Een goed uitgangspunt is om te starten met 1 of 2 keer per dag 3 tot 4 lepeltjes. De oefenhapjes geef je naast de melkvoeding. Daarom is het beter niet te veel te geven, je wilt namelijk niet de trek in borst- of flesvoeding van je baby verminderen.
Omdat melk nog het allerbelangrijkste is voor de ontwikkeling van je baby, is het aan te raden niet te veel van een oefenhapje te geven. Zo geef je de darmen van je baby ook de tijd om rustig te wennen aan vaste voeding.
Hoe vaak geef ik mijn baby hetzelfde hapje? Je begint met losse en zachte smaken en die geef je een aantal, bijvoorbeeld 3 dagen, achter elkaar. Bijvoorbeeld 3 dagen pompoen, 3 dagen bloemkool, 3 dagen worteltjes en daarna op die manier fruithapjes. Zo leert je baby de smaken beter herkennen en waarderen.
4 à 6 voedingen per dag. Richtlijn hoeveelheid per dag: 150 ml x gewicht in kg. Als je baby hieraan toe is: 1 à 2 keer per dag een paar lepeltjes geprakte groente of fruit.
Een goed tijdstip voor het geven van een hapje is dus na zijn borst- of flesvoeding of tussen twee voedingen door. Dan heeft hij niet heel veel honger en is hij ontspannen en wakker. Geef steeds losse smaken, zo leert je baby de smaken apart van elkaar kennen.
Geef de hapjes direct na een borst- of flesvoeding.Of geef de hapjes tussen 2 voedingen door. Je kind is dan ontspannen en heeft geen enorme trek meer. Dat is een goed moment om iets nieuws te proeven.
Baby's jonger dan 12 maanden hebben geen tussendoortjes nodig; als u denkt dat uw baby honger heeft tussen de maaltijden door, bied dan extra melkvoedingen aan. Zodra uw baby 1 jaar oud is, kunt u 2 gezonde tussendoortjes tussen de maaltijden introduceren . Bijvoorbeeld: groenten, zoals broccoliroosjes, worteltjes of komkommerstokjes.
Borstvoeding geeft u op verzoek of om de drie tot vier uur.Ook bij flesvoeding kunt u kiezen voor voeden op verzoek of ongeveer om de drie tot vier uur. Mocht u behoefte hebben aan meer houvast, dan kunt u onderstaand schema gebruiken. Geef de lepelvoeding op een wakker moment, tussen de melkvoedingen door.
Een goede richtlijn is om te beginnen met één of twee keer per dag drie à vier lepeltjes.Dit kan je steeds verder opbouwen, zodat de vaste voeding op een gegeven moment de melkvoeding vervangt. Een goed tijdstip om zijn eerste hapjes te geven, is direct na zijn melkvoeding of tussen twee voedingen door.
Voorbeeld voedingsschema baby 6 maanden
4 à 6 voedingen per dag. Richtlijn hoeveelheid per voeding: 150 - 200 ml. 1 à 2 keer per dag een paar lepels geprakte groente, fruit, rijst of pasta en als je kindje wil een beetje brood zonder korst.
7 – 8 uur: Ontbijt. 200 ml borst- of flesvoeding*. Voeg er ook eens 2 - 3 eetlepels (10 gram) Olvarit rijstebloem aan toe. Het advies is om maximaal 2 papflessen per dag te geven (dus 20 gram).
In de eerste 6 maanden krijgt je baby genoeg vocht uit de melkvoeding. Extra water is niet nodig. Vanaf 6 maanden stap je langzaam over van borstvoeding of flesvoeding naar vast voedsel. Dan kun je ook andere drankjes aanbieden, zoals water of lauwe (vruchten)thee zonder suiker.
Te veel voeding kan krampjes, spugen en overgewicht veroorzaken. Het is niet erg als een baby een keer wat minder drinkt, de volgende keer kun je dan iets meer aanbieden.
Traditioneel start je met fruitpap en geef je daarna groentepap, maar dit kan net zo goed andersom. Als je het hapje maar fijn maakt en als het maar een zachte smaak heeft. Begin daarom liever niet met zure of bittere smaken. Geef je borstvoeding, wacht dan tot 6 maanden.
U kunt komkommer gaar en gemixt serveren vanaf 9 maanden. Om als rauwkost te geven dient u te wachten totdat u kindje 12 maanden is. Het wordt natuurlijk aanbevolen om advies te vragen aan uw behandelend arts, voordat u nieuwe ingrediënten aan uw kindje geeft.
“Hoeveel groentepap voor een baby van 4 maanden moet ik maken?” Beperk de eerste hapjes tot een kleine portie (een theelepel), één keer per dag. Als het eten wat vlotter gaat, kan je het geleidelijk verhogen naar één of twee eetmomenten per dag.
Hoe geef je eerste hapjes? Jouw baby's eerste hapjes beginnen met het leren eten met een lepeltje. Eten van een lepeltje leert je kindje het beste als je het horizontaal voor zijn mondje houdt. Strijk het lepeltje niet af aan zijn gehemelte, maar laat hem het eten zelf van het lepeltje happen.
De hersenen zijn nog in ontwikkeling en hebben na een tijdje weer brandstof nodig, glucose. De bloedsuikerspiegel in het bloed zorgt hiervoor. Maar na een periode van drie tot vier uur zonder voeding zakt de bloedsuikerspiegel van je pasgeboren baby.Te lang een te lage bloedsuiker kan schadelijk zijn voor de hersenen.
Je baby is klaar voor vingerfood rond de 9 maanden oud , wanneer ze dingen kunnen pakken en hun handen naar hun mond kunnen brengen. Ze laten je ook weten dat ze er klaar voor zijn – door de lepel te pakken waarmee je ze voedt of door eten van je bord te grissen.
Vanaf 6 maanden heeft je kind vaste voeding echt nodig naast de melkvoedingen. Het eerste oefenhapje is vaak een groente- of fruithapje. Maar iets anders gezonds uit de Schijf van Vijf kan ook. Een beetje aardappel, rijst of bijvoorbeeld een lepeltje fijngemalen gaar gebakken vlees of vis.
Voeding op 7 tot 9 maanden
Je baby zal geleidelijk overgaan naar 3 maaltijden per dag (ontbijt, lunch en thee). Het aanbieden van een grote verscheidenheid aan verschillende voedingsmiddelen is belangrijk om ervoor te zorgen dat ze voldoende energie en voedingsstoffen (zoals ijzer) binnenkrijgen.