Het kan een maand tot twee maanden duren voordat u zich comfortabel voelt in uw nieuwe kunstgebit. Uw tandarts of tand technicus zal u in deze beginperiode goed begeleiden. Een nacontrole en periode controle voor uw kunstgebit is daarom een belangrijke zaak.
Stukken afbijten kunt u met een kunstgebit beter niet doen. Snijd uw voedsel daarom in stukjes en kauw rustig en gelijkmatig met de kunstkiezen. Neem daarbij aan beide zijden een stukje voedsel in de mond. Neem er meer tijd voor dan dat u gewend bent.
Op sommige plaatsen kan het te strak tegen de kaak zitten; er kunnen dan drukplaatsen ontstaan, kleine zweertjes op het tandvlees. De tandarts kan hier iets aan doen door wat weg te slijpen van het kunstgebit op de plaatsen waar het te strak zit. Vijl of schuur nooit zelf aan uw kunstgebit.
Wanneer een kunstgebit of prothese 's nachts uit is, kan men niet tandenknarsen of klemmen en komen tandvlees en kaak tot rust. Daarmee voorkomt u ook verdere slijtage aan het kaakgewricht en de prothese.
Neem de eerste dagen zacht voedsel, zoals soep, puree of pudding. Probeer enkele dagen daarna een stukje vis en een aardappel. Weer later kunt u voedsel eten zoals vlees of een appel. Stukken afbijten kunt u met een kunstgebit beter niet doen.
Het kan een maand tot twee maanden duren voordat u zich comfortabel voelt in uw nieuwe kunstgebit. Uw tandarts of tand technicus zal u in deze beginperiode goed begeleiden. Een nacontrole en periode controle voor uw kunstgebit is daarom een belangrijke zaak.
Niet alleen het aanzicht van uw kunstgebit verandert als u in de spiegel kijkt, maar ook het gevoel in uw mond is anders bij een kunstgebit. Daarom is het zaak dat u de prothese zoveel mogelijk in heeft, zodat uw kaak en mond kunnen wennen. Dit kan enkele weken duren en kan in het begin als pijnlijk worden ervaren.
Zodra u volledig gewend bent aan het kunstgebit, moet u in staat zijn bijna alles te eten. Er zijn echter een aantal voedingsmiddelen die altijd moeilijk blijven om te eten, zoals hard knapperig brood, taai rood vlees, kauwgom, noten, kleverige snoep en smeuïge voedsel als pindakaas.
Tips voor het eten met een kunstgebit
Begin met kleine hoeveelheden eten dat in kleine stukjes is gesneden. Kauw de eerste helft van het eten linksachter in je mond en de andere helft rechtsachter. Zo wordt de druk over je kunstgebit verdeeld. Begin met zacht eten.
De tandarts zal de patiënt goed verdoven en de tanden en kiezen worden eruit gehaald. Het kunstgebit wordt vervolgens over de wonden geplaatst. Het werkt hier bij als het ware als een drukverband. De patiënt krijgt de instructie om het gebit 24 uur in te houden.
Hoe snel geneest de wond na het trekken van een tand of kies? Het duurt een dag of tien voordat de wond helemaal dicht is. Als het bloed in de wond goed kan stollen, geneest de wond het beste.
Problemen met een kunstgebit of gebitsprothese kunnen bestaan uit het loszitten van het gebit, pijn en beperkingen bij het eten, maar bijvoorbeeld ook kokhalsneigingen. De invloed van gebitsprothese problemen op het dagelijks functioneren kan groot zijn.
Uw kunstgebit droog of vochtig bewaren
De beste plek om uw kunstgebit 's nachts te bewaren is in een opbergdoosje voor uw kunstgebit. Wanneer u de gebitsprothese in een glas water of op een soortgelijke plek zou bewaren, bevordert u de groei van schadelijke bacteriën.
Zodra u volledig gewend bent aan het kunstgebit, kunt u bijna alles eten. Maar sommige voedingsmiddelen blijven moeilijk om te eten zoals hard knapperig brood, taai rood vlees, kauwgom, noten, kleverige snoep en smeuïg voedsel als pindakaas.
De nadelen zijn: • Het gebit zit los in je mond, waardoor het kan schuiven tijdens het eten en praten. Iets afbijten met de voortanden gaat vaak moeilijker of helemaal niet. Door het schuiven van het kunstgebit kunnen er drukplekjes in je mond ontstaan. Je kaken worden kleiner wanneer je langer een kunstgebit draagt..
U kunt nagenoeg weer alles met uw gebit doen zoals u dat vroeger deed met uw eigen gebit. U kunt dus weer praten, eten, bijten, lachen en zoenen. Zonder te hoeven nadenken.
Het is bij ons in de praktijk gebruikelijk deze ruimte na 6 weken op te vullen met een tijdelijke voering ('tissueconditioner'). 6 weken daarna slinkt de kaak nog maar weinig en kan de tijdelijke voering door een blijvende voering vervangen worden ('rebasing').
Volledige protheses blijven op hun plek zitten door een dun laagje speeksel dat zich bevindt tussen het kunstgebit, uw kaak en tandvlees. Het is daarom ook erg belangrijk dat de vorm van het kunstgebit goed aansluit bij de vorm van uw kaak.
Pijn door een nieuw kunstgebit
Het zit strak tegen uw kaken aan. Op sommige plaatsen misschien wel iets té strak. Daardoor kunnen gevoelige drukplaatsen ontstaan. Door een kleine correctie aan uw kunstgebit kan uw behandelaar deze pijn meestal wegnemen.
Het nieuwe kunstgebit kan in het begin pijn veroorzaken. Bij het plaatsen van het kunstgebit zat het prima, maar na een paar dagen kan het strakker aanvoelen rond de kaken. Dit kan pijnklachten veroorzaken. Slijp of vijl nooit zelf aan uw kunstgebit.
NEE, een kunstgebit moet droog in een afgesloten bakje worden bewaard. In het water gaan vele bacteriën en schimmels zich aan de prothese hechten.
Een klikgebit biedt de ideale oplossing wanneer u niet in aanmerking komt voor een regulier kunstgebit, of als u niet (langer) de wens heeft een regulier kunstgebit te dragen. Sommige mensen vinden een kunstgebit niet comfortabel of ervaren het als pijnlijk. Een klikgebit biedt in deze gevallen de uitkomst.
Het krijt wat in tandpasta zit, bedoelt om eigen tanden en kiezen schoon te 'schuren', zorgen voor krasjes in het kunststof van het kunstgebit. En uiteraard (het klinkt vreemd maar in de praktijk gebeurt het echt!) mag het kunstgebit niét in de afwasmachine, in een bakje met puur chloor of in een pannetje kokend water!
De mond heeft wel wat tijd nodig om aan de gebitsprothese te wennen. Vaak ontstaat er een drukkend gevoel op het tandvlees of reageert het tandvlees overgevoelig. Ook kun je last hebben van een scherp randje waardoor je pijn voelt. Geef de mond de tijd om aan de prothese te wennen.
Poets minimaal twee keer per dag met een fluoridehoudende tandpasta. Kies daarnaast een tandenborstel die het best bij jouw gebit past. Pijnlijk tandvlees kun je tevens voorkomen door -naast het tandenpoetsen- te flossen, stokeren of rageren, soms aangevuld met een mondspoelmiddel of tongschraper.