Hondsdolheid, ook wel rabiës genoemd, is een dodelijke infectieziekte die wordt veroorzaakt door een virus. Rabiës kan via een beet, krab of lik van een geïnfecteerd dier overgedragen worden op mensen.
Iemand kan rabiës krijgen als hij is gebeten of gekrabd door een besmet dier. Of doordat speeksel van het dier op het slijmvlies van bijvoorbeeld de ogen of mond komt. In Nederland zijn bepaalde soorten vleermuizen soms besmet. In andere landen kunnen ook andere zoogdieren besmet zijn met het virus.
Hoe? Het virus wordt overgebracht door een beet, krab of lik van een besmet dier. Via wondjes in de huid of de slijmvliezen (ogen, mond) dringt het virus het lichaam binnen. Eenmaal in het zenuwstelsel doorgedrongen, zal het virus rabiës veroorzaken en is geen genezing meer mogelijk.
Besmettingsweg: Via beet, kras, lik of krab van een besmettelijk dier. Incubatietijd: Meestal 20-90 dagen.
Veel voorkomende symptomen zijn gedragsveranderingen, agressie, speekselen, moeite met slikken en verlammingsverschijnselen beginnend aan de achterhand. Als eenmaal de symptomen zich voordoen is het verloop erg progressief en volgt de dood meestal binnen 7 dagen.
Hondsdolheid, ook wel rabiës genoemd, is een dodelijke infectieziekte die wordt veroorzaakt door een virus. Hondsdolheid kan via een beet, krab of lik van een geïnfecteerd dier overgedragen worden op mensen. Infectie leidt tot zenuwverschijnselen.
Oorzaak hondsdolheid
Vrijwel elk zoogdier kan de ziekte oplopen. In Europa komt dit vooral door vossen en vleermuizen. Het Rabiësvirus dat vleermuizen met zich meebrengen is een andere vorm van Rabiës, maar wordt net zo goed overgedragen op mensen, katten en honden.
Besmetting van mens op mens is zeldzaam. Hondsdolheid is een dodelijke ziekte, die voorkomen kan worden door onmiddellijk na de blootstelling aan het besmette dier een reeks vaccinaties te geven en een behandeling met antistoffen te starten.
Door het bijten of likken van een dier dat het virus draagt, kan het dier het hondsdolheid-, of rabiësvirus doorgeven. Vaak is dit een hond, maar soms ook een vleermuis of een aap. Zonder de juiste inentingen of medicijnen is de ziekte dodelijk. Jaarlijks sterven meer dan 55.000 mensen aan rabiës.
Alleen Nieuw-Zeeland, Antarctica, grote delen van Oceanië, Japan, een aantal Europese landen en sommige eilanden zijn vrij van rabiës. In Noord-Amerika en een deel van Oost-Europa komt rabiës alleen bij wilde zoogdieren voor. In andere regio´s, zoals West-Europa, komt het alleen bij vleermuizen voor.
Rabiës is een dodelijke ziekte. In de internationale literatuur wordt bij hoge uitzondering melding gemaakt van patiënten met symptomen van rabiës die de ziekte overleefd hebben.
Rabiës is een dodelijke infectieziekte die onder andere voorkomt bij honden en katten. Rabiës komt niet voor in Nederland, maar komt nog wel voor in Oost Europa.
Rabiës komt in de meeste delen van de wereld voor en met name veel in Afrika, India, Zuidoost-Azië, China, en Zuid- en Centraal-Amerika (vooral Brazilië, Peru en Mexico). In enkele landen komt het rabiësvirus niet voor (bijvoorbeeld Engeland, Ierland, Australië, Noorwegen, Zweden en Japan).
Vaccinaties. Sommige mensen lopen extra kans op een infectie met rabiës. Zij kunnen na 5 jaar een nieuwe vaccinatie (herhaling vaccinatie) nodig hebben.
Als u volledig bent ingeënt tegen rabiës is nog steeds een herhaling van de inenting nodig (2 prikken). Met deze prikken moet zo snel mogelijk na de beet gestart worden. Dat verkleint de kans om ziek te worden. In veel landen zijn vaccinaties wel, maar de antistoffen niet of moeilijk verkrijgbaar.
Spoel de wond met lauwwarm water uit de kraan of douche. Ga naar uw huisarts. Een bijtwond kan tot 8 uur later worden gehecht. Uw huisarts controleert of u voldoende tegen tetanus bent ingeënt.
De ziekte van Weil geeft veelal wel ernstige verschijnselen, die tot in 20% van de gevallen een dodelijke afloop kunnen hebben, indien behandeling niet tijdig wordt gestart.
De kans op de infectieziekte is het grootst bij honden die zwemmen of in een waterrijk gebied wonen. Honden kunnen elkaar besmetten en als baasje kun je via de urine van je hond de ziekte ook krijgen. Je kunt je hond inenten tegen de ziekte van Weil. Hierdoor is de kans op besmetting een stuk kleiner.
Veel geïnfecteerde honden tonen helemaal geen symptomen. Honden die de ziekte van Lyme ontwikkelen, hebben in eerste instantie vaak koorts, kunnen wisselend kreupel zijn en vergrote lymfeknopen hebben. Ook neurologische verschijnselen kunnen optreden en in een later stadium nierproblemen.
Zoönosen zijn ziekten die van dier op mens kunnen overgaan. Zoönosen komen regelmatig in het nieuws. Denk hierbij aan Q-koorts, maar ook gekkekoeienziekte en hondsdolheid zijn bekende zoönosen. Er zijn echter meer ziektes die (huis)dieren kunnen overbrengen op mensen.
Het is voor een hond dé manier om zichzelf te verdedigen. Zijn gedrag kan gericht zijn naar andere honden, vreemde mensen, specifieke honden of mensen (bijvoorbeeld kinderen, mannen of voor de hond aparte verschijningen) en zelfs richting zijn eigen baasjes!
Alleen lijkt het op angst/onzekerheid als mensen te dichtbij hem komen. Hij is zo snel dat je het niet aan ziet komen. Sterker nog hij kan vooraf ontspannen zijn en kwispelend iemand tegemoet gaan en daarna kan hij toch ineens happen in kuit/been.
Bijten zonder dreigen
Dat kan komen doordat de hond in het verleden gestraft is voor bijvoorbeeld grommen. Als hij zo heeft geleerd dat zijn waarschuwingen niet helpen en dat de situatie er voor hem zelfs slechter op wordt, zal hij het waarschuwen gaan overslaan en direct bijten om zichzelf toch te verdedigen.
Uit onderzoek blijkt dat een vaccinatie tegen de ziektes parvo, HCC en hondenziekte uw hond minstens drie jaar beschermt tegen deze gevaarlijke ziektes, mits uw hond in het verleden een goede basisvaccinatie heeft gehad.