Van de mensen met een laaggradig glioom is ruim 80% twee jaar na diagnose nog in leven, terwijl dit ongeveer de helft is onder patiënten met een hooggradige ziekte. Glioblastoom, het meest voorkomende type, heeft de slechtste prognose met een 2-jaarsoverleving van nog geen 20%.
De levensverwachting van patiënten met een kwaadaardige hersentumor is kort. Van de honderd mensen is de helft na vijftien maanden overleden. Met haar onderzoek hoopt Broekman hun situatie te verbeteren. De ontwikkeling staat al bijna vijftien jaar nagenoeg stil.
Graad I tumoren worden goedaardige tumoren genoemd omdat deze vaak genezend te behandelen zijn. Definitieve genezing van gliomen met graad II t/m IV is tot op heden helaas niet mogelijk. Deze gliomen groeien met uitlopers door het gezonde hersenweefsel heen en kunnen daardoor nooit volledig verwijderd worden.
Hoewel een goedaardige hersentumor niet uitzaait, kan deze wel gevaarlijk zijn. In uitzonderlijke gevallen kan een goedaardige tumor in een kwaadaardige tumor veranderen. De goedaardige hersentumor kan zelf ook klachten geven. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer deze druk geeft op omliggend weefsel.
De meeste hersentumoren zijn erg kwaadaardig en groeien snel. Daardoor is het meestal binnen een maand of drie wel duidelijk dat er wat anders aan de hand is en wordt iemand doorgestuurd naar de neuroloog. Voor de overlevingskansen is deze vertraging overigens niet van belang: gliomen zijn ongeneeslijk.
Goedaardige tumor
De tumor kan wel groot worden, maar geeft daardoor geen problemen. Immers, de cellen zaaien zich niet uit. Bij goedaardige tumoren groeit het gezwel dus niet door andere weefsels heen en kan het zich hierdoor niet verspreiden door het lichaam. Goedaardige tumoren zijn zelden gevaarlijk.
Bij ongeveer 2% van de patiënten vindt volledige genezing van de hersentumor plaats. Bij de overige 98% komt de hersentumor ooit weer terug.
De meest voorkomende goedaardige hersentumor is het meningeoom, dat ontstaat vanuit de hersenvliezen. Een ander goedaardig gezwel is de hypofysetumor. De hypofysetumor ontstaat in de hypofyse; een klein, hormonenproducerende klier achter de ogen. Deze tumoren zijn over het algemeen goed operatief te verwijderen.
Een snelgroeiende of grote tumor veroorzaakt drukverhoging in de hersenen. Een gevolg van drukverhoging kan hoofdpijn zijn. Dit krijg je vooral bij activiteiten die zelf ook de druk laten toenemen, zoals bukken, niezen of persen. Soms gaat de hoofdpijn samen met misselijkheid en overgeven, vaak vroeg in de ochtend.
Het is mogelijk dat een tumor na de behandeling weer aangroeit en terugkomt (recidief). Dat gebeurt vooral als bij de behandeling niet de gehele tumor verwijderd kon worden (bij meer dan de helft van de patiënten ontstaat een recidief).
De hoofdpijn bij een hersentumor is niet voor iedereen gelijk, maar de typische hoofdpijn bevindt zich achter de ogen, heeft een drukkend karakter en is niet kloppend, zoals bijvoorbeeld bij migraine het geval is. Bij tumoren in de kleine hersenen kan de hoofdpijn juist in het achterhoofd zitten.
Zoals eerder gezegd komt een hersentumor op een enkele uitzondering na altijd weer terug. Een typisch beloop is een waarbij een patiënt na operatie goed opknapt, maar na zes maanden toch weer verschijnselen gaat vertonen. De MRI-scan laat dan vaak een recidief zien.
De kans op genezing hangt bij een hersentumor van veel dingen af: van het type hersentumor, van de grootte van de tumor(en) bij diagnose, van het aantal tumoren bij diagnose, van de plaats van de tumor(en) in de hersenen of het ruggenmerg, van de groeisnelheid van de tumor(en), van de leeftijd en de algemene toestand ...
De tumoren ontstaan meestal rond het 50e tot 60e levensjaar, maar kunnen ook veel eerder of later optreden. Wat dat betreft is er een grote spreiding. Mannen en vrouwen lopen min of meer in gelijke mate het risico een hersentumor te krijgen.
Levensverwachting bij een hersentumor
Minder dan 1 procent van de mensen overleeft een kwaadaardige hersentumor. De gemiddelde overlevingsduur, na diagnose van de meest snelgroeiende kwaadaardige en meest voorkomende hersentumor, is vijftien maanden.
T1c: de tumor is tussen de 1 en 2 centimeter groot. T2: de tumor is tussen de 2 en 5 centimeter groot. T3: de tumor is groter dan 5 cm. T4: de tumor is in de omliggende weefsels gegroeid.
Als een goedaardige bottumor klachten geeft, groeit of 'kwaadaardige trekjes' heeft, halen we de tumor meestal weg met een operatie. Welke operatie dat is, hangt af van de soort tumor en de plaats van de tumor. Soms kunnen behandelen met radiofrequente ablatie. Er is dan geen operatie nodig.
Goedaardige tumoren
Het gezwel groeit niet door andere weefsels heen. Ook kan het niet uitzaaien naar andere organen. Een goedaardige tumor kan wel tegen omliggende weefsels of organen drukken. Dit kan een reden zijn om de tumor te verwijderen.
De meeste hersentumoren zijn niet volledig chirurgisch te verwijderen. Waardoor afhankelijk van de aard van de tumor, nog een nabehandeling nodig is. Sommige hersentumoren zijn moeilijk benaderbaar, doordat de tumor in een hersengebied ligt met een belangrijke functie.
Een kwaadaardige hersentumor groeit snel en dringt wel door in het omliggende hersenweefsel. De tumor kan uitzaaien naar andere delen van de hersenen of het ruggenmerg. Een kwaadaardige hersentumor zaait heel zelden uit naar andere delen van het lichaam.
Dit soort tumor is zeer hardnekkig maar de onderzoekers hebben een manier gevonden om de groei ervan te stoppen. "We hebben ontdekt dat als we IL-33 verhinderen de kern van de tumorcellen te bereiken, dat het hele proces lamlegt.
Het is goed om iemand anders mee te nemen naar gesprekken met je arts. Je partner bijvoorbeeld, of iemand anders die je goed kent en vertrouwt. Als steun, maar ook om vragen te stellen waar je zelf misschien niet zo snel aan denkt. Je kunt ook steun vinden bij andere patiënten met een hersentumor, lotgenotencontact.
Hersentumor (glioom)
Per jaar wordt in Nederland bij ongeveer 1.200 mensen een kwaadaardige primaire hersentumor ontdekt, waarvan de meeste zogenaamde gliomen zijn. Sinds eind 2015 is HMC één van de landelijke expertisecentra voor gliomen.
Gevolgen van een hersentumor
Hersentumoren kunnen aanleiding geven tot verstoorde hersenfuncties. Kwaadaardige tumoren kunnen in het omliggende weefsel groeien en zo hersenletsel veroorzaken. Ook een goedaardige hersentumor kan gevaarlijk zijn als deze in een belangrijk hersendeel zit.