Voogd registreren in gezagsregister
In het gezagsregister kan je één of twee voogden aanwijzen en aangeven of deze gezamenlijk of los van elkaar de voogdij op zich moeten nemen. Je kan het register samen met je partner invullen of afzonderlijk van elkaar.
Werkt een gezagdragend ouder onvoldoende mee, dan kan een gezinsvoogd een schriftelijke aanwijzing geven. Wordt een aanwijzing niet nageleefd door de ouders, dan moet de GI weer naar de rechter voor een dwangmiddel. Dit kan een dwangsom zijn. De gezinsvoogd mag niet eenzijdig bijvoorbeeld een omgangsregeling inperken.
U kunt een voogd aanwijzen in het gezagsregister bij de rechtbank. Of u kunt een voogd benoemen in uw testament. Een voogd krijgt het gezag over minderjarige kinderen na het overlijden van de ouder(s).
Wat als je een voogd hebt aangewezen, maar dit wilt veranderen? Dat kan. Je kunt het wijzigen in je testament door contact met je notaris op te nemen. In het gezagsregister kun je het ook eenvoudig wijzigen.
Ouders wijzen u aan als voogd
Ouders kunnen 1 of 2 personen op de volgende manieren aanwijzen als voogd: Ouders kunnen u als voogd aanwijzen door registratie in het gezagsregister. Ouders kunnen in een testament bij de notaris laten vastleggen dat zij u aanwijzen als voogd.
Een voogd is in het recht een handelingsbekwame (rechts)persoon die instaat voor de persoon en de goederen van een onbekwame minderjarige, soms pupil genoemd. De voogd kan de taak van de ouders overnemen wanneer deze komen te overlijden of wanneer deze het kind "niet meer kunnen hanteren".
Uw voogdij eindigt als het kind 18 jaar wordt. De voogdij kan ook stoppen omdat 1 of beide ouders het gezag weer terugkrijgen. Als de voogd overlijdt, benoemt de rechter opnieuw een voogd.
Het ouderlijk gezag is namelijk het gezag over het kind dat door de ouders wordt uitgeoefend en voogdij is het gezag over het kind dat door een ander dan de ouder van het kind, over het kind, wordt uitgeoefend.
U kunt een voogd aanwijzen in het gezagsregister van de rechtbank, of in uw testament. Wij adviseren u goed na te denken over de vraag wie de voogdij over uw kinderen krijgt. Dit kunnen bijvoorbeeld opa en oma zijn, een ander familielid of een gezamenlijke vriend(in) of kennis.
Het verzoek tot opheffing van de ondertoezichtstelling kan worden gedaan door Bureau Jeugdzorg, door de met het gezag belaste ouder en door een minderjarige die twaalf jaar of ouder is.
Voorlopige voogdij
De VoVo heeft een hoog crisisgehalte. De schorsing van het gezag en de voorlopige voogdij zijn tijdelijk: maximaal drie maanden.
Gezamenlijk ouderlijk gezag (2 ouders): de andere ouder
Als u allebei overlijdt, bepaalt de rechter wie voogd wordt. Heeft u als ouders een voogd benoemd in uw testament of laten aantekenen in het gezagsregister? Dan vraagt de griffier van de rechtbank of deze persoon voogd wil worden.
Niet iedereen kan als voogd worden benoemd. De voogd die de ouders aanwijzen: Moet een persoon zijn, een instelling is niet toegestaan. Mag niet lijden aan een geestelijke ziekte of onder curatele staan.
Om als vader of partner het ouderlijk gezag te krijgen, moet u samen een verzoek doen bij de rechter. Dit kan pas als u juridisch ouder bent. Daarvoor moet u het kind erkennen.
De gezinsvoogd begeleidt uw kind en helpt u bij het oplossen van de problemen. U moet de hulp en ondersteuning van een gezinsvoogd bij de opvoeding van uw kind accepteren. Maar u houdt wel het gezag over uw kind. U blijft dus zelf verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van uw kind.
Geen voogd
In het geval dat niemand de voogdij op zich wil of kan nemen, krijgt een instantie (bijvoorbeeld Stichting Jeugdbescherming) het gezag over het kind. Vervolgens zal de instelling een pleeggezin zoeken of het kind begeleiden met zelfstandig wonen.
De OTS duurt maximaal 1 jaar. De rechter kan dit telkens met 1 jaar verlengen. De OTS stopt automatisch als uw kind 18 jaar wordt.
Voogdij is een vorm van gezag waarbij het gezag niet bij de ouders ligt, maar bij een of twee voogden. De keuze hiervan kan door de ouders of door de rechter worden gedaan. Wanneer een minderjarige onder voogdij staat, is de voogd verplicht om te zorgen voor de minderjarige en om hem op te voeden.
Einde ouderlijk gezag bij gevaar voor ontwikkeling kind
De raad onderzoekt of de ontwikkeling van uw kind in ernstig gevaar is. En of er geen andere mogelijkheden zijn om dat gevaar te stoppen. Is dat het geval, dan kan de raad de kinderrechter vragen om uw gezag over uw kind te stoppen.
Nee, u kunt niet zelf afstand doen van het gezag over uw kind. Het is wel mogelijk om het ouderlijk gezag aan te passen naar eenhoofdig gezag van de andere ouder. De andere ouder heeft dan alleen het gezag. U kunt dit samen met de andere ouder vragen bij de rechter.
Wanneer het gezag over de kinderen bij één ouder rust en deze ouder komt te overlijden, dan benoemt de rechter een voogd voor de kinderen. De rechter zal zich daarbij meestal laten adviseren door de RvdK (Raad voor de Kinderbescherming).
Vaak is de peetouder een oom of tante of een van de grootouders van het kind, maar dit hoeft niet. Kan je niet kiezen en wil je meer dan twee peetouders aanstellen? Dat kan, net als het aanstellen van slechts één peetouder.
Na overlijden van de ouders van een minderjarig kind moet een rechter de voogdij over het kind aan een ander toewijzen. Als ouders hun wensen voor voogdij over hun kind niet hebben vastgelegd, wijst de familie meestal zelf een voogd aan.