In de praktijk wordt nu veelal 230 cm geadviseerd. Bij een dubbele rij ligboxen (koeien met de koppen naar elkaar toe), is het volgens uitkomsten van gedragsobservaties beter de ruimte tussen de koppen te vergroten. De totale lengte van het ligbed zou dan 250 cm moeten zijn.
De stal moet een oppervlakte hebben van het aantal dieren maal 10 vierkante meter. De stal bestaat uit één grote ruimte zonder ligboxen, waar de koeien ongehinderd vrij kunnen lopen, vandaar de naam vrijloopstal. Strohokken voor bijvoorbeeld droge koeien of kalveren zijn geen vrijloopstallen.
Hoeveel oppervlakte weide je nodig hebt, hangt af van de kwaliteit ervan. Van een gemiddeld groot runderras hou je drie dieren per hectare. De persoonlijke ruimte per dier is ongeveer 360 m², maar dan moet je zeker ruwvoer bijvoederen.
Een belangrijk nadeel van de ligboxenstal blijft dat het staan en liggen voor koeien niet helemaal natuurlijk verloopt. Met meer ruimte voor de koeien is daar nog wel wat te verbeteren maar voor echt natuurlijk gedrag is een vrijloopstal nodig.”
De gemiddelde breedte van melkkoeien is 0,73 meter. Dit gemiddelde komt van een steekproef van 350 koeien uitgevoerd door HAS Den Bosch student Robin van Dreumel in opdracht van Nico Vreeburg van Vetvice.
Om de schade aan het milieu te beperken mag landbouwgrond namelijk niet te intensief door vee worden gebruikt. Het aantal koeien moet daarom in verhouding staan tot de beschikbare grond van een bedrijf. Als norm geldt, dat een boer omgerekend 2,5 volwassen melkkoeien per ha cultuurgrond mag houden.
Een ligboxenstal ook wel loopstal genoemd, is een type stal voor rundvee. In een ligboxenstal lopen de koeien los op betonnen roosters, waardoor de mest en urine door sleuven of gaten in het beton in een put valt, de mestput. Soms is er ook een dichte vloer, met een mestschuif, die de mest naar een put schuift.
Een nadeel van een potstal is dat met dit systeem er een grote hoeveelheid stalmateriaal ophoopt. Het stalmateriaal wordt erg compact en kan het een flinke klus zijn om dit (handmatig) te verwijderen. Verschillende materialen zijn geschikt voor een potstal: Vlas.
De Ligboxenstal is de meest gebruikte stal in Nederland. De koeien kunnen er los in rondlopen en hebben een fijne plek om te liggen. Deze plek heet een ligbox. De bodem van een ligbox is bedekt met zaagsel of een rubberen mat zodat de koe zacht kan liggen.
Hoeveel dieren zijn nog een hobby
Als u kunt uitleggen dat u uw dieren voor de hobby houdt en dus niet bedrijfsmatig, dan bent u een particulier. Er is geen maximum aantal dieren dat u als particulier mag houden.
De mestproductie ligt op zo'n 29 kuub per jaar plus 43,5 kilo fosfaat, waardoor een koe per dag zo'n €1,37 kost aan mest. – De overige kosten, zoals ziektekosten, water en de kosten van het melken (exclusief de arbeid), bedragen zo'n 41 cent per dag.
Gezegd wordt dat teveel koeien zorgen voor teveel mest in de weide. En dat is wettelijk niet toegestaan. Toch kun je best twee of meer koeien houden; in dat geval moet je er voor zorgen dat er dan bijvoorbeeld minder geiten en schapen rondlopen.
Die tijd heeft het gras wel nodig om te herstellen. Voor paarden gaat men meestal uit van 3 paarden per hectare (= 10.000m2), dus zeker 3.000 m2per paard. Een pony heeft al snel 1.000 m2 nodig. De biologische veeteelt houdt maximaal 1 rund per halve hectare land, maar liever een koe per ongeveer 10.000 m2 weidegrond.
De norm voor stro- oppervlakte per koe is minimaal 8 vierkante meter, dit is inclusief het kalf tot 2 maanden. Koe en kalf blijven schoon met 4 à 5 kilo stro per 8 vierkante meter per dag. Minder oppervlakte per dier betekent meer stro per vierkante meter. Strooien kan om de dag of dagelijks.
Een voordeel van dit type stal is dat de koeien niet uitglijden op een gladde stalvloer en dat ze genoeg ruimte hebben voor sociaal gedrag. Voor de boer brengt de potstal meer werk met zich mee. Hij moet – als de koeien in het voorjaar naar buiten gaan – een dikke laag mest opruimen.
In 2021 telde Nederland 17 duizend (0,4 procent) minder runderen dan een jaar eerder. Er stonden 1,57 miljoen melkkoeien geregistreerd, 1,4 procent minder dan een jaar eerder. Het aantal vleeskalveren is met 2,3 procent afgenomen naar ruim 1 miljoen dieren.
Voer. De koeien krijgen een rantsoen van gedroogd gras, maïs, tarwe, brok, soja, vitaminen en mineralen. Ze worden elke ochtend gevoerd met een mengwagen waarbij alle voercomponenten door elkaar gemixt zijn.
Het gewicht van een volwassen stier met een schoft van ongeveer 1m45 tot 1m50 schommelt tussen 1.100 en 1.250 kg. Niet zelden evenwel treft men exemplaren aan van meer dan 1.300 kg. Het gemiddeld gewicht van een volwassen koe met een schofthoogte van 132 tot 134 cm in het begin van de dracht bedraagt 700 tot 750 kg.
Je kunt de stal dagelijks uitmesten met een mestvork en een kruiwagen maar je kan ook kiezen voor het oppotsysteem en de stallen periodiek leeghalen met bijvoorbeeld een trekker. Dagelijks uitmesten is echter hygiënischer.
Wat heeft het geheel gekost? “De totaalkosten voor de sanering van de oude stal, de nieuwbouw, inclusief melkinstallatie en aanpassing erf, liggen op ongeveer € 450.000. Voor een biologische potstal is dat met € 7.500 per koe niet duur.
Neem een kuip en leg een laagje paardenmest (of gelijk welke andere mest) op de bodem. Sproei er een beetje (verdunde) Effectieve Micro-organismen over en strooi er ook een handvol lavameel over. Leg weer een laagje paardenmest met een beetje Effectieve Micro-organismen en lavameel. Herhaal dit tot de kuip vol is.
Het gemiddelde aantal melkkoeien per melkveebedrijf is, op basis van het Bedrijveninformatienet, tussen 2000 en 2021 toegenomen van 57 tot ruim 108 stuks. Uit de CBS landbouwtelling blijkt dat er in 2021 per saldo 414 melkveebedrijven zijn gestopt (3%).
Melkveebedrijven hebben in 2021 gemiddeld 1,8 melkkoeien per ha. In de Zandregio is de veebezetting voor melkkoeien het hoogste (1,9 melkkoeien/ha) en in de Lössregio het laagst (1,7 melkkoeien/ha). De veebezetting voor jongvee is in 2021 gelijk aan 2019 en 2020 en bedroeg in 2021 0,33 gve/ha.