Uw Ziektewet-uitkering is meestal 70% van het dagloon. Dit is het loon dat u gemiddeld per dag verdiende in het jaar voordat u ziek werd. In bijzondere situaties kan de Ziektewet-uitkering hoger zijn dan 70% van het dagloon.
U ontvangt in het 1e ziektejaar minstens 70% van uw loon en minimaal het minimumloon. U kunt meer loon doorbetaald krijgen als hier afspraken over staan in uw cao of in uw arbeidsovereenkomst. Bent u ziek vanwege orgaandonatie, zwangerschap of bevalling? Dan krijgt u 100% van uw loon.
De eerste 2 jaar van uw ziekte is uw werkgever verplicht om uw loon door te betalen. Hij moet per jaar minstens 70% van uw brutoloon betalen. In de meeste cao's staat dat dit in het eerste jaar 100% is en in het tweede jaar 70%.
Het gewaarborgd loon is hetzelfde als het normale loon. Daarna, tijdens de periode van primaire arbeidsongeschiktheid (het eerste jaar), na de periode van gewaarborgd loon, krijgt de werknemer een uitkering van het ziekenfonds. De uitkering bedraagt de uitkering 60% van het begrensde brutoloon.
Als u ziek bent, betaalt uw werkgever uw loon door. Soms krijgt u een Ziektewet-uitkering via uw werkgever. De loondoorbetaling of Ziektewet-uitkering duurt maximaal 2 jaar.
Uw werkgever betaalt maximaal 2 jaar uw loon door als u ziek bent. Na 2 jaar ziekte heeft u misschien recht op een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA-uitkering). UWV bekijkt of u hier recht op heeft.
Als je in de ziektewet zit, waarbij UWV via je werkgever of rechtstreeks aan jou een uitkering betaalt, mag je zonder problemen op vakantie in Nederland. Je moet je vakantie wel doorgeven aan het UWV. Je geeft het verblijfadres door (binnen 48 uur, nadat je dit weet of had kunnen weten) en hoe lang je op vakantie gaat.
Wanneer je langer dan 14 dagen ziek bent, moet je aangifte doen van je arbeidsongeschiktheid via een formulier. Dit formulier wordt door je ziekenfonds uitgereikt en laat je invullen door je behandelende arts. Deze aangifte is noodzakelijk om een tegemoetkoming van je ziekenfonds te kunnen ontvangen.
1-7 dagen ziek: 100% gewaarborgd loon uitbetaald door werkgever. 8-14 dagen ziek: 85,88% gewaarborgd loon uitbetaald door werkgever. 15-30 dagen ziek: 25,88% gewaarborgd loon uitbetaald door werkgever + 60% door het RIZIV.
Als je volledig arbeidsongeschikt bent en de kans dat je nog herstelt erg klein is, krijg je een IVA-uitkering. Je krijgt dan een uitkering van 75 procent van je laatstverdiende loon.
Je loon wordt – zolang je in dienst bent – doorbetaald door je werkgever. De ziektewet duurt maximaal 104 weken. Dit wil zeggen dat je twee jaar 'de tijd' hebt om beter te worden en te re-integreren op het werk.
Blijft uw medewerker gedeeltelijk werken? Dan ontvangt hij 70% van het verschil tussen het oude en nieuwe loon. Uitgaande van € 500 inkomsten, dan wordt de uitkering € 1.050 (2000 - 500 = 1500 x 70% van 1.500 is 1.050).
Na een jaar in de Ziektewet komt er een keuring. Die heet de Eerstejaars Ziektewet Beoordeling. Er wordt bij werknemers zonder werkgever dan niet meer gekeken naar het eigen werk, maar naar algemeen geaccepteerd werk.
U krijgt de Ziektewet-uitkering maximaal 2 jaar (104 weken). Uw Ziektewet-uitkering stopt als u volgens ons uw oude werk weer kunt doen. Of als u na de Eerstejaars Ziektewet-beoordeling geen recht meer heeft op een Ziektewet-uitkering.
Dit ondanks het feit dat voor een werknemer het “beter”is om ziek uit dienst te gaan, immers de aanspraak op een WW-uitkering wordt daardoor uitgesteld en de werknemer houdt langer recht op een uitkering. In dat geval gaat de werknemer niet ziek uit dienst.
Als u in dienst bent bij een werkgever en ziek wordt, dan moet uw werkgever in de meeste gevallen uw loon doorbetalen. Of u kunt in sommige gevallen toch een Ziektewet-uitkering krijgen. Als u geen werkgever heeft, heeft u in bepaalde gevallen recht op een Ziektewet-uitkering.
Arbeidsongeschiktheid door ziekte
In een eerste periode blijft het loon ten laste van de werkgever: het betreft het gewaarborgd loon. Houdt de arbeidsongeschiktheid gedurende langere tijd aan, dan krijgt de werknemer een vervangingsinkomen dat wordt vergoed door de verplichte ziekteverzekering.
Wie bepaalt of je arbeidsongeschikt bent? Belangrijk om te weten is dat je werkgever niet kan én mag bepalen of je wel of niet ziek bent. En of je dus (weer) moet komen werken. Jouw werkgever is namelijk geen arts.
De werkgever mag wel vragen naar noodzakelijke informatie rondom je ziekte. Bijvoorbeeld hoe lang je denkt dat je thuisblijft, of je enigszins in staat bent om thuis wat te werken, of er afspraken verzet moeten worden en hoe je te bereiken bent. Het is niet toegestaan om te vragen naar de aard en oorzaak van de ziekte.
Veel bedrijven hebben in hun contract opgenomen wat geoorloofd is qua ziekteverzuim. Bedrijfsarts Jerry Mahadewsing zegt dat de regels verschillen per organisatie. "De meeste organisaties vinden drie keer verzuim per jaar geoorloofd." Als dat hoger is, volgt vaak een gesprek.
Hier moet je wel antwoord op geven:
- Je telefoonnummer en op welk adres je blijft tijdens je ziekte. - Hoe lang je ongeveer ziek denkt te zijn. - Wat er in je werkagenda staat en waar je mee bezig bent.
Langdurig ziek uitkering: Ziektewet
In dat geval kom je in aanmerking voor een Ziektewetuitkering (langdurig ziek uitkering). Je krijgt dan 70% van het dagloon dat je verdiende voordat je ziek werd. Deze uitkering ontvang je zo lang je ziek bent, tot maximaal twee jaar na je eerste ziektedag.
Je mag dus tijdens een periode van ziekte in principe wel degelijk elders werken (zo bijvoorbeeld als je een bij-activiteit hebt tijdens de weekends), aan sport doen of werken aan je huis of het huishouden doen. Je werkgever kan je dat niet verhinderen.
Uw werkgever mag u niet zomaar vragen om de hele dag thuis te blijven. Hij mag u wel vragen om u aan de regels te houden van het bedrijf. In die regels kan staan dat u tijdens ziekte op een vast moment beschikbaar moet zijn voor controle of overleg. Bijvoorbeeld iedere ochtend van 10 uur tot 12 uur.
Werknemers gemiddeld één keer per jaar ziek
De gemiddelde verzuimduur per werknemer bedroeg ruim 6 dagen. De gemiddelde verzuimduur was met 8,5 dagen in 2014 het hoogst onder werknemers in het openbaar bestuur en bij overheidsdiensten.