Van rechts naar links komt om de drie cijfers een punt. Bij bedragen van vier cijfers voor de komma wordt vaak geen punt gezet. Voorbeelden: £ 3800,-; € 1200. In optellingen, kolommen en tabellen worden die bedragen wel met een punt geschreven.
Duizendtallen tot en met twaalfduizend schrijf je uit als woord, dus: zevenduizend, elfduizend en twaalfduizend, maar 13.000 en 28.000. Wanneer je een groot getal hebt, zoals een miljoen, miljard of biljoen schrijf je het uit als een woord. Dus vier miljoen, acht miljard en een biljoen.
Het woord euro en het euroteken (€) zijn in alle contexten bruikbaar. Als u euro voluit schrijft, zet u het woord achter het bedrag: 200 euro. Het euroteken wordt in het Nederlandse taalgebied voor het bedrag gezet, gevolgd door een spatie: Die cd kost € 15,50.
Bedragen worden gewoonlijk met twee decimalen uitgedrukt: € 5,95, € 34,50. Een bedrag afgerond op hele euro's eindigt op twee nullen, maar die worden in Nederland meestal vervangen door een koppelteken of een iets langere liggende streep. (1a) Eén lot kost € 5,00.
Het woord tienduizend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
bij getallen onder de 10.000 wordt het honderdtal gebruikt (dus niet duizend vijfhonderd, maar vijftienhonderd, 1.500)
De prijs voor beste scriptie was €10000 euro. De prijs voor beste scriptie was € 10.000.
De vuistregel is dat we in lopende tekst de getallen onder de twintig, de tientallen en de ronde getallen daarboven in letters schrijven.De andere getallen schrijven we doorgaans in cijfers. Bij miljoen en miljard zijn combinaties van cijfers en woorden mogelijk. In enkele gevallen wordt van de vuistregel afgeweken.
Twee euro schrijf je als €2,00. Twee eurocent is één honderste deel van €2,00, dus €2,00 : 100 = €0,02.
De volgende getallen schrijf je uit in woorden:
Honderdtallen tot duizend (tweehonderd, zevenduizendste) Duizendtallen tot en met twaalfduizend (tweeduizend, tienduizend)
De juiste schrijfwijze is 100K.
100K kan staan voor '100.000' of voor '100.000 euro'. Het woord euro (of het symbool €) kan ook toegevoegd worden. De juiste schrijfwijzen zijn dan 100K euro en € 100K.
De munteenheid euro wordt in het Nederlands met een kleine letter geschreven, zoals andere munteenheden. Dat geldt ook voor samenstellingen en afleidingen met euro: eurocent, euroland (een land waar de euro wettig betaalmiddel is), euromunt, eurootje.
'Dertig euro'. Maar gebruik je een euroteken, dan is er maar één goede manier om dat te schrijven: het teken staat vóór het getalletje en tussen het euroteken en het bedrag, zeg je een spatie. Juist is dus: € 30.
Zo kan 5K worden gebruikt als verkorte weergave van het getal 5000 in het algemeen of van 5000 euro, en kan 100K staan voor 100.000 of 100.000 euro. De K wordt, als feitelijk onderdeel van het getal, aan de rest van het getal vast geschreven.
Antwoord. De ISO-norm en de BIN-norm schrijven de spatie als scheidingsteken voor (10 000 000), maar in de praktijk is ook de schrijfwijze met punten gebruikelijk (10.000.000).
Een ton is in het Nederlands spreektaal voor honderdduizend geldeenheden, bijvoorbeeld honderdduizend euro (€ 100.000,-).
Leg uit dat 1 euro bestaat uit 100 cent.
20 cent muntenrol 40 x 0.20 = 8 euro.
Zo heb je 2 euro munten die 15 euro waard zijn en 1 centjes die 6000 euro waard kunnen zijn. Dus voordat je die kleintjes in je portemonnee voor lief neemt, kun je ze beter nog eens een keer goed bekijken. Maar hoe komt dat sommige euromunten zoveel waard zijn?
In Nederland schrijft men na hele bedragen een komma en een streepje: Hij is me nog € 24,- schuldig. In België is dat niet gebruikelijk: Hij is me nog € 24 schuldig. In financiële teksten (zoals boekhouding, facturen, jaarverslagen) wordt naast euro en € soms ook de ISO-muntcode EUR gebruikt.
Als je alle getallen tot en met 100 kunt schrijven, dan ken je ook alle getallen tot en met 600. De eenheden en de tientallen blijven steeds hetzelfde.Alleen het honderdtal verandert.
Het natuurlijk getal 1001 (duizend en een) volgt op 1000 en gaat vooraf aan 1002.