'Als je verwijst naar een man, gebruik je meestal hij/hem. Naar een vrouw meestal zij/haar. Maar er zijn ook genderneutrale voornaamwoorden, ook wel pronouns genoemd, zoals die/diens of hen/hun, waarmee sommige genderneutrale personen graag worden aangesproken.
Als je wilt uitdrukken dat iets van jou (of van iemand anders) is, kun je bezittelijke voornaamwoorden (possessive pronouns) gebruiken, zoals jouw, mijn, zijn, gevolgd door datgene wat jij of iemand anders bezit. Bijvoorbeeld: mijn boek, jouw huis, zijn hond.
In het Engels wordt al langere tijd verwezen naar non-binaire mensen met de persoonlijk voornaamwoorden they/them. Ook in het Nederlands wordt deze meervoudige vorm, hen/hun, sinds 2016 gebruikt door personen die zich niet identificeren met één gender.
Er zijn eigenlijk maar twee voornaamwoorden in het Nederlands: 'zij' en 'hij'. Maar dat schiet dus niet echt op als je buiten die hokjes valt. Daarom willen non-binaire personen meestal aanspreken worden met 'hen/hun' of 'die/diens' ('they' en 'them' in het Engels).
“Hen” of “die”
Let op: 'hen' is voornamelijk bedoeld voor non-binaire mensen en niet als genderneutraal woord voor als je even niet weet of wilt benoemen hoe iemand zich identificeert.
Er bestaan verschillende genderidentiteiten: man, vrouw, queer, non-binair, bigender, genderfluïde, agender, genderneutraal, pangender, derde gender …
Hoe spreek je een non-binair persoon aan? In het Nederlands zijn er twee vormen van genderneutrale voornaamwoorden die iemand kan kiezen om zichzelf mee aan te duiden, namelijk 'hen/hun' en 'die/diens'.
Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat iemand die zich niet identificeert als man, wordt misgenderd met hij/zijn. Omdat je aan iemands naam niet altijd kunt afleiden wat iemands gender is, zetten zij hun voorkeursvoornaamwoorden in hun bio of ondertekening.
Er bestaan verschillende genderidentiteiten: de meest bekende zijn man en vrouw. Daarnaast bestaan ook trans vrouw, trans man, genderqueer, non-binair, agender,.. Meestal worden genderidentiteiten verzameld in twee grote groepen: transgender en cisgender.
In Nederland mag je non-binaire personen aanspreken met 'hen', 'hun' en 'die'.
Een non-binair persoon voelt zich niet thuis in de binaire hokjes man en vrouw. Je kunt niet aan de buitenkant zien of iemand non-binair is. Iemand die zich identificeert als non-binair kun je aanspreken met die, hen of xij.
Anderen voelen zich geen jongen/man maar ook geen meisje/vrouw. Zij voelen zich genderloos en of agender. Een ander woord voor non-binair is genderqueer of genderneutraal. Omdat iedere persoon zich anders voelt en anders gedraagt, uit ook iedereen dit anders.
In 2016 heeft de transgemeenschap genderneutrale voornaamwoorden gekozen voor trans personen die zich man noch vrouw voelen. Gebruik in dit geval in plaats van hij/hem/zijn of zij/haar/haar: hen of die/hen/hun. Enkele voorbeeldzinnen om je op weg te helpen: Sacha stapt op hun fiets.
Genderidentiteit. Genderidentiteit gaat over wie mensen zijn, en hoe ze zich voelen. Als het geboortegeslacht van mensen past bij hoe zij zich voelen, heet dat cisgender. Bijvoorbeeld iemand die met een vrouwenlichaam geboren is en zich ook vrouw voelt.
Met 'hen' kunnen we mensen aanduiden die zichzelf niet herkennen in het vrouwelijke 'zij' of het mannelijke 'hij', zo is het idee. 'Hen' is namelijk genderneutraal. Als lijdend voorwerp wordt ook 'hen' gebruikt en als meewerkend voorwerp 'hun'. Dus kletst hen met hen, en geeft hun een compliment.
Hermafrodiet. Vroeger werden mensen met mannelijke en vrouwelijke geslachtskenmerken 'hermafrodiet' genoemd. Hermaphroditus is de naam van een oud-Griekse god die borsten had en een penis. Deze term wordt nauwelijks nog gebruikt.
De term 'interseks' wordt gebruikt voor mensen die geboren zijn met een lichaam dat niet voldoet aan de normatieve definitie van 'man' of 'vrouw', en die zowel mannelijke als vrouwelijke lichamelijke kenmerken vertonen.
Tegenwoordig wordt er onderscheid gemaakt tussen gender en geslacht. Geslacht komt, oppervlakkig bezien, in drie vormen: mannelijk, vrouwelijk en intersekse. Intersekse mensen hebben zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken. Maar dat is oppervlakkig bezien.
Geachte is ook bruikbaar als men nadrukkelijk respect of beleefdheid wil uitdrukken, bijvoorbeeld in contacten met onbekenden of mensen die hiërarchisch hoger geplaatst zijn. Bij de aanspreking van een non-binaire persoon wordt Geachte meestal gecombineerd met de voorletter(s) van de persoon in kwestie.
Mannen spreek je aan met meneer, vrouwen met mevrouw. Hoe spreek je gender neutralen aan? Dat hangt natuurlijk van de situatie af. Er is meestal met weinig moeite iets te vinden dat geen aanstoot geeft.
Als ook de naam van de geadresseerde niet bekend is, is een aanhef met een rolbenaming mogelijk, bijvoorbeeld Beste klant. Als het niet mogelijk is om een naam of een rolbenaming te vermelden in de aanhef, kan Beste (of Geachte) zelfstandig worden gebruikt als aanhef.
Vooral in Nederland komt soms nog de aanhef L.S. voor, een afkorting van het Latijnse lectori salutem ('groet aan de lezer'). Die aanhef komt op veel mensen ouderwets en onpersoonlijk over en is daarom niet aan te bevelen.