Wat staat er in het zorgplan? In het zorgplan leg je de voorkeuren, vragen, behoeften of doelen van de cliënt vast. Hierbij heb je als zorgverlener niet alleen aandacht voor de persoonlijke verzorging maar kijk je naar alle aspecten die belangrijk zijn voor kwaliteit van leven van een cliënt.
Voorbeeld eenvoudig individueel zorgplan
Op de voorkant staan mogelijke gespreksonderwerpen, zoals voeding, alcohol en stress. Op de achterkant staan 5 vragen over wat voor de cliënt belangrijk is (behoeften), gesprekspunten, doelen, acties en evaluatie.
Het zorgleefplan vermeldt de indicatie, een beeld van de zorgvraag, de reële zorgbehoefte en de afgesproken zorg. Daarnaast worden doel, inhoud en tijdstip van de zorg en ondersteuning vastgelegd.
Het begrip 'zorgplan' omvat alle aspecten van zorg verleend door een instelling, inclusief persoonlijke wensen van de patiënt. Voor het opstellen van dit plan en het bespreken met de patiënt of diens vertegen woordiger bij een verblijf langer dan drie maanden is de instelling verantwoordelijk.
Het zorgleefplan is geordend volgens vier levensdomeinen. - Woon- en leefomstandigheden; - Participatie; - Mentaal welbevinden; - Lichamelijk welbevinden en gezondheid.
In het zorgplan staan de afspraken die u maakt met uw zorgaanbieder over de invulling van de zorg. Die zorg moet passen bij uw eigen situatie en uw behoeften. Een zorgplan wordt ook wel zorgleefplan of ondersteuningsplan genoemd.
Samen met hun directe collega's bieden zij zorg 'volgens afspraak'. Ook collega's van andere disciplines en andere organisaties , bijvoorbeeld casemangers dementie, fysiotherapeuten, huisartsen of activiteitenbegeleiders, worden bij die afspraken betrokken.
Sinds 2008 zijn zorgaanbieders wettelijk verplicht om in overleg met hun cliënt een zorgplan te maken. Het doel van dit besluit is dat jouw positie als cliënt sterker wordt. Een zorgplan is bedoeld om je meer de regie over je eigen zorg te geven, en om duidelijk te maken welke zorg en ondersteuning je krijgt.
Hoe vaak je een zorgleefplan evalueert, is afhankelijk van de cliënt en hoe snel diens zorgbehoeftes veranderen. Meestal wordt in verpleeghuizen twee keer per jaar officieel geëvalueerd, dit is conform het Kwaliteitsdocument voor de ouderenzorg (VVT) 2013.
Je moet met je aanvraag een budgetplan meesturen. In een budgetplan leg je uit hoe je je pgb wilt besteden. In een persoonlijk plan beschrijf je je beperkingen, en welke zorg je nodig hebt. In een zorgmomentenoverzicht staat wanneer je zorg nodig hebt en hoelang.
Een begeleidingsplan voor een cliënt bestaat uit twee delen, het persoonsbeeld en het begeleidingsprogramma van de cliënt. Het persoonsbeeld van de cliënt staat in het begin van het begeleidingsplan. De basis van het begeleidingsprogramma is het persoonsbeeld van de cliënt.
Het individuele zorgplan (IZP) ondersteunt het werken met duidelijke doelen en afspraken. Het zorgplan maakt duidelijk wat is afgesproken tussen zorgverleners en de patiënt in de taal van de patiënt. Het maakt inzichtelijk wie wat doet en wie waarvoor verantwoordelijk is.
Het doel van het werken met begeleidings- plannen is om de zorg en ondersteuning zo goed mogelijk te laten aansluiten op de wensen en behoeften van de cliënt. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat mensen met een ernstige psychische aandoening zoveel mogelijk de regie voeren over hun eigen leven.
In het zorgplan leg je de voorkeuren, vragen, behoeften of doelen van de cliënt vast. Hierbij heb je als zorgverlener niet alleen aandacht voor de persoonlijke verzorging maar kijk je naar alle aspecten die belangrijk zijn voor kwaliteit van leven van een cliënt.
Deze 4 domeinen bestaan uit de woon-en leefomstandigheden, participatie (het sociale leven van de cliënt), mentaal welbevinden en autonomie, en het lichamelijk welbevinden en gezondheid. Met behulp van de vier domeinen wordt uw levenskwaliteit gewaarborgd.
Methodisch werken bevat een aantal stappen: verzamelen van informatie, vaststellen van behoeften en problemen, vaststellen van doelen, vaststellen van en plannen van activiteiten, uitvoeren van de activiteiten volgens planning, evalueren en zo nodig bijstellen van de zorg en ondersteuning.
De verantwoordelijkheid voor het opstellen van een zorgleefplan is belegd bij een verzorgende van tenminste niveau 3 (IG), of bij een andere zorgverlener van tenminste niveau 3. Bij voorkeur is dit de contactverzorgende dan wel de eerste verantwoordelijk verzorgende of verpleegkundige (EVV-er).
Stap 1: In stap 1 wordt eerst wordt door de zorgverantwoordelijke en de deskundige uit een andere discipline, overwogen of het toepassen van de onvrijwillige zorg in verhouding staat tot het verwachte ernstig nadeel dat zou ontstaan, bij het niet toepassen van de onvrijwillige zorg.
21) Hier gaat het om de zorgaanbieder die de cliënt zorg verleent, voor zover de cliënt al in een accommodatie verblijft. Het kan zijn dat de zorgaanbieder die de cliënt zorg verleent een ziekenhuis of huisarts is. In dat geval is het ziekenhuis of de huisarts bevoegd een aanvraag te doen.
In het zorgdossier is alle relevante informatie over de cliënt, de zorg en de behandeling terug te vinden en alle relevante medische informatie. In het zorgdossier wordt, al dan niet dagelijks, gerapporteerd over de voortgang van de (on)geplande en verleende zorg.