Als je baby honger heeft, geeft hij verschillende subtiele tekens vooraleer hij gaat huilen: hij likt aan zijn lipjes, draait zijn hoofdje en zoekt de borst, hij brengt de handjes naar zijn mondje en likt aan zijn handjes, hij balt zijn vuistjes.
Ga eerst na of je baby echt nog honger heeft.
Wil hij nog zuigen, geef hem dan zijn fopspeen of een knuffeltje. Willen zuigen betekent niet altijd honger hebben. Heeft je baby inderdaad nog honger, geef hem of haar dan iets meer melk.
Als je kindje huilt direct na de voeding, kan het zijn dat hij last heeft van zijn buik en geen honger. Je herkent dit aan trappelende voetjes, onrustig zijn en het lichaam strekken. Na 3 maanden zijn bij de meeste baby's de krampjes over. Wat kan helpen tegen darmkrampjes, is de tijd nemen bij de voeding.
Een baby kan de ene dag hongeriger zijn dan de andere, of 's avonds telkens kleine beetjes willen drinken. Met een hongerige baby wordt hier bedoeld: een baby die onverzadigbaar lijkt. Je baby is onrustig en wil al snel na een voeding weer de borst of een fles.
Groeit je baby goed, maar lijkt hij toch hongerig na de voeding, dan is het geen goed idee om méér voeding te geven. Doe dat ook niet op eigen initiatief. Je baby zou te veel calorieën (energie) binnenkrijgen, waardoor hij te zwaar wordt.
Te veel voeding, dit zijn de signalen
Als je veel melk aanmaakt kun je dit merken doordat: Je baby onrustig drinkt en zich vaak verslikt. Er regelmatig melk terug komt via de mond van je baby. Je baby buikkrampen heeft en veel huilt.
Van te veel flesvoeding kan je kind te zwaar worden. Een voeding duurt 20-30 minuten. Geef het flesje in ieder geval niet langer dan een half uur en gooi restjes weg. Duurt een voeding korter dan 20 minuten, neem dan af en toe een pauze.
Tekenen van overproductie die je bij je baby ziet
Hij kan van de borst loskomen, omdat hij een beetje schrikt van de snelle stroom en dan gaan huilen, omdat het voeden onderbroken is. Hij kan grote hoeveelheden melk samen met veel lucht innemen en als gevolg daarvan veel spugen en vaak moeten boeren.
Grotere hoeveelheid in overleg
Als het lijkt of je baby meer wil dan de rekensom, denk dan niet automatisch aan honger. Vaak is er een andere reden, je baby kan ziek zijn, hij kan zuigbehoefte hebben, misschien drinkt hij te snel of hij is onrustig door teveel prikkels of weinig slaap.
Dit gebeurt vaak weer als je baby ongeveer 6 maanden oud is. De meeste baby's slapen dan acht uur per nacht achter elkaar, bijvoorbeeld van 23.00 uur tot 7.00 uur. Over het algemeen zijn nachtvoedingen dan niet meer nodig. Vanaf ongeveer 9 maanden kan je baby van 19.00 uur tot 7.00 uur doorslapen.
Het zogenaamde huiluurtje in de avond kun je eenvoudig herkennen, het lijkt niet op het huilen van je baby als hij pijn of honger heeft. Je baby lijkt heel boos te zijn en huilt wel tien minuten tot meer dan een uur. Het gebeurt altijd aan het einde van de dag, meestal voordat hij gaat slapen.
Houd je baby na het voeden minimaal twintig minuten rechtop. Laat je baby vaker kleine porties eten of drinken. Als je je baby flesvoeding geeft, kun je hem tijdens een voeding iedere drie minuten laten boeren.
Hongersignalen: • Zuigbewegingen • Tong uitsteken • Met tong over lipjes likken • Lipjes tuiten/plooien • Draaien met het hoofdje • Sabbelen op handje/vingers • Na wakker worden uitgebreid gapen • Na wakker worden schoppen met beentjes.
Typische hongersignalen
Hij zal eerst rustig en alert zijn en zijn ogen snel bewegen. Hij gaat op zoek door zijn hoofdje te draaien en zijn mondje te openen, als je zijn mondhoek met je schone vinger aanraakt. Hij kan gretig op zijn handjes gaan sabbelen en met zijn lipjes gaan smakken.
De algemene richtlijn stelt: geef je baby 150 milliliter per kilo van zijn of haar gewicht, per 24 uur. Voorbeeld: is je kindje 4 kilo, dan zal hij of zij ongeveer 600 milliliter melk nodig hebben.
Een regeldag herken je aan: Je baby huilt veel en is onrustig en hangerig omdat je kindje zich niet zo lekker voelt. De ontwikkelingen vragen nou eenmaal veel energie. Je baby wil continu drinken omdat je kindje hongerig is en meer energie nodig heeft voor de groeispurt.
Forceer je kind niet om een fles leeg te drinken. Een kind van 4 kg drinkt gemiddeld 440 à 750 ml flesvoeding per dag. Dit kan over de dag verdeeld worden volgens het ritme van je kind. Dit kunnen 8 porties zijn van 55 à 95 ml per fles of 7 porties van 60 à 110 ml per fles of 6 porties van 75 à 125 ml per fles.
Tijdens de regeldagen worden vraag en aanbod opnieuw op elkaar afgestemd. Meestal valt de vraag van je baby naar meer voedingen samen met een groeispurt. Je baby groeit, heeft behoefte aan een grotere hoeveelheid moedermelk en regelt dat zelf door vaker te gaan drinken. Dit is normaal gedrag van je baby.
Voeden op verzoek houdt in dat je voeding geeft op het moment dat je baby signalen afgeeft dat dat hij/zij honger heeft. Op dat moment geef je de borst of de fles. Ook geef je net zolang voeding tot je kindje aangeeft genoeg gehad te hebben.
Onze onderzoeken onder baby's in de leeftijd van een tot zes maanden die uitsluitend borstvoeding kregen, toonden aan dat ze doorgaans tussen de vier en dertien keer per dag aan de borst dronken, waarbij een voedingssessie tussen de twaalf minuten en bijna een uur duurde.
Door je baby regelmatig aan te leggen, zorg je voor een goede balans tussen vraag (honger) en aanbod (borst). Ook overdag is het goed om je baby na maximaal vier uur wakker te maken voor borstvoeding.
Een voeding zou rond de 20-30 minuten moeten duren. Als je baby de fles sneller leeg heeft, kijk dan eerst nog eens kritisch naar je voedhouding. Is de houding goed, kies dan voor een speen met een kleiner gaatje. Of las om de 20 slokken een kleine pauze in.
We hebben het over een hongerige baby als een baby zich na een voeding weer snel meldt, binnen pakweg 2 uur. Leg je baby gerust aan. De samenstelling en ook hoeveelheid van de moedermelk past zich vanzelf aan aan wat je baby nodig heeft.
Meng de melkpoeder goed met het water door te roeren of de fles te zwenken (rustig wenden, keren). Dus niet schudden. Door het schudden komen er luchtbelletjes in de voeding en kan je baby krampjes krijgen.
Je geeft in de eerste 2 weken wel minimaal 6 voedingen per 24 uur. De maximale nachtpauze is 6 uur tussen de voedingen. Je baby moet wel alert zijn en niet ziek. Hij moet goed plassen en ontlasting lozen en zich melden voor de voedingen.