Grote rietvoorns hebben een relatief grote bek waardoor je niet echt bang moet zijn om een behoorlijke vlok te gebruiken. Kneed in eerste instantie een vlok van ongeveer 2 centimeter groot.Komen er alleen kleine rietvoorns op je aas af of sla je steevast mis, schakel dan over op een kleinere haak en dito vlok.
Omdat de vis in de winter passiever is heb je helemaal niet veel lokaas en aas nodig. Enkele kleine balletjes en constant wat naar beneden zinkend aas zoals hennep en casters zijn vaak al voldoende. Als de eerste voorns zich kort na het voeren melden dan weet je dat je goed zit!
Een ander alternatief voor vissen op voorn zijn de Maden. Dit zijn kleine vliegenlarven die je bij je hengelsportzaak kan halen. Ook zijn voorns met vele andere soorten aas te vangen, maar brood en maden zijn de meest gekozen aassoorten.
Juist bij het voornvissen moet die lengte perfect kloppen om zo min mogelijk aanbeten te missen en dus zo effectief mogelijk te vissen. Hoe kleiner de voorns, des te korter de onderlijn. Daar komt het op neer. Wanneer ik met de vaste hengel in jachthavens op kleine voorn vis, gebruik ik een onderlijn van 15 centimeter.
Reken maar dat maden het meest gebruikte aas is. Probeer de maden goed koel te bewaren in een koelkast, zo blijven ze lang vers. Maak de maden eerst goed schoon.
Wanneer het best vissen op voorn? In principe is het bijna het hele jaar door goed mogelijk om op voorn te vissen. Het moet alleen gezegd dat de beste vangtijd de maanden maart en april zijn. Dan begint het water op te warmen waardoor blankvoorns het diepe water verlaten om naar het ondiepe te zwemmen.
Bij zoetwatervissen gooit men het aas in de vorm van een bal in het water. Deze bal verspreidt een geurige wolk en trekt hierdoor de vissen aan. U kunt hierbij een redelijk dunne lijn gebruiken. Het aas (de voeding) zou ook aangepast moeten zijn aan de plek waar hij wordt geworpen.
De beste visstekken vind je bij beschutte plekken als een brug, steiger of vlonder. Werp wat lokvoer in het water om de vissen aan te trekken. Bevestig een dobber en vishaak aan het einde van je lijn, hang aas aan de haak en gooi je hengel uit. Geluid schrikt vissen af, dus wees stil tijdens het vissen.
In de winter scholen de voorns samen op plekken waar het water net even warmer is en waar er sprake is van beschutting en voedselaanbod.
De meest gebruikte maat voor Brasem en Voorn ligt tussen haakmaat 8 en 16, hoewel er soms ook met kleinere haken wordt gevist. Verder wordt onderscheid gemaakt door bijvoorbeeld een lange of korte steel, met of zonder weerhaak, oog of bled en de stand van de punt ten opzichte van de steel.
De vis leeft vooral in meren met veel planten, maar ook wel in stromend water en zelfs in brak water. Hij leeft in scholen en eet slakken, tweekleppigen, kreeftachtigen, insectenlarven en plantaardig voedsel.
Eigen voer maken 1
Meng wat brood, beschuitmeel, gemalen hennep en koekjesmeel. Laat dit vervolgens inweken in wat water. Vervolgens kun je het gebruiken als lokvoer of als aas. Natuurlijk kun je ook andere ingrediënten gebruiken of de genoemde ingrediënten combineren met andere om een geschikt lokvoer te maken.
Een temperatuur lager dan -1,8 graden Celsius zou voldoende moeten zijn om een vis te bevriezen. -0,9 graden Celsius is namelijk het vriespunt van vissenbloed. Toch kunnen vissen in koude wateren deze lage temperaturen gemakkelijk overleven.
Maar bijvoorbeeld ook bruggen, duikers, wateroverlopen, of andere structuren in een water. Plekken waar meer te halen valt voor de vis dan op het open water zijn zeer zeker interessant! De witvis kan op verschillende manieren worden belaagd.
Uitpeilen doe je altijd op exact dezelfde plek, waar je ook vist. Vis je bijvoorbeeld op 9 meter uit de kant, dan wordt deze diepte en plaats gepeild. Het beste is om met een korte opslag te vissen, d.w.z. de lengte van het snoer is de waterdiepte plus maximaal één meter van de hengeltop tot dobber.
Baars vangen kan met levend aas zoals wormen en maden. Maar je kan ook prima baars vangen door met kunstaas te vissen. Vis je met wormen of maden op baars dan doe je dat het beste met een dobber en dunstelige haak. Vis net boven de bodem want daar houdt de baars zich vaak op.
net als een lekkerbekje door een beslagje halen. De graatjes garen dan gewoon mee en je hebt er geen last van. Hij is ook goed te eten als een soort 'panharing'. De gebakken vis doe je dan in een pot met azijn, pepertjes, uiringen en een laurierblaadje.
Voorns kunnen redelijk oud worden. Aan de hand van de jaarringen op de schubben zijn leeftijden van 15 jaar bewezen. Hoe groot een vis is wanneer hij die leeftijd bereikt, is sterk afhankelijk van de kwaliteit van het water en van het aanwezige voedselaanbod.
Het lokken van vissen
Als je de vissen wil lokken, kun je dat het beste doen door wat balletjes voer bij je dobber te gooien. Zo lok je de vis naar je haakje en maak je meer kans dat de vis ook daadwerkelijk jouw haakje kiest. Het is hierbij belangrijk dat je dit visvoer aanmaakt.
Voor de meeste vissers is de blankvoorn een goede bekende. Dat geldt zeker voor de jeugdige hengelaars. Vrijwel iedere visser begint met het vissen op “witjes”, met als hoofdmoot de blankvoorn. Niet zo vreemd overigens: de blankvoorn is vrij gemakkelijk vangbaar.
Grote meren.
Ook op de grootse wateren van Nederland zwemt witvis, zoals op het Markermeer of het Haringvliet. Kanalen: vanzelfsprekend zwemmen op de vele kanalen die onze landen rijk zijn, zoals het Kanaal door Voorne of bijvoorbeeld de Urkervaart ook witvissen.
♥ Vissen maken geen goede match met Tweelingen of Weegschalen. Vissen kunnen eigenlijk altijd wel meekomen met iedereen, maar houden van rust en stilte, in tegenstelling tot Tweelingen en Weegschalen. Geen van alle sterrenbeelden kunnen goed omgaan met heftige emoties. Vissen zullen zich al snel niet gesteund voelen.
Vissen. 19 februari tot 20 maart. Alles over de eigenschappen van Vissen kun je hier lezen.
Een plukje brood net zo lang tussen de vingers rollen totdat het een bolletje is . Aan de haak prikken en vissen maar, meestal op voorntjes. Nadeel van dit is namelijk wel veel beet, maar in het algemeen mis je een heleboel aanbeten. Daarom probeerde je als kind ook nog het puntje uit het brood te laten steken.