Als u geen volledige AOW-uitkering ontvangt, kunt u misschien een aanvulling krijgen: de aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO). Dit is een bijstandsuitkering. Heeft u wel een volledige AOW-uitkering, dan kunt u op andere manieren proberen uw inkomen aan te vullen.
Een richtlijn die vaak wordt gebruikt voor 'genoeg pensioen' is 70% van het laatstverdiende bruto-inkomen. Dit betekent dat je 70% van het (bruto) inkomen dat je ontvangt als je met pensioen gaat nodig hebt voor je pensioen.
De traditionele manier om een pensioentekort aan te vullen, is door een lijfrente op te bouwen. Dit heet ook wel pensioensparen of banksparen. U bouwt dan een oudedagsvoorziening op met belastingvoordeel. De inleg is namelijk aftrekbaar voor de belasting.
Een veelgenoemde vuistregel is dat een comfortabel pensioen ongeveer 70% bedraagt van het laatste netto-inkomen. Zodra je met pensioen gaat, vallen er vaak kostenposten weg. Zo kom je met wat minder ook prima rond.
Rekenvoorbeeld - 500 000 euro pensioenkapitaal
Stel dat u 500 000 euro kapitaal heeft om op pensioen te gaan. In uw eerste pensioenjaar haalt u dan 4% van dat kapitaal uit de pot om van te leven, zijnde 20 000 euro.
Het onderzoek neemt Amsterdam als maatstaf van Nederland. Met een gemiddelde levensverwachting van 82.1 jaar en maandelijkse kosten van gemiddeld zo'n 1200 euro, zou je 244.000 euro moeten sparen.
Het rendement is laag
Hoewel pensioensparen vaak wordt voorgesteld als goede belegging, ligt het rendement laag: de afgelopen 10 jaar gaat het voor veel fondsen jaarlijks om iets minder dan 5%. Bij een jaarlijkse inflatie van 2% blijft er dus maar 3% aan “reële” koopkrachtstijging over.
Je kunt bijvoorbeeld zelf pensioen opbouwen bij een verzekeraar, voor je pensioen beleggen bij een beleggingsinstelling of beleggingsonderneming, of je kunt banksparen bij een bank.
Er wordt slechts voor maximaal 45 loopbaanjaren een pensioen toegekend. Voorbeeld Heb je 35 jaar gewerkt, dan bedraagt je minimumpensioenbedrag: 35/45 X 1.532,82 euro (tarief alleenstaande) of 1.915,42 euro (tarief gezin).
Pensioen dat u straks krijgt
Stel, u bouwt gedurende uw hele werkzame leven (zo'n 40 jaar) elk jaar 1,65% van uw pensioengrondslag aan pensioen op. Dan krijgt u als u met pensioen gaat een uitkering van 40 x 1,65% = 66% van uw gemiddelde pensioengrondslag.
AOW moet ook stijgen
Uit Nibud-onderzoek blijkt dat één derde van de gepensioneerden moeite heeft met rondkomen. Dan gaat het om ouderen die alleen AOW hebben, met misschien een klein pensioen erbij. "De AOW is een bestaansminimum", zegt Martin van Rooijen, fractievoorzitter van 50Plus.
Een seniorentoeslag is een toeslag die speciaal geldt voor senioren, in dit geval voor mensen die de AOW-leeftijd bereikt hebben. Deze toeslagen zijn bedoeld om de aanschaf van bepaalde duurzame producten te stimuleren en ouderen een handje te helpen.
Een handige vuistregel is dat je ongeveer 70% van je (bruto) laatstverdiende inkomen nodig hebt om lekker te leven. Maar neem dit niet klakkeloos over en bedenk goed of dit ook voor jou van toepassing is.
Gemiddeld krijgt een gepensioneerd persoon €2845 netto per maand aan pensioen. Dit bedrag is een optelsom van alle mogelijke inkomstenbronnen (o.a. AOW, je werknemerspensioen en eventuele spaarrekeningen of lijfrentes).
Wanneer uw loopbaan 14 040 dagen telt - 45 jaren van 312 dagen (14 040 = 45 x 312) - dan spreken we van een 'volledige loopbaan'. In bepaalde gevallen moeten we dagen schrappen bij de berekening van uw pensioenbedrag. Deze schrapping noemen we de beperking tot de eenheid van loopbaan.
Maar zelfs dán blijft pensioensparen een zeer voordelige formule: het gespaarde bedrag van 19.800 euro heeft na 20 jaar een fiscaal voordeel van 5.940 euro opgeleverd, en een meerwaarde van meer dan 15.400 euro.
Na het overlijden wordt het opgebouwde spaarkapitaal verdeeld onder de erfgenamen en/of begunstigden. Als de erflater spaarde via een pensioenspaarfonds, dan valt het gespaarde kapitaal binnen de nalatenschap en betalen de erfgenamen daar successierechten op.
Volgens de meest recente cijfers van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) hebben Nederlandse gezinnen gemiddeld € 49.800 aan bank- en spaartegoeden. Dit klinkt als best veel, maar komt voor een groot deel door de rijkere huishoudens die het gemiddelde flink omhoog trekken.
Volgens de gegevens van het CBS hebben particuliere huishouden in Nederland gemiddeld 42.300 euro aan spaargeld. Mocht je daar ver onder zitten, dan is dat niet zo gek. Het mediaan ligt met 14.900 euro namelijk een stuk lager.
10% sparen
Een gezonde buffer vraagt dus om pittig spaargedrag. Het Nibud raadt aan om elke maand 10% van uw verzamelinkomen op de spaarrekening te zetten.