Normaal gesproken laat je je kindje aan de eerste borst net zo lang drinken totdat hij vanzelf los laat. Daarna bied je ook de tweede borst aan. Soms kan het beter zijn om gedurende de voeding vaker van borst te wisselen. Zo geef je tijdens één voeding vier, zes of meer 'borsten'.
Het beste is om de baby aan beide borsten te laten drinken. Laat hem of haar zo lang als hij of zij wil aan jouw eerste borst drinken. Wissel pas naar de tweede borst als de eerste borst leeg is. De baby mag zolang drinken als hij of zij wil.
Door twee borsten aan te bieden en vaker te voeden, overdag om de twee uur en 's nachts als de baby wakker wordt, wordt er automatisch meer melk geproduceerd. Binnen enkele dagen heb je weer voldoende melk om je baby tevreden te stellen.
Bij voorkeur niet korter dan 2 uur en niet langer dan 4 uur tijd tussen de voedingen. Bij te veel tijd tussen de voedingen bestaat de kans dat je baby 's nachts de voeding gaat inhalen. Nachtvoeding als je baby erom vraagt.
We krijgen wel eens de vraag van moeders of hun baby wel genoeg binnenkrijgt. Ze drinken dan maar 5 minuten aan de borst of ze doen er juist heel lang over en komen na een half uur weer. Alles tussen de 5 minuten en 45 minuten is normaal. De duur is afhankelijk van de leeftijd van je baby.
Borst leeg drinken
Je borsten kunnen die eerste maanden soms 'vol' voelen, doordat ze steeds weer vollopen met melk. Is dit gevoel na het drinken verdwenen en voelen ze zacht en soepel aan, dan zijn je borsten goed leeggedronken. Geef je 1 borst per keer, dan geldt dit steeds voor 1 borst.
Baby's jonger dan drie maanden, zijn het meest gevoelig voor snelle uitdroging en ondervoeding. Binnen 24 uur kunnen kinderen onder de twee uitdrogen. Uitdroging en ondervoeding ontstaan soms ongemerkt. In dat geval wordt gesproken van 'stille ondervoeding'.
Voeden op verzoek wordt aangeraden als je borstvoeding geeft. Voor de melkproductie is dit beter, dit zal zich aanpassen aan de behoefte van je kindje. De melkproductie blijft hoog en door voeden op verzoek ontstaat minder stuwing, doordat je borsten vaker leeggedronken worden.
Uw baby mag zo lang en zo vaak drinken als hij of zij zelf wil. Als u de eerste dagen zo'n acht tot twaalf voedingen per dag geeft en uw baby goed drinkt, heeft uw baby waarschijnlijk genoeg.
De hersenen zijn nog in ontwikkeling en hebben na een tijdje weer brandstof nodig, glucose. De bloedsuikerspiegel in het bloed zorgt hiervoor. Maar na een periode van drie tot vier uur zonder voeding zakt de bloedsuikerspiegel van je pasgeboren baby.Te lang een te lage bloedsuiker kan schadelijk zijn voor de hersenen.
Probeer, indien mogelijk, bij elke voeding slechts aan één borst borstvoeding te geven .
Na verloop van tijd merkt u misschien dat uw melkproductie en de "toeschietreflex" (de melktoeschietreflex) gemakkelijker te hanteren worden. Als u kolft of kolft om ongemak te verlichten, verwijder dan net genoeg om comfortabel te voelen, maar leeg de borst niet helemaal.
Borstvoeding geven is vermoeiend: niet waar
Tijdens het geven van borstvoeding komt het hormoon oxytocine vrij. Hierdoor voelen moeders die borstvoeding geven zich vaak rustiger. Een voedingsmoment is dan tevens rustmoment. Ook baby's die geen borstvoeding krijgen, moeten gevoed worden.
In slaap vallen tijdens de flesvoeding of borstvoeding is niet schadelijk, maar het kan op den duur wel voor een slaapassociatie zorgen die het doorslapen belemmert. Bij een slaapassociatie is je baby zo gewend aan in slaap vallen tijdens het voeden, dat hij niet meer zonder voeding in slaap komen.
Hier is de begeleiding
Zodra uw baby uit zichzelf van de eerste borst is gekomen, biedt u hem of haar de tweede borst aan . Als uw baby in slaap is gevallen tijdens het drinken aan de eerste borst, wat heel vaak voorkomt, kunt u hem of haar wakker maken door de luier te verschonen of door wat kleding uit te trekken.
De eerste dagen komen er kleine beetjes vrij dikke melk (colostrum). De gezonde voldragen pasgeborene heeft de eerste 24 tot 48 uur voldoende aan deze eerste moedermelk en de eigen reserves. Na drie à vier dagen komt de melkproductie meestal echt op gang. De borsten worden voller.
Het is niet mogelijk om een baby die borstvoeding krijgt te veel voeding te geven .
De baby mag net zo lang drinken aan de borst tot hij voldaan is, bij een voortdurend patroon van te lange (> 30 minuten per voeding) of te korte (< 5 minuten) voedingstijd is ingrijpen noodzakelijk.
Je borsten voelen slap en soms beurs aan, alsof er geen melk meer in zit. Het is goed om je te bedenken dat je borsten op deze dagen juist meer melk aanmaken. Ook is het zo dat je borsten in principe nooit helemaal leeg zijn, dus je hebt juist wel voldoende voeding.
Stress en spanningen kunnen de toeschietreflex beïnvloeden en tot minder melk leiden. Daarnaast kan een eenzijdig eetpatroon zorgen voor minder melkproductie. Zorg daarom dat u gezond en gevarieerd eet. Sommige hormonale afwijkingen of het gebruik van medicijnen kunnen ook invloed hebben op de melkproductie.
Een pasgeboren baby die zijn buikje rond heeft gedronken zal gemiddeld na twee tot drie uur weer honger krijgen. In totaal drinkt hij dus al snel acht tot twaalf voedingen per dag, en vaak nog wat meer.
Gedurende de eerste paar weken en maanden zal de tijd tussen de voedingen langer worden. Gemiddeld genomen zullen de meeste baby's die uitsluitend borstvoeding krijgen elke 2 tot 4 uur drinken . Sommige baby's kunnen soms zelfs elk uur drinken, wat vaak clustervoeding wordt genoemd. Of ze kunnen een langer slaapinterval hebben van 4 tot 5 uur.
Borstvoeding geeft u op verzoek of ongeveer om de drie uur.Ook bij flesvoeding kunt u kiezen voor voeden op verzoek of ongeveer om de drie tot vier uur. Als uw baby overdag een langer dutje doet, kunt u hier vier uur tussen twee voedingen aanhouden.
Signalen dat je te weinig borstvoeding hebt
Je baby heeft weinig en geconcentreerde natte luiers (minder dan zes vanaf dag vijf per 24 uur).Je baby heeft weinig en nog donkergekleurde ontlasting. Je baby is niet tevreden na de voeding. Je baby komt niet aan of valt af.
De pasgeborene verliest de eerste dagen meer vocht (door urine- en meconiumlozing) dan hij met de voeding binnenkrijgt. Hierdoor neemt het gewicht af en sommige baby's drogen hierbij iets uit. Ze reageren hierop met temperatuurverhoging op de derde of vierde dag. Dit wordt dorstkoorts genoemd.
Verborgen honger is het bestaan van een tekort aan meerdere micronutriënten (met name ijzer, zink, jodium en vitamine A). Dit tekort kan optreden zonder dat er een tekort aan energie ontstaat, omdat er sprake is van een energierijk, maar voedingsarm dieet.