De uitslag van de Citotoets is niet meer leidend, maar het oordeel van de leerkracht. En dat oordeel hebben de kinderen al binnen. De Citotoets wordt daarom dit jaar pas in april afgenomen. Het is nog slechts een manier om te kijken of het oordeel van de docent er niet te veel naast zat.
Cito Eindtoets uitslag
Het advies van de school is altijd leidend. Zij kennen je kind immers het beste. Middelbare scholen mogen een leerling dan ook niet zomaar weigeren.
De Cito-score kan invloed hebben op het definitief advies van de basisschool. De score van een leerling wordt bepaald door hoeveel vragen er goed beantwoord wordt op drie toets onderdelen: taal, studievaardigheden en rekenen-wiskunde. Dit zijn onderdelen waar een leerling beter in wordt wanneer ermee wordt geoefend.
Uit onderzoek blijkt inderdaad dat de mate van vertekening in testscores over het algemeen kleiner is dan die in het menselijk oordeel (hoewel ook toetsen doorgaans niet volledig eerlijk zijn). Dit betekent niet dat het menselijk oordeel irrelevant is.
Hoeveel fouten er gemaakt kunnen worden om toch de maximale score te halen, verschilt per jaar. Hiervoor worden de scores van alle leerlingen met elkaar vergeleken en op basis van daarvan wordt de schaalverdeling gemaakt. Meestal kan een kind maximaal rond de twaalf antwoorden fout beantwoorden om toch 550 te scoren.
In 2017 behaalden 6154 leerlingen de maximale score van 550. De maximale score van 550 kan ook worden behaald als er fouten worden gemaakt. Voor de maximale score van 550 moest een leerling 20 fouten of minder maken (van in totaal 220 taal- en rekenopgaven). Bij deze score adviseren scholen het vwo-niveau.
Ze geven aan welke aanpak in eerste instantie voor de leerling de komende tijd geïndiceerd is. Een leerling die laag scoort past een intensieve aanpak, een gemiddeld scorende leerling past een de basisaanpak, en een hoog scorende leerling past een verrijkte aanpak. Per leerdoel kan deze indeling soms wisselen.
De Cito-toets is niet verplicht. Een Eindtoets is wel verplicht. Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs heeft de Eindtoets in 2015 verplicht gesteld voor alle basisschoolleerlingen in Nederland.
Reformatorische en islamitische basisscholen scoren het beste op de eindtoets. Dat blijkt uit het jaarlijkse scholenonderzoek van RTL Nieuws.
De Cito-score mag voor het voortgezet onderwijs niet meer doorslaggevend zijn. Voorheen bepaalden middelbare scholen aan de hand van de Cito-score in welke klas en op welk niveau leerlingen geplaatst werden.
Na de Cito-toetsen kun je de leerlingen van jouw groep in niveau- en/of instructiegroepen indelen op grond van de Cito-uitslagen. Maar zou het niet veel beter (en dichter bij de praktijk van elke dag) zijn om je niveau- en/of instructiegroepen in te delen op grond van methodetoetsen, observaties en gesprekken?
Ga in gesprek met de middelbare school
Het schooladvies is leidend. Maar u kunt met de middelbare school in gesprek gaan. In de praktijk volgen de meeste scholen het advies van de basisschool op, maar het komt ook voor dat zij akkoord gaan met een andere plaatsing.
Een advies voor het voortgezet onderwijs kan enkelvoudig zijn: vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gt, havo, vwo; of dubbel, met twee aan elkaar grenzende schooladviezen: vmbo-b/k, vmbo-k/gt, vmbo-gt/havo, havo/vwo. Een advies dat uit meer dan twee niveaus bestaat is niet toegestaan.
Ook als het om een 'half' schoolniveau gaat. Bijvoorbeeld: een havo-advies wordt een havo/vwo-advies, als dat het advies is vanuit de eindtoets. Met dit definitieve schooladvies kan een leerling naar een havo/vwo-middelbare school.
Leerlingen waarvan de resultaten niet meetellen zijn: zeer moeilijk lerende leerlingen (IQ<75) leerlingen met ontwikkelingsperspectief vso-arbeidsmarkt of vso-dagbesteding. leerlingen die vier jaar of korter in Nederland zijn en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheersen.
Bij de toetsen van het CITO Leerlingvolgsysteem (LVS) wordt de uitslag omgezet in een letterscore van A tot en met E of naar Romeinse cijfers I t/m V. Het hoogste niveau is A, en het laagste niveau is E.
leerlingen die volgens hun ontwikkelingsperspectief uitstromen naar het voortgezet speciaal onderwijs binnen de uitstroomprofielen arbeidsmarkt of dagbesteding; leerlingen met een IQ lager dan 75; leerlingen die 4 jaar of minder in Nederland zijn en het Nederlands nog niet voldoende beheersen.
De scores voor begrijpend lezen en rekenen tellen het zwaarst mee voor het schooladvies. Dit omdat begrijpend lezen bij de meeste vakken in het voortgezet onderwijs belangrijk is en omdat rekenen de basis is van wiskunde, maar ook belangrijk is bij de andere bètavakken.
Iedere letter geeft een bepaald resultaat aan, waarbij geldt, dat A het hoogste niveau is en E het laagste niveau. Niveau B: gemiddeld tot goed (volgende 25%); percentiel 51 t/m 75. Niveau C: zwak tot gemiddeld (volgende 25%); percentiel 26 t/m 50.
„Vooral de vierde klas havo staat al jaren als probleemklas bekend. Daar blijven de meeste leerlingen zitten. Onderzoeken hiernaar hebben nooit keiharde oorzaken aangewezen, maar in de onderwijswereld worden wel steeds dezelfde verklaringen genoemd.”
Deze toets meet de kernvaardigheden Nederlands, Engels, rekenen en wiskunde. Kortom, een goed vertrekpunt voor het volgen van alle leerlingen. Toets 0 geeft inzicht in individuele prestaties, vaardigheden en hoe die zich tot andere leerlingen verhouden.