De bouwplaatswerknemer die buiten zijn woongemeente werkt, heeft recht op een reisurenvergoeding. De vergoeding geldt voor reizen met een eigen vervoermiddel, met een vervoermiddel dat door de werkgever ter beschikking is gesteld, per openbaar vervoer of te voet.
Uw reistijd tussen huis en werk (en terug) telt niet als werktijd. Behalve als u activiteiten uitvoert in opdracht van uw werkgever. Voor beroepschauffeurs telt de reis tussen huis en standplaats niet mee voor het maximale aantal rij-uren per dag.
Reist u met eigen vervoer naar uw werk? Dan kan uw werkgever u maximaal € 0,19 per kilometer vergoeden, zonder dat u hierover belasting betaalt. Voor deze maximale kilometervergoeding maakt het niet uit welk vervoermiddel u gebruikt.
In de wet is geen 'recht op reiskosten' opgenomen. Een dergelijke vergoeding volgt uit de arbeidsovereenkomst, de CAO of andere afspraken tussen werkgever en werknemer. De meest gebruikte afspraak is wanneer een werknemer met eigen vervoer naar het werk reist, de werkgever deze werknemer € 0,19 per kilometer vergoed.
Nu in de Nederlandse wet geen verplichting tot vergoeding van reistijd is opgenomen, ook niet als die reistijd als arbeidstijd heeft te gelden, heeft werknemer geen recht op vergoeding van de reistijd.
"De psychologische term hiervoor is de wet van behoud van reistijd. Die schrijft voor dat mensen het gemiddeld acceptabel vinden om zeventig tot negentig minuten per dag onderweg te zijn.
Over de eerste 20.384 euro betaal je namelijk 36,65 procent belasting, daarna betaal je 38,1 procent belasting tot en met 68.507 euro. De hoogste schijf bedraagt 51,75 procent. Zoveel belasting betaal je over het deel van je inkomen dat boven de 68.507 euro ligt. Bij vakantiegeld en bonussen gebeurt dat niet.
Qua reistijd mag een uitkerende instantie veel van een persoon vergen. Hieronder staan de voorwaarden: 1. Het eerste halfjaar van een uitkering is een reistijd van maximaal twee uur per dag geoorloofd 2.Na dat halve jaar mag een uitkeringsinstantie vragen om werk te accepteren dat maximaal 3 uur reizen per dag vergt.
Wanneer douchen en omkleden verplicht is voor de werknemer, bijvoorbeeld omdat het noodzakelijk is in het kader van goed arbobeleid – de werknemer werkt bijvoorbeeld met gevaarlijke stoffen – dan zal douchen en omkleden tot de arbeidstijd horen.
Kilometervergoeding met de huidige brandstofprijzen in 2022
Voor een gemiddelde auto zou de kilometervergoeding met de huidige brandstofprijzen 39 cent moeten zijn. Nu is de maximale onbelaste kilometervergoeding 19 cent.
In het algemeen kan de werkgever de vaste reiskostenvergoeding berekenen (tool) met deze formule: afstand enkele reis x het vermoedelijke aantal keren dat de werknemer deze afstand aflegt in een jaar x de vergoeding (waarvan dus € 0,19 per kilometer onbelast is).
Je kunt met deze gegevens op de volgende manier je kilometervergoeding berekenen: Vermenigvuldig de vergoeding per kilometer met het aantal kilometer dat je op een werkdag reist: € 0,19 x 22 = € 4,18.
Een redelijke vergoeding per kilometer is op dit moment rond de 30 cent. Dit dekt gemiddeld de variabele kosten en een vergoeding voor casco verzekering.
Voor het eerst sinds 2006 gaat de onbelaste kilometervergoeding omhoog. Vanaf 1 januari mogen werkgevers aan hun personeel niet 19 cent, maar 21 cent per kilometer belastingvrij uitbetalen. In 2024 stijgt dit bedrag naar 23 cent. Daarmee geeft het kabinet gehoor aan de wens van de Tweede Kamer.
Je mag voor reiskosten maximaal 19 cent per kilometer vergoeden, zonder dat je hierover belasting betaalt. Het maakt daarbij niet uit welk vervoermiddel wordt gebruikt door je werknemer. Betaal je meer dan 19 cent per kilometer? Dan moet je over het meerdere wel loonheffingen betalen.
De werktijd is de tijd waarin je daadwerkelijk aan het werk bent. Dit heet ook wel arbeidstijd. In de tijd dat je naar je werk of naar huis reist, werk je in principe niet. Daarom valt je woon-werkverkeer niet onder werktijd.
Na een werkdag mag u minimaal 11 aaneengesloten uren niet werken. De rustperiode van 11 uur mag eens in de 7 dagen ingekort worden tot minimaal 8 uur. Maar dit mag alleen als het nodig is voor het werk. Standaard is er een wekelijkse rust van 36 uur aaneengesloten in elke periode van 7 maal 24 uur.
Het voordeel van deze uitruil is dat de werknemer minder loonbelasting hoeft af te dragen over zijn eindejaarsuitkering. De werkgever betaalt in deze situatie minder sociale lasten. Vanaf 1 januari 2022 wordt de fiscale ruimte bepaald op basis van het aantal afgesproken reisdagen.
Overwerk is een incidentele betaling waardoor je loon wordt verhoogd. Tegenwoordig zijn de heffingskortingen degressief en dat betekent dat deze steeds lager worden bij steeds hoger loon. Hierdoor wordt extra belasting gerekend en om dit te compenseren wordt extra hoog inhouden.
Overuren worden, net zoals normale gewerkte uren, belast in de belastingschijf waar jij in zit (37,35 – 49,50%). Je betaalt dus geen exorbitant hoog bedrag aan belasting over je overuren (hoewel mensen wel vaak dat gevoel hebben).
Meestal vragen vervoersmaatschappijen echter een vaste prijs voor een bepaalde periode. In die gevallen komt de werkgever tussen voor 71,8 procent van die prijs, met een maximum van 34 euro per maand (nml. de prijs van een treinkaart voor een afstand van 7 km).
Bent u in loondienst? En gaat u met eigen vervoer naar uw werk, bijvoorbeeld met de auto of de fiets? Dan hebt u geen recht op reisaftrek. Uw werkgever mag u wel een bedrag per kilometer vergoeden.
Reiskostenvergoeding uta-werknemers
Uta-werknemers hebben recht op een reiskostenvergoeding voor het woon-werkverkeer van €0,19 per gereisde kilometer, zie artikel 5.9.4 cao Bouw & Infra.