De gemiddelde ijsbeer verbrandde 13.200 calorieën per dag. Om gewoon maar op gewicht te blijven, zouden ze elke 5 tot 10 dagen 1 zeehond moeten vangen.
IJsberen zijn roofdieren. Dit betekent dat zij andere dieren opeten. Soms eten ze vogels, vissen en eieren, maar het meest eten ze robben en zeehonden.
Omdat de ijsbeer niet het hele jaar door voedsel kan vinden, slaat hij vet op om het enkele maanden te kunnen uithouden zonder eten. Soms kan hij wel 4 maanden lang helemaal niets eten!
Het lievelingskostje van de ijsbeer is de rob. Urenlang kan hij bij een ademgat wachten, totdat zijn slachtoffer adem komt halen. Daarnaast eet een ijsbeer vis, walrus en walvis, maar ook vruchten in de periode dat hij op het land leeft. Dat is van juli tot november het geval.
Wat eet een ijsbeer? Ze jagen vanaf het ijs op dieren als zeehonden en walrussen. Soms eten ijsberen planten zoals zeewier, gras en bessen. Maar meestal eten ze vlees.
Geen winterslaap
Zwangere ijsberen gaan wel hun hol in. Zij slapen tot maart. Dan worden de jonkies geboren. Lekker warm onder de grond.
IJsberen kunnen onder water ook hun neusgaten dicht houden, waardoor zij zelfs 100 kilometer ver kunnen zwemmen zonder te stoppen. IJsberen hebben het nooit echt koud. Zelfs niet onder een deken van sneeuw. Dat gebruiken ze juist om warm te blijven tegen koude temperatuur en harde wind.
Door temperatuurstijging smelt namelijk het zee-ijs in rap tempo. In dit tempo zal binnen één generatie het grootste deel van de Noordpool 's zomers ijsvrij zijn. Ondanks dat ijsberen goede zwemmers zijn, redden zij het natuurlijk niet om zonder ijs te overleven op de Noordpool.
Er zijn meestal 2 jongen, die in december of januari in een sneeuwhol worden geboren. Een enkele keer worden één tot vier welpen geboren. Bij de geboorte zijn de jongen ongeveer 600 gram zwaar en 25 centimeter lang.
De kleintjes van de ijsbeer worden welpen genoemd. Ze worden naakt, blind en doof geboren. Meestal worden ze als tweeling geboren. Bij de geboorte zijn ze ongeveer zo groot als een rat en wegen slechts 450 tot 900 gram.
De vacht en de onderhuidse vetlaag beschermen de ijsbeer tegen de kou. Daarom blijft de temperatuur van de ijsbeer constant 37˚C.
De ijsbeer is enorm sterk en kan zonder probleem een beest van 70 tot 90 kg uit het water trekken, met relatief weinig moeite. De klauwen van een ijsbeer beschadigt de 'zeerob' die uit het water meestal zo erg, dat hij niet meer in staat is te bewegen of tegen te stribbelen.
De topsnelheid is 40 kilometer per uur. Dat is sneller dat de snelste mens op aarde. IJsberen hebben zwemvliezen tussen hun tenen en kunnen daardoor goed zwemmen. Ze kunnen twee minuten onder water blijven, maar ze duiken niet dieper dan 1 tot 2 meter.
IJsberen eten geen pinguïns. Dat kan ook helemaal niet want ze komen elkaar nooit tegen. Dat komt omdat pinguïns op de Zuidpool wonen en ijsberen op de Noordpool. Omdat deze koudste plekken ter wereld heel ver van elkaar vandaan liggen, komen er verschillende dieren voor.
Eten of gegeten worden
Van oudsher worden in het Noordpoolgebied ijsberen gegeten. Niet alleen zou het ijsberenvlees gezond zijn voor het lichaam, ook onze geest zou er beter van worden. Zo is de ijsbeer dus eeuwenlang op het bord van de Noordpoolbewoners te vinden geweest.
IJsberen kunnen hun prooi tot een kilometer ver weg en een meter onder de sneeuw ruiken.
IJsberen kunnen dagenlang in open water zwemmen, waarbij ze honderden kilometers per keer afleggen. Zee-ijs is cruciaal leefgebied voor ijsberen. Hier jagen ze op prooi, voornamelijk zeehonden.
Bruin of wit, groot of klein, de beer is krachtig. Hij is een beschermer en helper voor hen die het soms aan moed ontbreekt of die oude angst hebben om te vertrouwen. Hij staat vaak achter je of vereenzelvigt zich met je.
De ijsbeer is een bedreigde diersoort. Op dit moment zijn er nog ongeveer 26.000 ijsberen in het wild. Dit aantal kan in de komende jaren snel achteruitgaan als we niets doen. Dit is vooral het gevolg van klimaatverandering.
Volgens wetenschappers is de omgeving en de temperatuur van de Zuidpool prima voor de ijsbeer. In principe kunnen ze er dus naartoe.
IJsberen hebben geen natuurlijke vijanden. Ze zijn zelf sterke, intelligente en geduldige jagers en staan bovenaan de voedselketen in het noordpoolgebied. IJsberen kunnen urenlang blijven wachten boven het ademgat van een zeehond in het ijs, tot er een zeehond opduikt.
IJsberen kunnen tot 35 mph rennen en tot twee meter hoog springen in de lucht. IJsberen zijn uitstekende zwemmers en het is bekend dat ze dagenlang zwemmen.
IJsberen hebben ijs keihard nodig om op prooidieren zoals robben te kunnen jagen", zegt Gert Polet van WWF-NL, de Nederlandse afdeling van het Wereld Natuur Fonds. Op dit moment zijn er naar schatting wereldwijd nog zo'n 26.000 ijsberen. De dieren zijn afhankelijk van ijsblokken om te kunnen jagen voor voedsel.