam, wanneer je bewust kiest om een advies van de dokter niet op te volgen. Belangrijk is dat je de informatie begrijpt en een overwogen keuze kunt maken. En dat je de gevolgen van je beslissing kunt beoordelen en overzien. Als je een bewuste beslissing kan nemen, ben je wilsbekwaam.