Tekenen van een lage melkproductie
Baby's kunnen last hebben van een vertraagde stoelgang, verminderde urineproductie, geelzucht, gewichtsverlies na de geboorte en lusteloosheid. Tijdens de borstvoeding is de baby mogelijk slaperig of gefrustreerd, of wellicht zuigt de baby alleen maar in korte perioden.
Als je kort voedt, voedingen overslaat of het lastig vindt om de hongersignalen van je baby te herkennen, kan je productie ook teruglopen. Een baby die te weinig voeding krijgt, kan: Zwak huilen. Veel slapen en zich niet zelf melden voor een volgende voeding.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Kolf minimaal 7 tot 8 keer (15 minuten) per 24 uur. Drinkt uw baby al enkele voedingen aan de borst, dan kolft u alleen iedere gemiste voeding. Drinkt uw baby op de kraamafdeling na 12 uur nog niet goed aan de borst, dan start u met kolven nadat u uw kindje aan de borst heeft laten drinken.
Dit hangt af van het gewicht van je baby, het aantal voedingen en de samenstelling van de gekolfde melk. Een baby drinkt per dag gemiddeld ongeveer 150 ml per kilo lichaamsgewicht. Een baby van 5 kilo heeft dus elke dag 750 ml moedermelk nodig. Als hij zes voedingen krijgt is dat ongeveer 110 ml per voeding.
*Neem een kwartiertje rust, masseer de borsten en start opnieuw met kolven. Het kan zijn dat je de borsten om en om (dus een voor een) moet kolven voor de meeste melkopbrengst. Ga CLUSTERKOLVEN (klik). *Kolf de borsten nog na met de hand wanneer je een elektrische kolf hebt gebruikt.
Bijvoeden: mocht je beslissen om je kindje bij te voeden met kunstvoeding, dan kan dat van invloed zijn op je melkproductie. Je baby heeft dan niet voldoende trek als hij aan de borst komt waardoor de stimulans niet optimaal is. Op het moment dat de baby minder goed aan de borst drinkt, kan de productie teruglopen.
De eerste paar dagen: je melkproductie komt op gang
De hormonen helpen je om te beginnen met het aanmaken van melk. Rond dag drie na de geboorte van je baby, 'komt je melkproductie op gang' en kunnen je borsten merkbaar steviger en voller beginnen aan te voelen.
En als er in de omgeving dan gesuggereerd wordt dat de melk mogelijk niet goed is of te weinig voedingsstoffen bevat, dan kan ik me voorstellen dat je je afvraagt of dat bij jou ook het geval is. Maar te magere, te vette of waterige melk bestaat niet! Dat is echt een fabel! Moedermelk is altijd van goede kwaliteit!
Wanneer een baby goed drinkt en de moeder precies genoeg melk produceert, dan blijft er na afloop nog zo'n 15 tot 30 ml in de borst zitten.
Werkwijze. Voor het testen wordt een kleine hoeveelheid melk van elk monster in een testbuisje overgenomen. Deze buisjes worden een paar minuten gecentrifugeerd, waardoor melk en vet zich afscheiden. Dan worden de buisjes afgelezen en het crematocrit bepaald.
Je borstvoeding kan teruglopen doordat je maar één borst per keer geeft. Hierdoor sla je per voeding een borst over en gaat je lichaam de hoeveelheid melk die je je kindje uit een tweede borst nog zou kunnen geven, een volgende keer niet meer produceren.
De zuigkracht is vergelijkbaar met een traditionele borstkolf, maar het grote voordeel is dat je in iedere positie, overal kunt kolven, zonder melk te verliezen uit de pomp. Door het ontwerp kan de melk er wel in maar niet uit druppelen. Zelfs liggend in bed of op de bank kun je prima kolven, volgens Willow.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Probeer achterover leunend borstvoeding te geven.
Voeden in een achterover leunende, of liggende, houding kan helpen, omdat het je baby meer controle geeft. Hij kan het tempo bepalen en zijn hoofd optillen als je stroom te snel voor hem is.
Zo kunt u een kolfbeurt “inhalen”. Kolven in de nacht. 's Nachts afkolven heeft als voordeel dat u gebruikt maakt van het hormoon prolactine. Prolactine zorgt voor de aanmaak van melk en die is in de nacht het hoogst.
Kolfschema als de borstvoeding goed op gang is:
Elke drie uur kolven en in de nacht 6 uur ertussen laten is meestal voldoende. Heb je veel melk dan kun je proberen elke 4 uur te kolven en in de nacht max 6 uur ertussen laten.
De tijd die het kost om een borst leeg te drinken is per baby en per moeder verschillend. Bij een wat tragere toeschietreflex of een baby die een minder hoog vacuüm kan opbouwen met zuigen zal een voeding langer duren. De duur van een voeding – tot baby's hun buik 'vol' hebben – kan variëren van 5 tot 45 minuten.
In principe hebben baby's vanaf ongeveer 8 maanden geen nachtvoeding meer nodig, maar sommige baby's kunnen al bij 4 of 5 maanden zonder nachtelijke voeding. Hoewel iedere baby anders is, weten we dat er factoren zijn die invloed hebben op het doorslapen van je kind en op het nodig hebben van een nachtvoeding.
Binnen een tijdspanne van 3 uur kolf je elke 20 tot 30 minuten een paar minuten. Wek een toeschietreflex op en stop met kolven als de melkstroom afneemt. Herhaal de Clusterkolfsessie elke dag tot de melkproductie toeneemt.
Kolf als het mogelijk is minimaal 8 keer per dag. Om een voorraadje op te bouwen kolf je tussen 2 voedingen door of geef je de ene borst en kolf je de andere. Afkolven duurt in principe even lang als voeden. Dubbelzijdig kolven duurt gemiddeld 10 tot 15 minuten.