U kunt de karakteristieke lekstroom bij 50 Hz alleen meten met een stroomtang die voorzien is van een doorlaatfilter met een kleine bandbreedte, die stromen bij andere frequenties verwijdert. Wanneer de belasting aangesloten (ingeschakeld) is, bevat de gemeten lekstroom de lekstroom in belastingsapparatuur.
Om de lekstroom te meten kan je een ampere meter (multimeter) tussen je aarde draad plaatsen. Je meet dan de stroom die dus via je je apparaten lekt naar de aarde. Je kan heel makkelijk meten welke apparaten er lekken door ze in of uit te schakelen.
Gemiddeld sluipverbruik
Hoeveel uw sluipverbruik van stroom gemiddeld is, hangt af van het aantal elektronische apparaten die u in huis heeft. Daarnaast heeft niet elk elektronisch apparaat sluipverbruik. Volgens Milieu Centraal zou een huishouden zo'n 450 kWh sluipverbruik aan stroom, gemiddeld per jaar hebben.
Er zijn twee methodes voor het meten van verliesstroom. Bij de ene omsluit men de aardingsgeleider met de stroombek en bij de andere omsluit men twee geleiders (of drie geleiders, eventueel met nulgeleider) tegelijkertijd (zie tekening).
Algemeen. In de meterkast van uw huis bevindt zich de groepenkast waarin de aardlekschakelaar(s) en alle afgaande groepen (automaten)zitten. Hier hoort ook een groepenkaart bij aanwezig te zijn waar u op kunt zien welke groep welk gedeelte van het huis van energie voorziet en achter welke aardlekschakelaar deze zit.
Merk je op jouw elektriciteitsfactuur een verhoogd stroomverbruik op? Dan zit je misschien met een stroomlek. Elektrische huishoudtoestellen die veel verbruiken, liggen vaak aan de basis van zo'n stroomlek.
In welk apparaat zit de aardfout? Wanneer je een apparaat in huis hebt waarin een aardfout zit, zal de aardlekschakelaar omslaan. Hierdoor zit minimaal i groep geheel zonder spanning. Tijd om het betreffende apparaat op te sporen.
Elk huishouden heeft wel een aantal flinke stroomvreters. Van veel apparaten weten we dat ze veel stroom verbruiken, maar er zijn ook stiekeme stroomvreters. Een aantal voorbeelden die vaak genoemd worden zijn een miniboiler, een uitgebreide decoder of wat dacht u van een slecht geisoleerde kokend waterkraan.
Allereerst dit: met een multimeter is niet te controleren of de aarde goed is. Je kunt wel controleren of de aarde is aangesloten, maar of deze goed is kan alleen met een speciale meter worden gemeten.
Je kan wel een indicatie meting doen met een multimeter. In de meterkast zit een ongeïsoleerde leiding van meterkast naar hoofdaardrail. Als je aan die leiding een lange draad knoopt en dan die draad ook aan je multimeter dan kan je kijken of de aarde in de MK ook op de wcd-en en aansluitpunten aangesloten is.
In de ideale situatie heeft aarding een weerstand van 0 Ohm. Omdat dit echter nooit helemaal te realiseren is, mag dat vanuit veiligheidsoverwegingen maximaal 30 Ohm zijn.
Ik meet bij een kennis tussen nul en aarde 50V en tussen fase en aarde 180V. Tussen de fase en nul normaal 220V.
1) Stop de stekker in het stopcontact. 2) Stop de stekker andersom in het stopcontact. Slaan bij beide test de aardlek door, dan is hij goed beveiligd. Brandt de lamp bij 1 van de 2 tests je lamp, dan is je aarde verkeerd aangesloten!
Een lekstroom kan ontstaan door een beschadiging of een defect in een elektrisch apparaat waardoor onverwachts spanning op het gehele apparaat komt te staan. Hierdoor loopt er stroom weg via de aarde met als gevolg dat er meer stroom ingaat dan dat er uitgaat. Dit geldt alleen voor een geaard apparaat.
Plaats de positieve en negatieve sondes van de Megger op de twee geleiders of terminals tussen welke u de isolatieweerstand test. Als u isolatieweerstand tegen de grond probeert, plaatst u de positieve sonde op de gronddraad of de geaarde metalen verbindingsdoos en de negatieve sonde op de geleider of de aansluiting.
Bij een lekstroom:
Je apparaat lekt water in de elektronica (koffiezetapparaat, waterkoker, wasmachine etc.) Elk apparaat heeft een lekstroom. Als deze waarde te groot wordt door defect of doordat heel veel groepen op dezelfde aardlekschakelaar zijn aangesloten, kan deze uit veiligheidsoverweging uitschakelen.
Lekstroom is gevaarlijk omdat zaken onder stroom staan die niet onder stroom mógen staan. Bijvoorbeeld een vloer die onder water staat, een lamp, een metalen behuizing van een wasmachine, of een koffiezetapparaat. Als je in het water gaat staan, of een lamp aanraakt, kan je geëlektrocuteerd worden.
Dit kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan bedrading versleten zijn, een stopcontact kortsluiting geven, de hoofdzekering kapot zijn of een algehele stroomstoring bij de aanbieder zijn.
Verbruik van oud model koelkast kan oplopen tot ruim 550 kWh per jaar (€ 120,-); oud model vriezer verbruikt al gauw 360 kWh (€ 80,-). Een groot plasmascherm (niet veel voorkomend) verbruikt zo 420 kWh (€ 90,-). Alternatief: lcd-tv (€ 35,-) of led-tv. Jaarlijks verbruikt een vaatwasser circa 305 kWh (€ 65,-).
Stroomverbruik tv per uur berekenen
Uw tv verbruikt 66 kWh per 1.000 uur. Om het aantal kWh per uur te berekenen, deelt u 66 door 1.000 uur. Dus: 66 kWh / 1.000 uur = 0,066 kWh per uur. Als u weet hoeveel kWh uw tv per uur verbruikt, kunt u de energiekosten per uur makkelijk berekenen.
Sluipverbruik meten
Hoe kom je erachter welke apparaat stroom verbruikt in de stand-by modus? Dat kun je eenvoudig meten met een energiemeter. Steek de meter in het stopcontact bij het apparaat waarvan je het verbruik wilt meten en je ziet op het display direct hoeveel watt het apparaat op dat moment verbruikt.