TSS uit zich vaak in de vorm van griepachtige verschijnselen, zoals hoofdpijn, spierpijn en keelpijn.Ook een hoge koorts kan een symptoom zijn. Andere symptomen kunnen zijn: Uitslag over een groot deel van het lichaam.
Symptomen van tamponziekte zijn onder andere extreme bloeddrukdaling (shock) en hoge koorts. Schakel bij het vermoeden van tamponziekte gelijk een (huis)arts in. Tamponziekte kan dodelijk zijn wanneer een patiënt in een shock verkeert. Bij tamponziekte is een antibioticakuur zo snel mogelijk nodig.
Dit gebeurt 1-2 weken nadat de huidirritatie is begonnen en doet zich voornamelijk voor op de handpalmen en voetzolen. Elk van deze symptomen zouden kunnen betekenen dat je TSS hebt. Het kan zijn dat ze niet allemaal tegelijk optreden, maar meestal heb je er meer dan een als je TSS hebt.
Een ontsteking in het kleine bekken gaat niet vanzelf over. Door antibiotica gaan je klachten sneller weg en ben je minder lang ziek. Je hebt ook minder kans op blijvende problemen door de ontsteking. Daarom is het belangrijk dat je zo snel mogelijk antibiotica krijgt.
Doe dit het liefste binnen vier á vijf uur. Hoe langer je een tampon inhoudt, hoe meer risico je loopt op het ontwikkelen van tamponziekte.
TSS komt wereldwijd bij 3,4 op de 100.000 menstruerende vrouwen voor, maar heeft vrijwel nooit een dodelijk afloop.
"Hoe langer je een tampon draagt, hoe meer bloed het opneemt en hoe meer bacteriën erin kunnen groeien. Vanaf zes uur dragen neemt het risico op TSS toe." Als je langer dan acht uur gaat slapen, zet dan een wekker of kies voor maandverband.
Kan een tampon te diep worden ingebracht? Nee. Er zijn twee redenen om je hier geen zorgen over te maken. Ten eerste omdat het koordje van de tampon door de lengte zelfs na het inbrengen duidelijk zichbaar zal zijn en het mogelijk maakt om de tampon op elk moment te verplaatsen of te verwijderen.
Je kunt een tampon maximaal acht uur laten zitten. Het risico op TSS wordt verhoogd door het te lang inhouden van je tampon, of beschadigingen van de huid en slijmvliezen, kunnen deze giftige stoffen (toxinen) in de bloedbaan terechtkomen. Hierdoor kan een infectie ontstaan.
Ook nu er een geval bekend is van TSS bij een menstruatiecup, betekent dat niet dat je geen menstruatiecups meer kunt dragen. Zelfs helemaal zonder interne menstruatieproducten kun je TSS oplopen. Ter vergelijking: van TSS worden 3-15 gevallen per 100.000 tampongebruiksters per jaar gemeld.
Je kunt een tampon maximaal acht uur laten zitten. Je moet je tampon altijd vervangen voordat hij begint te lekken. Dus als het touwtje nat wordt, is het tijd om je tampon te vervangen. Normaal gezien verlies je het meeste bloed op de tweede en derde dag van je menstruatie.
Tegenwoordig gaat men uit van drie tot vijftien gevallen per 100.000 menstruerende vrouwen per jaar. TSS komt het vaakst voor bij jonge menstruerende vrouwen onder de leeftijd van dertig jaar.
Trek voorzichtig, maar stevig aan het touwtje en de tampon zou er zonder problemen uit moeten komen. Als je weerstand voelt bij het trekken en de tampon komt er niet makkelijk uit, dan moet je hem misschien langer laten zitten. Misschien is hij nog te droog.
Als je ongesteld bent, is het normaal als je 7 tot 8 redelijk volle maandverbanden of tampons per dag hebt.
Er bestaan preventiemaatregelen om de infectie te voorkomen: uw handen wassen voor en na het inbrengen van een tampon of menstruatiecup, de tampon of menstruatiecup om de 4 uur vervangen, een tampon of menstruatiecup nooit een hele nacht inhouden, maar de voorkeur geven aan maandverband.
Qua hygiëne is er geen verschil tussen maandverband en tampons. Je kunt zelf kiezen. Beide bestaan in verschillende maten. Verbanden en tampons worden ook per stuk verpakt, zodat je ze gemakkelijk kunt meenemen.
Maar zelfs dan zal hij niet uit elkaar vallen of oplossen. Hij is samengesteld uit sterk absorberende vezels die verstrengeld en samengedrukt worden om een dicht en solide materiaal te creëren. De tampon lost niet op, zelfs niet wanneer hij nat is: het materiaal blijft intact zelfs wanneer het vloeistof absorbeert.
Mag ik zwemmen tijdens mijn menstruatie? Ja! De voordelen van tampons zijn vanzelfsprekend wanneer je sport tijdens je menstruatie, vooral als je wil gaan zwemmen. Je hoeft je geen zorgen te maken over lekjes want de tampon absorbeert het vocht al in je vagina.
"Als je kunt zwemmen, is het even veilig om te zwemmen wanneer je ongesteld bent als op andere momenten", zegt ze. Voor de goede orde: het is over het algemeen veilig om te zwemmen als je ongesteld bent, ongeacht het soort water (zwembad, zee, meer of iets daartussenin).
'Mini' wordt gebruikt bij licht bloedverlies (opvangvermogen 6-8 ml) aan het begin of einde van de menstruatie; 'normaal' bij gemiddeld bloedverlies (opvangvermogen 8-10 ml), 'super' voor zwaar, onregelmatig bloedverlies en voor het geval het onmogelijk is om tampons regelmatig te wisselen (opvangvermogen 10-12 ml) en ...
A: Blijf vooral rustig. Hoe meer je ontspant hoe makkelijker je de tampon eruit krijgt. Haal de tampon er met je vingers uit, pincet greep of zoek het lusje van Beppy en trek hem naar buiten. Lukt dit niet, probeer een vaginale douche zodat het zwaarder wordt.
Wij adviseren je echter de cup absoluut niet langer dan 8 uur te dragen. Dit geldt overigens voor alle menstruatieproducten. Ook beweert men dat je bij het dragen van een menstruatie cup geen risico loopt op TSS (Toxic Shock Syndrome, ook wel de tamponziekte genoemd), omdat de menstruatie cup niet absorberend is.
Het risico op infecties bleek bij menstruatiecups niet hoger te liggen dan bij maandverband of tampons. Ernstige nevenwerkingen, zoals felle pijn, infecties of allergieën, bleken zeldzaam. Sommige vrouwen met een spiraaltje meldden wel dat dit verplaatste door de cup.
De cup wordt alleen tijdens de menstruatie ingebracht in de vagina. Als de cup vol zit, verwijder je hem en leeg je hem in het toilet. De menstruatiecup moet minimaal om de twaalf uur geleegd en schoongemaakt worden. Daarna kun je hem meteen weer inbrengen.
In verreweg de meeste gevallen blijft de eicel onbevrucht. Het slijmvlies is niet nodig en kan dus afgevoerd worden. Daarom maakt je lichaam het stofje prostaglandine aan, dat ervoor zorgt dat je baarmoeder zich samentrekt om het baarmoederslijmvlies af te stoten: je bent ongesteld.