Sommige vlinders houden een winterslaap. Zij kunnen goed tegen vorst, dankzij een soort 'antivries' in hun lijf. Doodstil hangen ze, totdat het voorjaar zich weer aandient. Met het lekkere weer van de afgelopen dagen worden ze wakker en kan je ze rond zien vliegen.
Overwinteren als vlinder
Soorten die in Nederland als vlinder overwinteren zijn de citroenvlinder, de dagpauwoog, de gehakkelde aurelia en de kleine vos. Sommige vlinders kruipen weg in een beschut hoekje in een schuur of in een holle boom. Ze houden een soort winterslaap en komen in de lente weer tevoorschijn.
Het kan gebeuren dat een vlinder uw huis is binnengekropen om daar te overwinteren. Dat kan een zolder zijn, de slaapkamer of zelfs een badkamer. Hij dacht dat het een rustige en koele plek was. Als dan de verwarming wordt aangezet, worden koele plekjes warm en de vlinders ontwaken uit hun winterslaap.
In februari - Dagpauwoog. In maart - Boomblauwtje; Gehakkelde orelia; Dagpauwoog; Kleine vos; Citroenvlinder. In april - Klein koolwitje; Boomblauwtje; Gehakkelde orelia; Bond zandoogje; Dagpauwoog; Kleine vos; Distelvlinder; Landkaartje; Koninginnepage; Citroenvlinder; Klein geaderd witje.
Verreweg de meeste vlinders worden beschouwd als onschuldige en nuttige dieren omdat ze bestuivers zijn die niet kunnen steken of bijten.
Vlinder, als de vlinder in jouw leven verschijnt dan geeft de vlinder jou de boodschap mee van transformatie. Komt de vlinder in jouw leven dan laat deze je weten dat er een nieuw begin heel dichtbij is. Een transformatie naar een leven in liefde, vreugde en gezondheid, Elk dier brengt een boodschap mee.
Een aantal soorten vlinders kan geluiden opvangen met de antennes en dienen dus als gehoor, niet alle vlinders kunnen geluiden horen, bij vlinders die dat wel kunnen zijn er viert typen gehoororganen waar dit er één van is.
De voortplantingsorganen van een vlinder bevinden zich in het achterlijf. Parende vlinders kan je dan ook gemakkelijk herkennen, ze zitten met de achterlijven aan elkaar 'vastgeplakt'. De paring vindt soms al plaats voordat de vleugels van het vrouwtje zijn uitgehard.
Vlinders zoals het koolwitje of citroenvlinder zijn vaak in groepjes aan de rand van een (regen) plas te vinden om te drinken. Ook drinken vlinders van waterdruppels op bladeren of ander vocht.
Ze vertegenwoordigen een gevoel van onschuld, liefde en zachtmoedigheid. Het komt ook zelden voor dat je ze tegenkomt omdat ze de mens ontlopen. Dit wordt door velen gezien als een boodschap van iemand die van bovenaf op je neerkijkt.
10 tips voor meer vlinders in je tuin
Zet inheemse planten en laat brandnetels en distels staan. Bied van het vroege voorjaar tot in de late herfst nectar aan in je tuin. Creëer hoogtes en laagtes in je vegetatie, het is een herkenningspunt en uitkijkpost voor vlinders. Leg beschutte hoekjes aan met hagen en heggen.
Een overwinterende vlinder kan je het beste even vangen in een glas. Als je de vlinder vervolgens op een koude, veilige plek met de poten tegen de wand aan zet zal hij zich snel vastgrijpen en kun je hem loslaten. De volgende dag is hij waarschijnlijk wel verplaatst, want hij zoekt zelf de beste plek uit.
Ze gaan daar in winterslaap en kunnen prima tegen de kou. Tien en zelfs twintig graden vorst kunnen ze prima hebben. Om een vlinder veilig te verplaatsen pak je deze met dichte vleugels tussen wijs- en middelvinger (Bron: Kars Veling)Dat geldt ook voor dagpauwoog en kleine vos.
Sommige vlinders houden een winterslaap. Zij kunnen goed tegen vorst, dankzij een soort 'antivries' in hun lijf. Doodstil hangen ze, totdat het voorjaar zich weer aandient. Met het lekkere weer van de afgelopen dagen worden ze wakker en kan je ze rond zien vliegen.
Om deze sensoren goed te laten werken, voorziet het lichaam ze actief van insectenbloed en zuurstof. Dit gebeurt via een klein extra 'hart' in de vleugel. Dit pompt het bloed door de vleugel heen, zodat het goed verdeeld wordt. Delen die belangrijk zijn, krijgen zo genoeg bloed.
Naast de opvallende vleugels van veel soorten zijn ook de grote, samengestelde ogen van de vlinder heel opvallend. Deze ronde bollen, met honderden kleine, zeshoekige facetten, bevinden zich aan de zijkanten van de kop. Daartussen steken twee lange antennen, die bij dagvlinders altijd eindigen in een knopje.
In sommige gevallen omringen poppen zich met een verharde cocon of chrysalis, die bij vlinders en motten van eigen zijde worden gesponnen. Als de cocon eenmaal is gebouwd, gaan deze insecten ondersteboven aan één enkele zijdedraad aan een tak of blad hangen. Andere soorten gebruiken weer andere technieken.
Elke keer stopt hij z'n dunne slurf erin en zuigt de nectar op. Alsof het een rietje is. De vlinder eet elke dag een paar uur lang. Alleen doordat hij zo'n lange slurf heeft, kan hij bij de nectar.
Op rouwkaarten zie je nog al eens een vlinder afgebeeld. Dat is niet zo gek omdat de vlinder dan een symbool is voor de menselijke ziel die zich heeft losgemaakt van het dode stoffelijke lichaam en haar weg vervolgt in het hiernamaals.
Elke vlinder heeft z'n favoriete bloem of plant. Ze drinken van de nectar die in bloemen zit. Daarom kun je die vlinders goed lokken met suikerwater, dat is net zo zoet als nectar. Sommige soorten - zoals de atalanta - houden meer van rottend fruit.
Reumer schreef een fascinerende zin: 'Vlinders hebben weliswaar een simpel zenuwstelsel, maar zoiets als hersenen ontbreekt volledig en slim zijn ze dus niet. ' Toevallig weten wij precies wat deze diertjes bespaard is gebleven, maar je vraagt je wel af hoe zij, hersenloos, door hun dag heen komen.
Bestuivers. Vlinders bestuiven bloemen als ze de bloemen bezoeken om nectar te zuigen. Verder eten heel wat andere dieren rupsen, poppen en vlinders, waardoor ze hun nut hebben als voedsel voor die dieren. Voor de mens zijn vlinders nuttig omdat ze iets zeggen over de plek waar ze voorkomen.
Doordat je de vleugels gelijk knipt ontstaat er ook weer een goede balans. Dit stelt de vlinder in staat om weer te vliegen, al zullen dit geen hele grote afstanden zijn. De beste methode is de vlinder met dichtgeklapt vleugels vasthouden. Knijp de vleugels licht tegen elkaar zodat hij niet weg kan vliegen.
Bij hitte houden ze hun vleugels gesloten en positioneren ze zich met de bovenkant van hun vleugels richting zon - op die manier vermijden ze oververhitting. Is het aan de koude kant, dan openen ze hun vleugels onder zo'n hoek dat invallend zonlicht wordt gefocust op hun lijfje.