Een 20-jarige patiënt met nierfalen die dialyseert, heeft een resterende levensverwachting die vergelijkbaar is met die van een gezonde 65-jarige (namelijk nog 20 jaar).
Als dat niet meer voldoende lukt, is er sprake van nierfalen. Er zijn twee vormen van nierfalen: acuut en chronisch. Acuut nierfalen ontstaat binnen enkele dagen tot weken, waarbij de nieren plotseling niet meer werken.
Wanneer er geen restfunctie van de nieren is, zoals bij de meeste chronische dialysepatiënten, is de levensverwachting twee tot drie weken.
Als het steeds slechter wordt, ondanks een dieet en medicijnen, en je nieren helemaal niet meer werken, heb je terminale nierinsufficiëntie. In Nederland gebeurt dit elk jaar bij ongeveer vijfentwintig kinderen. Je hebt dan dialyse nodig om je bloed te zuiveren of je krijgt een nieuwe nier via een niertransplantatie.
Klachten. Klachten van nierfalen treden meestal pas op bij een GFR onder 25 ml/minuut. De nierfunctie is dan al ernstig gestoord. De meest voorkomende klachten zijn vermoeidheid, een slechte eetlust, misselijkheid, slecht slapen, hoofdpijn door een verhoogde bloeddruk en vocht vasthouden in de benen.
Als uw nieren langzaam slechter worden, ontstaat uiteindelijk nierfalen. De nieren werken dan bijna niet meer. Uw arts noemt dat een eGFR-waarde die lager is dan 15 ml/ minuut. U kunt dan met palliatieve zorg te maken krijgen, maar dat hoeft niet.
Pijn komt voor bij 58% van de patiënten met een chronische nierziekte; 49% van de patiënten gradeert de pijn als matig of ernstig [Davison 2014].
De resterende levensverwachting van een 20-jarige patiënt met nierfalen die preëmptief een niertransplantatie heeft gehad, is vergelijkbaar met die van een gezonde 40-jarige (nog ruim 40 jaar).
De meest opvallende klacht is de vermindering van de urineproductie. Je gaat plots abnormaal weinig plassen, minder dan 400 ml per dag. Maar het kan ook zijn dat je nog normaal kunt plassen.
Door de nierschade kunt u bijvoorbeeld last krijgen van vermoeidheid, misselijkheid, jeuk of kramp in de benen. Het verschilt per persoon welke klachten er optreden. Hoe meer schade aan de nieren, hoe meer klachten er kunnen ontstaan. Bij nierfalen werken de nieren bijna niet meer.
Mensen met chronische nierschade hebben een verhoogd risico op nierfalen, en op overlijden door hart- en vaatziekten. Van alle inwoners in Nederland, hebben mensen met chronische nierschade zelfs het hoogste risico op hart- en vaatziekten.
De nieren zijn belangrijke organen. Ze kunnen meten of het lichaam voldoende, te veel, of te weinig vocht heeft. Is er te veel vocht in het lichaam, dan maken ze veel urine en als er een tekort is, dan maken ze maar weinig urine aan. Veel drinken betekent dus ook veel plassen.
Dit getal geeft aan hoeveel bloed de nieren per minuut kunnen filteren/zuiveren. Bij een gezonde persoon is dat meer dan 90 milliliter per minuut. Deze waarde neemt af met toenemende leeftijd. Bij een bejaard persoon kan een waarde van 30 tot 45 milliliter per minuut nog normaal zijn.
Van paracetamol (het werkzame bestanddeel in pijnstillers zoals bijv. Dafalgan) is nooit bewezen dat het schadelijk zou zijn voor de nieren.
Gezonde voeding voor de nieren zijn vooral rode paprika, groene kool, bloemkool, knoflook of knoflookpoeder, ui, appels, cranberry, bosbessen, frambozen, aardbeien, kersen, (vette) vis, rode druiven en olijfolie. Nieren liggen aan de rugzijde van je lichaam, boven de taillelijn.
Zo heeft cafeïne een positief effect op je nieren, waardoor dagelijkse koffieconsumptie volgens nieuwe onderzoek gekoppeld kan worden aan een lager risico op een chronische nierziekte. Het consumeren van een beetje cafeïne kan het risico op overlijden voor nierziektepatiënten zelfs verlagen.
Als je alcohol drinkt gaan je nieren harder werken. Je moet vaker en meer plassen en verliest dus meer vocht dan normaal. Zo loop je meer kans op uitdroging. Als je veel alcohol drinkt en je lever raakt overbelast, dan kan je lever de giftige stoffen die in alcohol zitten niet goed afbreken.
Alcohol stimuleert de uitscheiding van urine, waardoor deze minder geconcentreerd is. Overmatige alcoholconsumptie daarentegen, stimuleert de calcium uitscheiding, wat het risico op nierstenen juist verhoogt. Het specifiek gunstige effect van bier zou verklaard kunnen worden door de hop.
Veelgestelde vraag. Welke klachten heb je in de verschillende stadia van chronische nierinsufficiëntie? Bij stadium I heb je weinig klachten en maar een klein beetje verlies van nierfunctie. Bij stadium II en III heb je advies van de dokter nodig om je nierfunctie zo goed mogelijk te houden.
Van een griep herstel je vaak vanzelf. Ook een wondje geneest meestal. Maar je nieren kunnen zichzelf niet herstellen.
Een hogere kalium-inname is gunstig voor een betere controle van de bloeddruk en kan zelfs nierfunctieverlies tegengaan. Eiwit, niet te veel beperken. Het beperken van rood vlees in je voeding en het grotendeels vervangen van dierlijk eiwit door plantaardige eiwit kan je nieren helpen.
Jeuk is een complex en lastig te controleren probleem bij nierpatiënten. Veel patiënten hebben er last van, maar artsen begrijpen nog niet volledig waar de jeuk vandaan komt. Waarschijnlijk spelen zowel schadelijke stoffen als afweerreacties een rol.
Nierfalentraject Wanneer de resterende functie van de nieren minder wordt dan 20 tot 25 procent zult u het nierfalentraject aangeboden krijgen. Nierfalentraject Wanneer de resterende functie van de nieren minder wordt dan 20 tot 25 procent zult u het nierfalentraject aangeboden krijgen.