Je moet 6,53489 afronden op 2 decimalen, dus of je naar boven of beneden afrond hangt af van het derde decimaal. Als dit een 4 of lager is, dan rond je naar beneden af.Is het een 5 of hoger, dan rond je naar boven af. Het derde decimaal is hier een 4 en dus rond je naar beneden af.
Bij het afronden kijk je naar het tweede getal achter de komma en kijk je of deze 5 of hoger is of lager. Bij 5 of hoger rond je het tweede getal achter de komma naar boven af, bij 4 of lager rond je het getal naar beneden af. Zo wordt 5,24 afgerond op één decimaal 5,2 en 5,25 afgerond op één decimaal 5,3.
Als je een getal moet afronden, let dan alleen op het eerstvolgende cijfer dat je weglaat. Als dat cijfer lager is dan 5, rond je omlaag af.Is dat cijfer 5 of hoger, rond je omhoog af.
7,21 is een getal met 2 cijfers achter de komma, dit is dus een getal met 2 decimalen. De getallen achter de komma hebben ook een waarde. Het getal 2,1 is hetzelfde als 2,10 en 2,100 enz. Een extra nul achteraan de decimalen verandert de waarde van het getal niet.
Klik in het menu Opmaak op Cellenen klik vervolgens op het tabblad Getal. Klik in de lijst Categorie op Getal,Valuta,Financieel,Percentageof Wetenschappelijk, afhankelijk van uw celgegevens. In het vak Aantal decimalen kunt u aangeven hoeveel cijfers achter de komma moeten worden weergegeven.
Instructie. Je legt uit dat je een kommagetal af kunt ronden op honderdsten, door te kijken naar het cijfer dat achter de honderdsten staat, het aantal duizendsten. Dit is het derde cijfer achter de komma. Is het cijfer lager dan 5, dan blijft het aantal honderdsten hetzelfde.
Een getal met twee decimalen is ieder willekeurig getal waarbij twee cijfers achter de komma staan. Eventuele volgende nullen veranderen de waarde van het getal niet (2,50 is evenveel als 2,5), maar het aantal decimalen is vaak wel een indicatie van de nauwkeurigheid van het getal, ofwel de mate van afronding.
Het werkt precies hetzelfde als ROUND, behalve dat het altijd een getal naar beneden rondt. Als u bijvoorbeeld 3,14159 naar beneden wilt afronden op drie decimalen: =AFRONDEN NAAR BENEDEN(3,14159;3) wat gelijk is aan 3,141.
Als je 4,224 moet afronden op 2 decimalen, rond je het af naar 4,22. Als je 4,2251 moet afronden op 2 decimalen, rond je het af naar 4,23.
De afrondingsregel
Dat rekenkundig gemiddelde moet voldoende zijn; 5,5 of hoger. Je bent geslaagd bij een gemiddelde van 5,50 of hoger, maar niet met een gemiddelde van 5,49.
Scholen mogen zelf bepalen hoe zij schoolexamens tussentijds afronden. Is het gemiddelde van de resultaten voor maatschappijleer bijvoorbeeld een 5,46, dan kan dat tussentijds worden afgerond naar een 5,5.
Schrijf je 1 cijfer na de komma, dan rond je af 'op een tiende' of 'op 1 decimaal'. Schrijf je 2 cijfers na de komma, dan rond je af 'op een honderdste' of 'op 2 decimalen'.
Een 4,5 wordt namelijk afgerond naar een 5 en een 5,5 wordt afgerond naar een 6.
Als je probeert af te ronden naar het dichtstbijzijnde 100 tal, kijk je naar de plaats van de tientallen, de plaats rechts van het getal waar je naar afrond.Als de plaats van het tiental 5 of hoger is, dan rond je af naar boven. Het is een 5 (of hoger) dus ronden we af naar boven, naar 400.
Bij bedragen waarin achter de komma 50 cent of meer staat wordt het bedrag naar boven afgerond. Bijvoorbeeld €5,50 of meer wordt dan €6. Alles minder dan 50 cent, oftewel 49 cent en minder, wordt naar beneden afgerond. Bijvoorbeeld €5,49 en minder wordt €5.
Als je af moet ronden op honderdduizendtallen, dan moet je eerst kijken naar het getal rechts van het honderdduizendtal. Dat getal is een 7. Bij het afronden gelden altijd deze regels: Is het getal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden.
Na afronden op een honderdtal eindigt het getal op twee nullen. Na afronden op een duizendtal eindigt het getal op drie nullen.
Het meest gebruikelijk is om met drie cijfers achter de komma te werken. mits die mate van nauwkeurigheid gerechtvaardigd is gegeven je meetprocedure. Zet een 0 voor de punt of komma als het ook een andere getal zou kunnen zijn. Kan het alleen een 0 zijn (zoals bij p-waarden) dan kan die worden weg gelaten.
Om dat te doen, kijken we naar 1 plaats naar rechts, wat de tientallen zijn. Als het 5 of hoger is, ronden we naar boven af. Als het lager is dan 5, ronden we af naar beneden. Het is 5 of hoger, dus we ronden alweer af naar boven naar 10.000.
Kommagetallen kun je afronden op een aantal decimalen. Tegenwoordig wordt er in winkels afgerond om niet te hoeven betalen met munten van 1 of 2 eurocent. Zo worden € 1,96 en € 1,97 afgerond op € 1,95 en worden € 1,98 en € 1,99 afgerond op € 2,00.
Selecteer in het werkblad de cellen die u wilt opmaken. naast Getal. Klik in het vak Categorie op Getal. In het vak Aantal decimalen kunt u aangeven hoeveel cijfers achter de komma moeten worden weergegeven.
Wanneer u getallen typt die met een nul beginnen, zoals in sommige identificatienummers, telefoonnummers, creditcardnummers, productcodes of postcodes, worden deze voorloopnullen in Excel verwijderd. U kunt dit voorkomen door eerst de getalnotatie Tekst op de cellen toe te passen voordat u de getallen typt of plakt.