Niet spierinvasieve tumoren, zij hebben de vorm van een vlak gezwel, een paddenstoel of een trosje en groeien niet door de blaaswand heen. Zij kunnen langzaam of snel groeien en komen soms weer terug nadat zij verwijderd zijn.
De kankercellen zijn goed gedifferentieerd. Dat betekent dat de tumorcellen voor een groot deel lijken op gezonde cellen van het orgaan waarin ze zijn ontstaan. De kankercellen groeien meestal langzaam.
Blaaspoliepen ontstaan ter hoogte van het slijmvlies van de blaas en zijn bijna altijd kwaadaardig. Uitzondering hierop is het zogenaamde 'Inverted papilloma', dat zeldzaam is en niet kwaadaardig. Als de poliepen oppervlakkig blijven, zijn ze niet direct gevaarlijk.
Symptomen blaaskanker
Symptomen van blaaskanker kunnen zijn: bloed in de urine, pijnlijk, moeilijk of juist veel plassen, chronische blaasontsteking en buikpijn. Het kan voorkomen dat de ziekte pas wordt ontdekt wanneer er uitzaaiingen zijn en deze klachten veroorzaken in het lichaam.
Symptomen blaaspoliepen
Poliepen zijn vaak te herkennen wanneer er bloed in de urine zit bij het plassen en/of door een ander (pijnlijk) gevoel dat ervaren wordt bij het plassen.
Blaastumoren kunnen zowel goed- als kwaadaardig zijn. Goedaardige tumoren van de blaas worden goedaardige poliepen of benigne papillomen genoemd. De kans dat een tumor in de blaas goedaardig is, is ongeveer 5%. De resterende 95% is kwaadaardig; dan is sprake van kanker.
Het verwijderen van het weefsel is bijna nooit pijnlijk. Wel kunt u pijnlijke krampen voelen van de baarmoeder.
De meeste poliepen zijn goedaardig en zullen dat ook altijd blijven. Sommige poliepen kunnen na een tijd uitgroeien tot een kwaadaardige tumor: darmkanker. Na verloop van tijd kan een tumor zich uitzaaien via de lymfeklieren of bloedbaan.
Sommigen kunnen daarbij langzaam kwaadaardig worden en verder de blaaswand ingroeien. Daarom is het vaak niet voldoende om alleen poliepen te verwijderen. Even belangrijk is te voorkomen dat de poliepen weer terugkeren. Door de blaas te spoelen met medicijnen is de kans hierop kleiner.
Het weghalen van een blaaspoliep gaat via de plasbuis. U krijgt hiervoor een ruggenprik (plaatselijke verdoving) of een algehele verdoving (narcose). U blijft 2 tot 3 dagen in het ziekenhuis. Voordat u wordt opgenomen heeft u een afspraak voor een aantal onderzoeken op het preoperatief spreekuur.
Uw specialist kan redenen hebben om een afwijkend behandelschema met u af te spreken. Voorafgaand aan de blaasspoeling brengt de verpleegkundige een katheter (een dun slangetje) in de blaas. Hierna wordt paars/blauw gekleurde mitomycinevloeistof in de blaas gebracht. De toediening duurt ongeveer 5 minuten.
Met behulp van een blaasspoeling binnen 24 uur na de operatie is het mogelijk de kans, dat de poliepen terugkomen, te verkleinen. Uw behandelend uroloog beslist of u in aanmerking komt voor het spoelen van de blaas binnen 24 uur met chemotherapie na de operatie.
Blaaspoliepen zijn uitstulpingen van de bekleding van de blaas. Deze uitstulpingen zijn meestal kwaadaardig, daarom spreken we ook van blaaskanker. Er zijn veel verschillende vormen van blaaskanker. Blaaspoliepen zijn meestal oppervlakkig met een goede prognose.
De meeste poliepen in de darm zijn goedaardig. Soms groeit een poliep in 10 tot 15 jaar tijd uit tot een kwaadaardig gezwel (een darmtumor). Dit gebeurt bij 1 op de 20 darmpoliepen. Waarom de ene poliep wel uitgroeit tot een darmtumor en de andere niet, is niet bekend.
Poliepen kunnen variëren in grootte en in vorm: van een speldenknop tot een poliep van enkele centimeters groot. Darmpoliepen kunnen zowel alleen als in groepen voorkomen. Een darmpoliep is in principe een goedaardig gezwel, maar kan zo groot worden dat de darm er door geblokkeerd raakt.
Als een poliep groter wordt dan 1 cm gaat het risico dat die later ontaardt geleidelijk toenemen. Gelukkig is het slechts een minderheid die uiteindelijk evolueert naar een groter kwaadaardig gezwel. Dit kan dan tot 4 à 6 cm groot worden zodat de darm daardoor ook vernauwd of geblokkeerd geraakt.
Een poliep in de dikke darm is een woekering van het slijmvlies van de dikke darm. Poliepen kunnen variëren in grootte en in vorm: van een speldenknop tot een poliep van enkele centimeters groot. Sommige mensen hebben slechts één poliep in de dikke darm maar het kunnen er ook meerdere zijn.
Logopedie kan helpen om de stem beter te gebruiken en soms is een operatie nodig. Neuspoliepen genezen niet vanzelf, maar die kan men laten zitten. Andere poliepen kan men beter uit voorzorg weghalen.
Tijdens de operatie wordt uw bloeddruk gecontroleerd met een band om uw arm. De operatie duurt 30-60 minuten, afhankelijk van het aantal poliepen en de grootte ervan. Na afloop van de operatie gaat u naar de verblijfsruimte.
De blaastumor wordt weggesneden (resectie) met behulp van een klein, metalen lisje waar stroom doorheen gaat. In de plasbuis wordt een kijkbuis ingebracht, die aangesloten is op een camera. Via een monitor kan de uroloog de operatie uitvoeren. Door de kijkbuis wordt het metalen lisje gevoerd.
De meeste patiënten verdragen de blaasspoelingen probleemloos. Het inbrengen van de katheter kan gevoelig zijn en u kunt het gevoel hebben meer te moeten plassen dan normaal. De dag na de spoeling kunt u een wat branderig gevoel hebben bij het plassen. In principe zijn er geen bijwerkingen te verwachten.
Algemene bijwerkingen blaasspoelingen
vaak aandrang om te plassen; moeite met het ophouden van de plas; pijnlijk of branderig gevoel in de blaas en plasbuis; bloed of weefseldeeltjes in de plas.
De frequentie van spoelen varieert van lx per dag tot 2x per week, afhankelijk van de hoeveelheid neerslag in de blaas. De volgende middelen kunnen worden gebruikt: fysiologisch zout, Solutio G en Solutio R. Alle genoemde oplossingen zijn verkrijgbaar in wegwerpzakjes.De Solutio G en Solutio R zijn zure spoelmiddelen.
Een blaasspoeling met Mitomycine® is een vorm van chemotherapie, rechtstreeks in de blaas. Deze behandeling zorgt ervoor dat kwaadaardige cellen niet (of minder snel) terugkomen.
Het spoelen van de blaas via een reeds ingebrachte katheter en katheter zelf is een risicovolle handeling volgens de Wet BIG omdat er een open verbinding is met het milieu interieur met een verhoogde kans op een nierbekkeninfectie.