De OR regelt zijn zittingsduur in zijn reglement en deze mag volgens de wet twee jaar, drie jaar of vier jaar zijn. Verlenging door de OR van zijn zittingstermijn van twee of drie jaar tijdens de zittingstermijn is wettelijk niet mogelijk. Artikel 12 WOR bepaalt als regel dat de OR-leden om de drie jaar aftreden.
In het vierde lid van artikel 12 WOR staat dat een OR-lid te allen tijde vrijwillig 'ontslag' kan nemen van het OR-werk. Hij moet de voorzitter van de OR en de bestuurder dan schriftelijk informeren over zijn besluit.
Welke rechten heeft een ondernemingsraad (OR)? Om invloed uit te oefenen heeft de ondernemingsraad (OR) verschillende rechten. Adviesrecht, instemmingsrecht, initiatiefrecht en recht op informatie van de werkgever.
Ja, normaal gesproken kunnen OR-leden worden herkozen. Dit is vastgelegd in artikel 12 WOR. Wel kunt u als ondernemingsraad deze herkiesbaarheid beperken tot bijvoorbeeld twee zittingstermijnen, als u wilt dat de OR regelmatig wordt ververst.
Het aantal werknemers bepaalt hoeveel leden een ondernemingsraad (OR) telt. Bij 50 tot 100 werknemers moet een ondernemingsraad 5 leden hebben. Bij 100 tot 200 werknemers moet een ondernemingsraad 7 leden hebben. Bij 200 tot 400 werknemers moet een ondernemingsraad 9 leden hebben.
Werkgever weigert OR in te stellen
Als de ondernemer weigert een OR in te stellen of zijn medewerking hieraan te verlenen, dan handelt hij in strijd met de verplichtingen van de Wet op de ondernemingsraden. Werknemers kunnen dan naar de kantonrechter stappen, die de werkgever kan verplichten om het alsnog te doen.
De Wet op de Ondernemingsraden geeft de ondernemingsraad (OR) een aantal rechten. Deze bevoegdheden zijn: adviesrecht, instemmingsrecht, initiatiefrecht en recht op informatie van de werkgever. Vooraf duidelijke afspraken maken over het proces helpt in de samenwerking tussen de OR en bestuur of directie.
Alle ouders van de school kiezen welke ouders lid worden van de medezeggenschapsraad (MR). Tijdens verkiezingen mogen alle ouders stemmen. De regels voor de verkiezingen staan in het medezeggenschapsreglement en worden door de MR daarin zelf bepaald.
Gebruikelijk is een minimum van 6 overlegvergaderingen per jaar. En er zal altijd een vergadering moeten plaatsvinden (binnen twee weken) als de ondernemingsraad of de bestuurder daarom vraagt. Dat is dan vaak een extra of “tussentijdse” OV.
De ondernemingsraad (OR) komt op voor de belangen van het personeel in een onderneming of organisatie. De OR mag meedenken over bedrijfseconomische en sociale onderwerpen. De OR kan door advisering of instemming invloed hebben op de bedrijfsvoering.
Als OR-lid houd je je met andere zaken bezig dan in je normale werk. Je krijgt inzicht in de afwegingen die jouw werkgever maakt. Zo leer je begrijpen waarom bepaalde beslissingen worden genomen. De ondernemingsraad handelt in het belang van werknemers.
Het is wel mogelijk dat medewerkers je voor de rechter dagen als je weigert om een ondernemingsraad in te stellen. Op grond van de Wet op de economische delicten kan de rechter je dan een sanctie opleggen. Volgens deze wet kan het gaan om een hechtenis van maximaal zes maanden, een taakstraf of een geldboete.
Interne regelingen voor het personeel, zijn meestal de kern van het werk van de ondernemingsraad. Op het gebied van personeel heeft de ondernemingsraad de meeste invloed. Dit komt om de OR bij dit onderwerp altijd gebruikmaakt van het instemmingsrecht.
Als de bestuurder een besluit heeft genomen zonder advies te vragen (per ongeluk of bewust) dan kan de ondernemingsraad beroep instellen bij de Ondernemingskamer (artikel 26 lid 1 WOR). Daarin zal moeten worden bepaald of het besluit van de bestuurder 'kennelijk onredelijk' is.
Als je geen ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging in je bedrijf (met minimaal tien en maximaal vijftig medewerkers) hebt, ben je als werkgever verplicht minstens tweemaal per jaar een personeelsvergadering te houden. Met deze vergaderingen regel je de (wettelijk verplichte) medezeggenschap in jouw bedrijf.
De spelregels van de overlegvergadering zijn uitgewerkt in artikel 24 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Ook staat in dit artikel wie bij de overlegvergadering aanwezig moeten zijn. Dat zijn niet alleen de OR en de bestuurder, maar alle partijen die direct betrokken zijn bij de besluitvorming in de organisatie.
In de overlegvergadering is de bestuurder de gesprekspartner van de OR (de bestuurder voert het overleg namens de ondernemer). Artikel 23a lid 6 van de WOR stelt dat zowel de ondernemer als de OR een deskundige kunnen uitnodigen in de overlegvergadering.
In de wet staat de zittingsduur van een MR-lid niet beschreven. Het schoolbestuur of schoolleider -afhankelijk van wie de gesprekspartner is- en de MR bepalen dit onderling overleg. De afgesproken zittingsduur wordt altijd opgenomen in het medezeggenschapsreglement.
Omvang en de WMS
De Wet medezeggenschap op scholen (WMS) schrijft voor dat een medezeggenschapsraad (MR) uit ten minste vier leden bestaat (artikel 3 lid 2 WMS), waarvan twee ouderleden (artikel 3 lid 3b1) en twee personeelsleden (artikel 3 lid 3b3).
Ouders en personeel
Zij hebben ieder een eigen geleding: een oudergeleding en een personeelsgeleding. De verdeling van ouders is gelijk aan personeelsleden. In het voortgezet onderwijs kunnen ook leerlingen gekozen worden voor de (G)MR. Zij vormen dan samen met ouders één groep.
Voor ondernemingen of organisaties met 50 of meer medewerkers is een ondernemingsraad (OR) verplicht. Heeft een ondernemer meer bedrijven? Dan moet elk bedrijf met minimaal 50 medewerkers een eigen OR hebben.
OR kan werknemer doorverwijzen
De directe leidinggevende – voor problemen in de werksituatie of een kwestie met deze leidinggevende zelf. De vertrouwenspersoon – voor problemen op persoonlijk gebied. De personeelsmanager/afdeling P&O – voor vragen over waarderingsverschillen, beoordelingen en het arbeidscontract.
Wat mag je verwachten van de OR? Enerzijds is de OR er om de medewerkers te vertegenwoordigen, anderzijds is de OR er om jou als werkgever van advies te voorzien en mee te denken over belangrijke beslissingen. Dit betekent dat ze invloed mogen uitoefenen op de keuzes die je wilt maken binnen je organisatie.
Hiervoor tellen mee: (i) personen die in de onderneming werken op basis van een arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling. Ook werknemers in deeltijd tellen volwaardig mee. Verder tellen mee (ii) ingeleende werknemers die ten minste 15 maanden bij de onderneming werkzaam zijn.