Een andere naam voor het virus is humaan herpesvirus type 4 (HHV-4). Na infectie blijft het virus (net als andere herpesvirussen) levenslang in het lichaam. Het wordt normaal onder controle gehouden door het immuunsysteem. EBV veroorzaakt de ziekte van Pfeiffer of klierkoorts (mononucleosis infectiosa).
Klierkoorts of mononucleose is in de volksmond beter bekend als de 'kusziekte'. Soms spreekt men ook van de ziekte van Pfeiffer. Klierkoorts is het gevolg van een infectie veroorzaakt door het Epstein-Barrvirus. Dit virus wordt doorgegeven via het speeksel; vandaar de naam 'kusziekte'.
Hoewel de ziekte van Pfeiffer door nauw contact, waaronder zoenen, kan worden overgedragen, wordt het niet officieel geclassificeerd als een seksueel overdraagbare aandoening (SOA).
Klierkoorts ofwel mononucleosis infectiosa, in Nederland bekender onder de naam ziekte van Pfeiffer, is een virale infectie door het epstein-barrvirus (EBV), een herpesvirus (Humaan Herpesvirus 4, HHV-4). De ziekte is in 1889 ontdekt door Emil Pfeiffer.
Klachten / symptomen cytomegalie
De verschijnselen van cytomegalie wisselen sterk. Bij gezonde volwassenen leidt het soms tot verschijnselen die op Pfeiffer lijken: dagenlang koorts, keelpijn, vermoeidheid, lymfeklierzwelling en soms een leverontsteking.
Wat is EBV? Het Epstein-Barr virus (EBV) is één van de meest voorkomende virussen, maar liefst 95% van de wereldbevolking draagt dit virus bij zich. Het virus wordt overgedragen via lichaamsvloeistoffen, zoals speeksel. Besmetting vindt meestal al plaats tijdens de kinder- of pubertijd.
Het Epstein-Barr virus (EBV) is een van de meest voorkomende virussen ter wereld, dat bijna 90-95% van de volwassenen heeft geïnfecteerd. Meestal veroorzaakt een EBV-infectie geen symptomen, maar bij een gecompromitteerd immuunsysteem kan de infectie leiden tot mononucleosis (Pfeiffer).
De diagnose van een primo-infectie of een doorgemaakte infectie berust op serologie. EBV reactivaties bij immuungecompromitteerde patienten wordt vastgesteld met behulp van EBV DNA bepaling (PCR) in bloed of weefsel.
Promovenda Octavia Ramayanti deed onderzoek naar kanker in de neus-/keelholte. Het Epstein-Barr virus (EBV) kan bijdragen aan het ontstaan van de kanker en wordt bij veel patiënten aangetroffen.
Iedereen kan de ziekte van Pfeiffer krijgen. Jonge kinderen en jongeren hebben meer kans om ziek te worden. Soms kan iemand die de ziekte van Pfeiffer heeft gehad, later weer opnieuw klachten krijgen.
Het virus kan de werking van die cellen verstoren, waardoor ze onbeheersbaar worden en beginnen te groeien. Wellicht spelen ook andere factoren (cofactoren) een rol. Wie ook een andere aandoening heeft die het immuunsysteem treft, loopt een hoger risico om kanker als gevolg van EBV te ontwikkelen.
Algemene informatie CMV – EBV serologie
EBV IgM) 2 tot 4 jaar positief blijven.
Er is sprake van licht verhoogde lever enzymen en een verhoogd CRP.Verder vallen op een verhoogd LDH en een sterk verhoogd ferritine.
Wat is het cytomegalovirus (CMV)?
Anderen kunnen wel last hebben van griepverschijnselen. Typische symptomen zijn (variërend van mild tot ernstig): koorts, keelpijn, vermoeidheid, huiduitslag, spier-/gewrichtspijn en gezwollen klieren. Het ziektebeeld is sterk vergelijkbaar met klierkoorts.
Bij een Epstein-Barr virus infectie worden in het serum achtereenvolgens VCA IgM antistoffen, VCA IgG antistoffen en EBNA IgG antistoffen aantoonbaar. De periodes waarin deze drie biomarkers aantoonbaar zijn overlappen deels met elkaar.
De ziekte van Pfeiffer is een besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door het epstein-barrvirus. Een meerderheid van de volwassenen heeft een infectie met het virus doorgemaakt voor het twintigste levensjaar. Niet alle infecties gaan gepaard met ziekteverschijnselen.
De ziekte kan een week duren en gaat meestal vanzelf over, maar het kan ook langer aanhouden. De moeheid of uitputting kan tot wel 3 maanden duren. Het is belangrijk dat u klierkoorts serieus neemt, omdat u er flink last van kunt hebben.
De ziekte van Pfeiffer komt door een virus. Klachten die je kunt krijgen zijn: keelpijn, koorts en dikke, pijnlijke klieren in je hals. Pfeiffer gaat vanzelf over, meestal binnen een paar weken.
Uit natuurgeneeskundig onderzoek is gebleken dat het merendeel van de fibromyalgiepatiënten lijden aan de schimmelinfectie candida albicans. Ook wordt een relatie verondersteld met het epstein-barr-virus, behorend tot de groep van pfeiffer en herpesvirussen. De meeste fibromyalgiepatiënten hebben dit virus ooit gehad.
Mensen met een acute EBV infectie hebben vaak typische afwijkingen in het bloedbeeld: in ongeveer 70% van de infecties zijn atypische lymfocyten aantoonbaar. Atypische lymfocyten zijn echter niet specifiek voor EBV en zijn ook aantoonbaar bij bijvoorbeeld infecties met CMV, HIV en virale hepatitis.
De ziekteduur varieert tussen de twee weken en de twee maanden. Op een gegeven moment gaat ze vanzelf over. De acute symptomen duren meestal een tweetal weken, maar vooral de vermoeidheid kan soms maandenlang aanslepen. Belangrijk is vooral dat je, zoals bij een griep, voldoende rust.
Het Epstein-Barr-virus (EBV) is de veroorzaker van mononucleosis infectiosa (ziekte van Pfeiffer, kissing disease). Het virus (humaan herpesvirus 4 of HHV4) is ook betrokken bij het ontstaan van zeldzame vormen van kanker zoals het Burkitt-lymfoom en neus- en keelkanker.
Hoe lang ben je ziek van Pfeiffer? Meestal heb je twee tot drie weken last van de symptomen van Pfeiffer, zoals keelpijn en opgezette lymfeklieren. Daarna kun je je nog een paar weken moe voelen.Bij sommige jongeren duurt de vermoeidheid een paar maanden.
De feitelijke incidentie van EBV reactivatie en PTLD na een allogene SCT varieert van ongeveer 1% bij een enkele risicofactor tot tussen de 8 en 22% bij aanwezigheid van meerdere risicofactoren. Door het gebruik van non-myeloablatieve conditionering lijkt het risico op EBV reactivatie en PTLD eveneens toe te nemen.