draai je hoofd om en maak geen oogcontact. laat geen boosheid blijken door je manier van doen of je gebaren. doe alsof je druk met iets bezig bent of loop de kamer uit. zorg ervoor dat het ongewenste gedrag van je kind geen materiële beloning of een beloning in de vorm van een activiteit oplevert.
Vaak zie je dat kinderen thuis negatieve aandacht gaan vragen als ze zich vervelen en geen échte aandacht krijgen. Dan gaan ze negatieve aandacht vragen door negatief gedrag te vertonen en door ruzie te maken. Belangrijk is dus om in ieder geval zelf het voortouw te nemen met voldoende positieve aandacht.
Een gedragsprobleem kan komen door een gedragsstoornis, maar kan ook een combinatie zijn met een ander probleem, zoals ADHD, autisme of een hechtingsprobleem. Ook kan een gedragsprobleem vaak niet aan een diagnose worden gekoppeld. Een kind heeft boze buien, moeite met luisteren, zit niet lekker in zijn vel.
Als je kind brutaal is of opstandig doet, blijf dan rustig. Je stem verheffen of schreeuwen helpt niet. Als je je kind zijn zin geeft, beloon je het gedrag en gaat je kind het vaker doen. Als je kind is afgekoeld, is het belangrijk dat je met je kind over het gedrag praat.
We spreken van gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. het kind, de ouders of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden.
Negatieve reacties zonder aandacht voor wat een kind goed doet, helpen meestal niet om het gedrag te veranderen. Probeer samen één lijn te trekken in het reageren op lastig gedrag, bijvoorbeeld met leerkrachten of mensen uit de buurt. Hoe eerder je kind leert wat wel en niet kan, hoe beter.
Het begint met goed kijken en luisteren, zonder te oordelen over wat je hoort en ziet. Het is niet eenvoudig, maar hoe vaker je ermee oefent hoe makkelijker en sneller je het achterliggende gevoel of de intentie van je kind kan zien. Observeer, kijk naar je kind, zonder meteen in te grijpen.
Negeren als vorm van emotioneel misbruik
Wanneer een ouder het kind vaak en voor een lange tijd negeert, onttrekken ze zich uit deze relatie. Het kind zal zich verlaten, afgewezen, machteloos, ongewenst, onbemind en gefrustreerd voelen.
Je kind wil steeds meer zelf doen en bepalen. Maar dat lukt of mag niet altijd. Ook kan je kind zijn gevoelens nog niet goed uiten door te praten. De frustratie over iets wat je kind nog niet lukt of mag kan zich uiten in boos, brutaal en opstandig gedrag.
Misschien werd je thuis genegeerd of werd niet gezien wat jij allemaal goed deed en werd de focus op het negatieve gelegd. Op die manier leer je, niet eens echt bewust, dat je aandacht kunt krijgen als je tegen de regels ingaat en dingen doet die niet passend zijn in bepaalde situaties.
Gedragsproblemen zijn niet aangeboren, maar worden veroorzaakt door de omstandigheden. Mogelijke oorzaken voor gedragsproblemen zijn een niet-stabiele opvoeding of het meemaken van ingrijpende gebeurtenissen zoals geweld of seksueel misbruik. Gedragsproblemen kunnen voorkomen bij kinderen en bij volwassenen.
Een gedragsstoornis is een psychische stoornis bij kinderen. Kinderen met een gedragsstoornis vertonen voor langere tijd afwijkend en zeer lastig gedrag. Alle kinderen hebben weleens een periode waarin ze zich opstandig, boos, dwars en agressief gedagen.
ODD en CD vallen onder de zogenaamde agressieve gedragsstoornissen. Kinderen met ODD (opstandig gedrag) zijn met regelmaat ongehoorzaam, driftig, zoeken ruzie en zijn snel gefrustreerd. Kinderen met CD (normoverschrijdend gedrag), pesten, bedreigen en intimideren en hebben een gebrek aan respect voor anderen.
Als een kind of een jongere minimaal 6 maanden lang opstandig, negatief, vijandig en zelfs gewelddadig gedrag vertoont wordt dit gedefinieerd als een gedragsstoornis. De twee belangrijkste gedragsstoornissen zijn de ODD (oppositional defiant disorder) en CD (conduct disorder).
Wanneer een kind een grote mond geeft dan mag je dit nooit negeren of accepteren. Ook al zegt hij of zij misschien iets uit boosheid of onmacht; je moet laten weten dat je het gedrag niet accepteert. Jij bepaalt als volwassene wat de grens is en dit moet je duidelijk en zo emotieloos mogelijk aangeven.
Meest voorkomende gedragsstoornissen:
ADHD. ODD/oppositioneel opstandige gedragsstoornis. CD / antisociale gedragsstoornis. Agressie en woede uitbarstingen.
Als hij of zij echt een leugen heeft verteld, geef hen dan een manier om die leugen terug in te trekken. Praat daarna over wat er gebeurd is, en wat ze de volgende keer kunnen doen als ze in de verleiding komen om te liegen. Zoek de reden achter de leugen. Dat is een cruciaal deel van het gesprek.