Dat ligt aan de tijd die er tussen je duik en de vlucht zit. De aanbevolen richtlijnen zijn momenteel 12 uur na een enkele duik binnen de nultijd, 18 uur na herhalingsduiken en/of duiken na gedurende meerdere dagen en > 18 uur na duiken met een vereiste decompressiestop.
Bij meerdere dagen duiken achter elkaar of meerdere duiken op een dag wordt zelfs aangeraden 18 uur te wachten voordat je weer gaat vliegen. Hoe langer het interval tussen de duik en de vlucht, des te kleiner is de kans op decompressieziekte (zie decompressieziekte op de site).
Om decompressieziekte te voorkomen mag je dus min. 18 uur na de laatste duik niet vliegen. Nog beter is het om na een intensieve duikvakantie de eerst 24 uur niet te vliegen. Andersom kom je tijdens een vliegreis niet onder verhoogde druk, dus neem je ook niet meer stikstof op in je lichaam.
De nultijd is een maximale tijd die je op een diepte mag doorbrengen om een directe opstijging naar de oppervlakte te mogen maken. Of opstijgen naar jouw veiligheidsstop. Wanneer je binnen die maximale tijd duikt, hebt je geen complexe stops nodig om weer naar boven te mogen.
Daarom mag je niet te snel omhoog. Net als het afdalen moet je dit dus goed sturen met je trimvest! Je mag per minuut 10 meter stijgen. Dus als je op 20 meter diepte bent, doe je er twee minuten over om boven te komen.
Het ademen onder water kost meer energie dan op de kant en tijdens de inspanning en stress van het duiken kan aderverkalking losschieten en een hartinfarct veroorzaken. Hart en longen krijgen het voor hun kiezen tijdens het duiken. Bij duikers met een verminderde reserve kan het dan misgaan.
Het advies is na drie tot vier duikdagen een dag niet te duiken om het lichaam weer even te laten bijkomen. In de regel doen heel weinig mensen dat. Mijn advies is om het aantal duiken te beperken tot drie, hooguit vier per dag. Dat is al een serieuze belasting voor het lichaam.
Bij recreatief duiken kun je maximaal tot 40 meter diep duiken. Als basisduiker in open water is de limiet voor hoe diep je kunt duiken 18 meter. Als je dieper wilt duiken, adviseren we je om eerst een duikcursus voor gevorderden te volgen.
Voor recreatieve duikers geldt dat een diepe duik een duik is die gemaakt wordt op een diepte tussen de 18 meter en maximaal 40 meter diep. Overigens wordt door veel duikbonden zoals PADI geadviseerd niet dieper te duiken dan 30 meter en wordt 40 meter diep als de uiterste limiet beschouwd.
Met de nodige training en ervaring is de dieptelimiet bij recreatief duiken 40 meter/130 voet. Beginnende duikers gaan niet dieper dan 18 meter/60 voet.
Als je bent gaan duiken zonder decompressie, is het aangeraden minimaal 12 uur te wachten voordat je aan boord van een vliegtuig stapt.
Decompressieziekte wordt veroorzaakt door het ontstaan van gasbellen in het bloed en in de weefsels. Hieraan liggen 2 verschillende oorzaken aan ten grondslag: de arteriële gasembolie en de stikstofgasgerelateerde decompressieziekte.
Je kunt een duikplan maken met behulp van je duikcomputer of met behulp van de NOB-duiktabellen. Het maakt voor het plan niet uit. Het maakt voor het plan ook niet uit of het als een scharrelduik wordt uitgevoerd of niet.
Stijg je op vanaf tien meter diepte dan zal het volume verdubbelen. Op een bepaald moment scheuren de longblaasjes en dringt er lucht in de haarvaten. Hierdoor ontstaan er luchtbellen in de bloedvaten. Komen deze terecht in de bloedvaten van het hart, dan kunnen ze een hartstilstand veroorzaken.
Beginnen bij het begin: Open Water duikers
Tijdens de open water diver cursus, heb je geleerd dat de maximale diepte voor jou 18 meter is. Dat is wanneer je jouw brevet hebt gehaald. De eerste twee duiken van de open water diver cursus, mag je maximaal naar 12 meter diepte.
Mogelijk kunnen zij door een grotere milt tot uitzonderlijke dieptes van maar liefst 70 meter duiken zonder zuurstof, bericht het RadboudUMC. Van oudsher leven zij van de visvangst. Een groot deel van het volk brengt meer dan 60 procent van zijn werkdag onder water door.
Symptomen van decompressieziekte
In milde gevallen krijg je hoofdpijn, voel je je wat duizelig of krijg je huiduitslag. In ernstigere gevallen krijg je gewrichtspijn, kun je spasmes krijgen en flauwvallen of zelfs overlijden aan de ziekte. De symptomen treden soms al op tijdens de duik of enkele uren later.
Diep ademhalen
Tijdens het duiken ademen we langzaam en diep. Op deze manier ademhalen is beter voor het luchtverbruik omdat de uitwisseling van luchtmengsels doelmatiger is als de lucht in de longen wordt getrokken en langzaam weer wordt losgelaten.
Een duiker kan caissonziekte dus voorkomen door niet te lang en niet te diep te duiken (er lost dan weinig stikstof op) en door langzaam op te stijgen (het lichaam krijgt dan de kans de stikstof uit het bloed te "wassen" en via de longen af te voeren).
1. Gezondheid en conditie. Ongeacht de leeftijd moet iedereen die wil gaan duiken over een goede gezondheid beschikken en een zekere mate van conditie hebben. In sommige landen is voor elke leeftijd een medische verklaring van een arts vereist om te bevestigen dat je medisch goedgekeurd bent om te gaan duiken.
Een afstand zwemmen onderwater met of zonder zwemvliezen of monovin. Het doel is een zo groot mogelijke afstand onder water af te leggen. De freediver trekt zichzelf op eigen kracht langs een touw omlaag. Beneden bij het keerpunt draait hij zich om, en trekt zich op eigen kracht weer naar boven.
Een algemene vuistregel stelt dat per 10 m waterdiepte de druk 1 bar (100.000 Pascal of 100 kPa) stijgt, dit bij water met een gemiddeld soortelijk gewicht van 1000 kg/m3. Op 50 m diepte bedraagt ze dus 6 bar (5 bar van het water en 1 bar van de atmosfeer).
Er kunnen echter ook minder duidelijke symptomen optreden die ook door de duiker niet altijd herkend worden. Vermoeidheid of een algeheel gevoel van malaise kan al duiden op een cerebrale vorm van decompressieziekte. Binnenoorsymptomen zijn duizeligheid, gehoorverlies, tinnitus, misselijkheid, braken en ataxie.
Duiken is niet moeilijk. Duiken is ook geen prestatie sport. Door het domweg te oefenen kan iedereen het duiken onder de knie krijgen. Het is wel zo dat de ene persoon meer moet oefenen dan de andere persoon maar uiteindelijk lukt het altijd.
Een gemiddelde duiker verbruikt 15 tot 20 liter per minuut, maar getallen erboven of -onder zijn ook vrij normaal.