Hoe meer aantrekkingskracht de planeten van de zon ondervinden, hoe sneller ze rond de zon draaien. De middelpuntvliedende kracht die zo wordt opgewekt, is even groot maar tegengesteld aan de aantrekkingskracht die door de zon wordt uitgeoefend. En zo blijven de planeten hun baantjes rond de zon draaien.
In werkelijkheid maken de planeten geen vreemde beweging. Ze draaien allemaal rond de Zon maar ons perspectief op hun beweging verandert. De Aarde beweegt sneller rond de Zon dan de buitenplaneten. Hierdoor bevindt er zich dus een punt in onze beweging waarin we de buitenplaneten voorbijgaan.
Alle planeten van het zonnestelsel draaien in een vlak dicht bij hetzelfde vlak, het zogenaamde eclipticavlak, rond de zon. Hoewel alleen de Aarde op het eclipticavlak beweegt, zijn de banen van de andere planeten slechts enkele graden gekanteld ten opzichte van dit vlak.
De Aarde draait in een licht excentrische baan rond de Zon. Eén rondgang (een siderisch jaar) duurt ongeveer 365,25636 dagen. Daardoor lijkt de Zon vanaf de Aarde gezien ten opzichte van de sterren met ongeveer 1° per dag naar het oosten te bewegen.
Neptunus heeft maar liefst 165 jaar nodig om één keer om de zon te draaien. Op 12 juli 2011 had Neptunus een volledige omloop rond de zon gemaakt sinds de ontdekking van de planeet in 1846.
Mercurius is de eerste en kleinste planeet in ons zonnestelsel gezien vanaf de zon. Van alle planeten draait Mercurius het snelst rond de zon.
Door de zwaartekracht valt niet alleen alles op aarde naar beneden, zij zorgt er ook voor dat de maan om de aarde draait en de planeten rond de zon. De zwaartekracht van de zon trekt aan de aarde en zorgt ervoor dat de aarde een kromme baan volgt en om de zon blijft cirkelen.
Gedurende de ochtend/middag draait de zon van het oosten naar het zuiden en draait de schaduw vanuit het westen naar het noorden t.o.v. het object. Richting de avond draait de zon van het zuiden naar het westen, de schaduw t.o.v. het object draait dan van het noorden naar het oosten.
De planeet in ons zonnestelsel die het verst weg staat is Neptunus. Als je vanaf de zon reist duurt het heel lang voordat je er bent. Je komt dan eerst langs de zeven andere planeten in ons zonnestelsel. Neptunus is wel 57 keer zo groot als de aarde.
Uranus draait zijn rondjes op ruim 2,8 miljard kilometer van de zon. Daarom is het er hoog in de wolken 214 graden onder nul. De planeet draait heel langzaam en moet een lange weg afleggen. Een volledige omloop duurt wel 84 jaar.
Venus draait in wijzerszin vanop haar noordpool bekeken, wat betekent dat de Zon in het Westen opkomt. Men heeft het over retrograde rotatie (in tegengestelde richting ten opzichte van de Aarde en de meeste andere planeten van het Zonnestelsel).
Het zonnestelsel beweegt met een snelheid van ongeveer 220 km/s in 225-250 miljoen jaar in een vaste baan om het centrum van de Melkweg. Een theorie onder wetenschappers is dat de route die de Zon door spiraalarmen in de Melkweg volgt bijdraagt aan de periodieke massale uitsterving van leven op aarde.
Acht planeten draaien rondjes rond de zon. Je kan hun volgorde onthouden met het ezelsbruggetje 'Maak Van Acht Meter Japanse Stof Uw Nachthemd'.
Een planeet is een hemellichaam dat zich om een ster beweegt.
Aantrekkingskracht. De planeten blijven in een mooie baan om de zon heen omdat ze vastgehouden worden door de aantrekkingskracht van de zon. Doordat de aarde om de zon heen draait en vastgehouden wordt door de aantrekkingskracht valt de aarde niet naar beneden.
De evenaar staat precies tussen het noordelijk en het zuidelijk halfrond in, dus moeten de dagen en de nachten daar wel even lang zijn. En in de buurt van de evenaar zijn de verschillen in daglengte veel kleiner dan bij ons.
Die aarde draait om zijn as en dat doet hij tegen de klok in oftewel in oostwaartse richting. Daarom zien wij 's ochtends de zon opkomen in het oosten en zien we hem 's avonds in het westen weer ondergaan. Doordat die aarde draait zit er ook steeds een ander gedeelte in het licht.
De aarde draait om de zon
Het is echter zo dat de zon niet beweegt, maar de aarde. De aarde draait namelijk iedere dag geheel om zijn as. Daarnaast draait de aarde in een jaar tijd om de zon heen. Deze verplaatsing van de aarde zorgt ervoor dat de zon iedere dag op een ander tijdstip opkomt.
Terwijl de aarde haar rondje draait wijst ze steeds met een andere kant naar de maan, en hiermee trekt de maan het water steeds een andere kant op. Dit geeft aanleiding tot de getijden, met een cyclus van 12 uur. De aarde draait om de zon in zo'n 365.25 dagen.
De aarde draait in ongeveer 365 dagen om de zon heen. Dit noemen wij een jaar. Omdat de aarde er eigenlijk iets meer dan 365 dagen over doet, hebben wij één keer in de vier jaar een schrikkeljaar. Ondertussen draait de aarde ook om zijn eigen as.
De maan staat zo'n 400.000 km van de aarde, en draait in een kleine maand om de aarde heen. We zien de maan omdat deze het licht van de zon weerkaatst. Afhankelijk van waar de maan staat in haar rondje om de aarde, zien we een hele, halve of kleine maan.
De temperatuur kan oplopen tot 465 graden Celsius en daarmee is Venus de heetste planeet in het zonnestelsel. Omdat Venus de planeet is die het dichtst bij de aarde staat, is er veel onderzoek naar gedaan. Tientallen onbemande ruimtemissies zijn er al naar Venus gegaan.
Rond de zon draaien negen planeten, inclusief de aarde. Of eigenlijk acht, want Pluto wordt tegenwoordig beschouwd als dwergplaneet. Vier van deze planeten zijn goed met het blote oog te zien: Mars, Jupiter, Saturnus en Venus.
Jupiter is de grootste planeet in ons zonnestelsel
De planeet heeft een doorsnede van 69.911 kilometer en is daarmee elf keer zo breed als de aarde.