In een natuurlijke tuin vind je vooral inheemse en streekgebonden planten, in ongedwongen combinaties. Denk maar aan kastanjelaars, linden en wilgen, en struiken als hazelaar, vlier of kornoelje. De hagen zijn er het liefst gemengd, met bijvoorbeeld Spaanse aak, meidoorn, appelbes, hulst, liguster en haagbeuk.
In een natuurlijke wilde tuin is volop ruimte voor inheemse planten en dieren. Bovendien is er veel minder onderhoud nodig dan in een klassieke siertuin. Een wilde tuin is ook duurzaam. In een wilde tuin is het volop genieten van wilde planten en alle dieren die daar op af komen.
De aarde/grond die het best geschikt is voor gebruik in de moestuin bevat veel compost en organisch materiaal. De tuinaarde moet niet te zanderig of te dicht zijn. Water moet namelijk goed de kans krijgen om er gemakkelijk doorheen te stromen.
Biodivers wordt inmiddels gebruikt zoals ook 'duurzaam' en ook 'klimaatadaptief' gebruikt worden. In een bredere context en in samenhang met elkaar. Voor ons is een biodiverse tuin een tuin waar zoveel mogelijk soorten planten, dieren, beestjes en organismen zich thuisvoelen.
Het geheim van een bloemenweide is verschraling van de grond. Een strak gazon moet je af en toe bemesten; wil je juist bloemen de ruimte geven, dan gebruik je juist geen mest. Hoe minder voedingsstoffen in de grond, hoe meer bloemen er zullen bloeien!
Een bloemengrasland of bloemenweide kun je enkel in de zon en op een schrale (voedselarme) tot matig voedselrijke bodem met succes aanleggen. Tuinliefhebbers met een arme grond hebben dus een voetje voor. Extreem arme gronden en te voedselrijke bodems zijn niet geschikt voor een bloemenweide.
Plaats de kluit (zonder plastic pot) in het plantgat. De kluit en de bodem moeten even hoog zijn, zo plant u niet te diep én niet te ondiep. Vul het gat aan met het aarde mengsel en druk het geheel goed (mag met de voet naast de stam aangedrukt worden) aan zo maken de wortels contact met uw tuingrond.
De lichtenergie, die nodig is voor de omzettingsreactie, wordt door de plant opgevangen met behulp van chlorofyl. Dit stofje zit in de plant in de chloroplasten. Chloroplasten worden ook wel bladgroenkorrels genoemd. Dankzij het stofje chlorofyl krijgen planten hun groene kleur.
Vaak staan planten bekend om hun groene kleuren, vanwege de bladgroenkorrels of chlorofyl. Groen, rood en geel pigment helpen planten voornamelijk bij het aantrekken van zoveel mogelijk zonlicht. Daarna wordt het zonlicht omgezet in een chemische reactie die nodig is voor fotosynthese.
Maak minimaal 60 procent van je tuin groen.
Kies voor de delen die wel verhard worden voor halfverharding, waterdoorlatende klinkers of een terras met brede voegen. Hierlangs kan het water nog de bodem in trekken. Houd rekening met de ligging van je tuin.
Maar we zitten niet in het luxe segment. Een luxe tuin heeft heel veel niet-levende materialen: veel bestrating, waterelementen, niveauverschillen, pergola's en overkappingen, afscheidingen, zwembaden, terrassen en verlichting. Dat zijn de elementen die écht duur zijn.
Enkele voorbeelden zijn Echinacea, Salvia, geraniumsoorten, lavendel en grassoorten. Voor kleine borders zit je goed met Sarcococco humilis, Pieris, Viburnum davidii, Escalonia en Choisya. Ook siergrassen, varens en grote heesters zoals Osmanthus burkwoodii en Ilex 'Heckenstar' groeien rustig door.
Maak bijvoorbeeld een border en plaats deze aan de lange zijde van de tuin. Je kijkt hierdoor verder de tuin in, waardoor hij optisch groter lijkt. Ook is verticaal tuinieren een mooie optie in een kleine tuin. Bij verticaal tuinieren nemen de planten minder ruimte in beslag.
Daarnaast bevat de tuinaarde (in verhouding met potgrond) te weinig grove delen en hierdoor is de tuinaarde zeer compact. Het aanwezig lucht is minimaal en ook de wortels hebben deze poriën nodig om het gasuitwisselingsproces te kunnen voltooien. Dit zijn de hoofdredenen om nooit rechtstreeks in tuinaarde te planten.
Als u planten in containers kweekt, is potgrond waarschijnlijk de beste optie.Als u echter bloembedden, borders of gazon wilt aanleggen, dan is tuinaarde waarschijnlijk de betere keuze. Het is ook belangrijk om de kwaliteit van de grond te overwegen bij het maken van uw keuze.
Grond verbeteren met gedroogde mestkorrels
Na de winter is de grond in je tuin niet meer zo luchtig. Door Pokon Gedroogde Mestkorrels te strooien in het voorjaar geef je de bodem een echte oppepper. Het verbetert je grond door het hoge gehalte organische stof en maakt het hierdoor weer een luchtig geheel.