Bakkers hanteren een vast zoutpercentage van 1,5% zout ten opzichte van de hoeveelheid meel, dat op alle broodsoorten wordt toegepast. Uit ervaring blijkt dat in recepturen een zoutpercentage van 1,5% ten opzichte van het meel overeenkomt met de wettelijke grens van maximaal 1,8% zout op de droge stof.
Brood bevat gemiddeld circa 0,35 gram zout (140 mg natrium) per boterham van ongeveer 35 gram. Het verschilt erg per broodsoort. Volgens het Warenwetbesluit Meel en brood mag er maximaal 1,8 procent (bakkers)zout berekend op de hoeveelheid droge stof in brood zitten.
Het gemiddelde percentage zout dat aan brood wordt toegevoegd varieert van 1,8% tot 2,2% van de totale hoeveelheid meel, afhankelijk van het recept en de persoonlijke voorkeur. Een laag zoutgehalte kan natuurlijk leiden tot saai en smakeloos brood, iets meer dan de 2,2% norm zal gemiddeld te zout bevonden worden.
Zout in brood heeft meerdere functies. In eerste instantie zorgt het voor meer smaak aan het brood. Zout zorgt er ook voor dat het deeg goed werkbaar is voor de bakkers. Het verstevigt de structuur van het brood, waardoor we een luchtige binnenkant en een groter volume van het brood krijgen.
Zout versterkt deeg
Zout zorgt ervoor dat de textuur van brood of gebak verstevigt. Dat komt doordat zout zorgt voor een sterkere verbinding tussen gluten. Concreet betekent dat dat zout ervoor zorgt dat je deeg mooi rijst wanneer het in de oven zit en dat het niet in elkaar zakt bij afkoeling.
Waarom zijn zout en gist geen vrienden van elkaar? Zout kan een gistcel kapot maken door de osmotische druk.
Een snuifje zout – in Nederlandse recepten staat meestal 'een snufje' – is precies die hoeveelheid die je tussen je duim en wijsvinger kunt vasthouden. Als je dat uitdrukt in gewicht kom je uit op 0,3 à 0,4 gram zout: héél weinig dus en zeker minder dan een mespuntje: dat zijn al snel 3 à 4 snuifjes zout.
Tarwe zoals tarwe bedoeld is, maar dan zónder toegevoegd zout! Speciaal voor mensen die zout- of natrium arm moeten eten. Hoewel zonder zout, toch een smakelijk bruin brood. 1 boterham weegt circa 33 gram.
Je lichaam gebruikt dit voor het prikkelen van zenuwen, het samentrekken van spieren en het goed opnemen en afvoeren van vocht. Hiervoor is ongeveer 1 tot 3 gram zout nodig. Gemiddeld krijgen we zo'n 9 gram zout binnen. De Hartstichting adviseert om maximaal 6 gram zout per dag te eten.
Een zelfgebakken brood is (meestal) goedkoper dan een brood van de warme bakker. In de prijs van een zelfgebakken brood zitten namelijk geen kosten voor de arbeidstijd of de verkooptijd, zoals dat het geval is bij de warme bakker.
Gebruiken we een deeg met een veel lagere deegtemperatuur dan moeten we de narijs flink verlengen, in extreme gevallen tot meer dan de dubbele rijstijd. Het beste dat je kan overkomen door gewoon te wachten en het deeg langer te laten rijzen voordat je het gaat bakken, is een hoog gerezen deeg dus een luchtig brood.
Een beproefde methode: eerst zout en water in de bakvorm, daarna meel of bloem het water bedekken, daarna de gist er bovenop en eventueel andere ingrediënten zoals enzymmix of broodverbeteraar.
Reden: vaak staat alleen de hoeveelheid natrium op een product vermeld. Omrekenen doe je zo: X gram natrium * 2,5 = het aantal gram zout. Dus als een product van 100 gram 2 gram natrium bevat, dan zit er dus 2 * 2,5 gram = 5 gram zout in. Dit is bijna de maximum hoeveelheid zout per dag voor volwassenen.
Zes gram fijn keukenzout zijn dus zo'n drie halve theelepels. In werkelijkheid krijgen we drie volle theelepeltjes binnen. Wij vrouwen eten gemiddeld 7,5 gram zout per dag. Mannen zelfs bijna 10 gram.
Minder zout eten verlaagt je bloeddruk. Een vermindering van 4,5 gram zout (1,8 gram natrium per dag), verlaagt de bovendruk met 2 mmHg. Dit positieve effect is ongeveer 2,5 keer groter bij mensen met een verhoogde bloeddruk.
Het meeste zout krijg je binnen via vleeswaren, kaas, brood, soepen in blik of pak, kant-en-klaarmaaltijden, pizza's, sauzen en snacks. Fabrikanten voegen zout niet alleen toe vanwege de smaak, maar ook voor de houdbaarheid en structuur van een product.
Welke kaas bevat minder zout? Alle jonge kazen, en dan met name de boerenkazen, hebben een lager zoutgehalte. Dit geldt bijvoorbeeld voor Maaslander, maar ook voor Emmentaler 45+ kaas, Milner, hüttenkäse, Leerdammer kaas en Goudse boerenkaas.
Als je te veel brood eet, is het mogelijk dat je veel zout binnenkrijgt. Je kunt ook voor een zoutarme variant kiezen. Daarnaast voelen sommige mensen zich slap na het eten van brood. Het kan zijn dat het brood wat je eet niet volledig volkoren is en daardoor minder vezels bevat.
Gewone kaas (20+, 30+, 40+ en 48+) bevat gemiddeld 0,4-0,5 gram zout per plak. Met een plak kaas bedoelen we 20 gram. De meeste plakken voorgesneden kaas wegen 30 tot 35 gram, dus bevatten ook meer zout.
Bruinbrood bevat twee keer zoveel vitamines en mineralen als witbrood en volkorenbrood drie keer zoveel. Witbrood kan in een aantal situaties beter zijn dan volkorenbrood, bijvoorbeeld om suikers snel aan te vullen. Speltbrood is niet gezonder dan tarwebrood. Neem je speltbrood, kies dan voor volkoren.
Een korrel zout weegt 0,00116 gram.
Overig - 1 eetlepel staat gelijk aan:
Water: 15 gram. Kruidenpoeder: 2 gram. Gedroogde kruiden: 5 gram.