In tegenstelling tot bij Bowling wordt kegelen gespeeld op een smalle baan en er staan 9 kegels. Er is een keuze uit verschillende ballen qua grootte en gewicht. De ballen hebben 1 gat voor de duim.
Een kegelbal is ongeveer 1 kilo. De banen zijn 18.3 meter lang en 1.05 meter breed. Een kegelbaan is 6,4 tot 9 meter lang. Met een houten bal probeer je de 9 kegels om te gooien.
Bowlen en kegelen lijken veel op elkaar, toch zijn er een paar verschillen. Bij bowlen zitten er drie gaten in de bal en bij kegelen één. De opstelling van de kegels is bij bowlen in een driehoek en bij kegelen in een ruit. Ook mag je bij bowlen twee keer gooien tijdens een beurt en bij kegelen maar één keer.
Kegelen is (net als bowlen) een spel waarbij je met een bal de kegels omver moet gooien. De ballen waar je mee gooit zijn van kunststof en zijn vaak iets groter dan bowlingballen. In de bal zit maar één gat waar je je duim in steekt. Er staan negen kegels op de baan die je in één keer om moet gooien.
Kegelen is een balspel waarbij de deelnemer probeert met een bal 9 kegels, aan het eind van een circa 20 meter lange houten of kunststof baan met een breedte van 30 centimeter, om te gooien.
Een kegel of conus is een ruimtelijke figuur die bestaat uit een cirkelschijf, de basis, en een gekromd vlak, de mantel of zijde, gevormd door alle lijnstukken tussen de punten van de cirkel en een vast punt, verschillend van het middelpunt van de cirkel en loodrecht daarboven, de top van de kegel.
De formule voor de inhoud van een kegel luidt V=1/3hπr².
In tegenstelling tot bij Bowling wordt kegelen gespeeld op een smalle baan en er staan 9 kegels. Er is een keuze uit verschillende ballen qua grootte en gewicht. De ballen hebben 1 gat voor de duim. vervolgens gaat werpen zodanig dat de kans om 9 kegels om te gooien groot wordt.
Als men een rechtshandige werper is, stelt men zich links aan het einde van de baan op. Met beide voeten op gelijke hoogte staat men naast de baan. De knieën worden iets doorgebogen. De bal op de baan plaatsen en controleren of het juiste punt van de bal in de richting van het plateau wijst, waarop de kegels staan.
Bowling is een sport waarbij de speler door middel van een bowlingbal moet proberen om alle tien de pins omver te gooien. Bowling is ontstaan uit het aloude spel kegelen.
Beginnende bowlers gooien vaak de bal met de duim op 12 uur (recht naar achter). Dit laat de bal recht over de baan gaan. Je kunt hier een strike mee gooien maar de kans op een strike wanneer je de eerste bowlingpin recht raakt is niet heel groot.
Wij raden aan om met maximaal 6 personen per baan te spelen. Op deze manier kun je zeker een hele game spelen in een uur. Ook zijn onze banen ingericht met 5 zitplaatsen. Iedereen kan dan zitten, terwijl 1 persoon aan het gooien is.
In elke frame mag je proberen om de 10 pins om te gooien. Hiervoor mag je maximaal 2 worpen gebruiken. Alle 10 pins in 1 worp omgegooid is een strike (in de scoretelling aangeduid met 'X') en hiervoor krijg je 10 punten plus het resultaat van de volgende 2 worpen.
Wat je misschien al vermoedde: het nummer op je bowlingbal is niet het gewicht in kilogram. Wel in pounds. Het kleinste gewicht is 6 pounds, omgerekend ongeveer 2,7 kilogram. De zwaarste bal is 16 pounds of 7,2 kilogram.
Bij bowlen is het belangrijk om de bowlingbal in een vloeiende beweging te gooien. Stop daarom ook niet midden in je aanloop. Zorg dat je arm altijd in een rechte beweging blijft en maak de juiste gooi door de bal op een gegeven moment naar achteren en vervolgens naar voren te gooien.
Met een strike verdien jij 10 punten plus daarbij opgeteld de punten van de twee volgende beurten. Wanneer je een spare gooit verdien je ook 10 punten. Hierbij krijg je één keer de bonuspunten van de volgende beurt.
heeft gekegeld (volt. deelw.) 1) Balspel 2) Bepaald spel spelen 3) Binnensport 4) Bowlen 5) Eruit gooien 6) Hard gooien 7) Knikkeren 8) Omvallen 9) Precisiesport 10) Smijten 11) Spel 12) Spel spelen ...
Hier zie je dat iedere baan een eigen pinmachine heeft. Want kegels noem je bij bowlen eigenlijk pins.
Breedte van een bowlingbaan
De breedte van bowlingbanen ligt vast: 2 banen: 3.51 meter. 4 banen: 6.89 meter. 6 banen: 10.27 meter.
In feite is het volume van een kegel precies een derde van het volume van een cilinder met dezelfde basis en hoogte.
Inhoud = lengte (l) x breedte (b) x hoogte (h). 1 dm3 = 1 liter. 1 cm3 = 1 milliliter.
De bol, de cilinder en de kegel bestaan elk eigenlijk alleen uit één gebogen grensvlak. De bol heeft geen ribben, de cilinder heeft een grondcirkel en een bovencirkel (die je als ribben zou kunnen opvatten) en de kegel heeft een grondcirkel en een top.
De mantel van een kegel is het gekromde oppervlak ervan. De oppervlakte ervan kun je het best berekenen door hem uit elkaar te knippen, bijvoorbeeld langs de stippellijn PT hiernaast. Als je dat doet, dan krijg je een soort PACMAN-figuurtje: een cirkel met een stuk eruit.
het beroerde gevoel na een te grote hoeveelheid drank.