Wat staat er in het zorgplan? In het zorgplan leg je de voorkeuren, vragen, behoeften of doelen van de cliënt vast. Hierbij heb je als zorgverlener niet alleen aandacht voor de persoonlijke verzorging maar kijk je naar alle aspecten die belangrijk zijn voor kwaliteit van leven van een cliënt.
In het zorgplan staan de afspraken die u maakt met uw zorgaanbieder over de invulling van de zorg. Die zorg moet passen bij uw eigen situatie en uw behoeften. Een zorgplan wordt ook wel zorgleefplan of ondersteuningsplan genoemd.
Het zorgleefplan vermeldt de indicatie, een beeld van de zorgvraag, de reële zorgbehoefte en de afgesproken zorg. Daarnaast worden doel, inhoud en tijdstip van de zorg en ondersteuning vastgelegd.
Het individuele zorgplan (IZP) ondersteunt het werken met duidelijke doelen en afspraken. Het zorgplan maakt duidelijk wat is afgesproken tussen zorgverleners en de patiënt in de taal van de patiënt. Het maakt inzichtelijk wie wat doet en wie waarvoor verantwoordelijk is.
Voorbeeld eenvoudig individueel zorgplan
Op de voorkant staan mogelijke gespreksonderwerpen, zoals voeding, alcohol en stress. Op de achterkant staan 5 vragen over wat voor de cliënt belangrijk is (behoeften), gesprekspunten, doelen, acties en evaluatie.
Sinds 1 januari 2008 is het wettelijk verplicht om met elke cliënt een zorgplanbespreking te houden. De verzorgings- en verpleeghuizen en de thuiszorg moeten verplicht een zorgplan opstellen in overleg met de cliënten.
Het zorgleefplan is geordend volgens vier levensdomeinen. - Woon- en leefomstandigheden; - Participatie; - Mentaal welbevinden; - Lichamelijk welbevinden en gezondheid.
Het begrip 'zorgplan' omvat alle aspecten van zorg verleend door een instelling, inclusief persoonlijke wensen van de patiënt. Voor het opstellen van dit plan en het bespreken met de patiënt of diens vertegen woordiger bij een verblijf langer dan drie maanden is de instelling verantwoordelijk.
Formuleer het zorgdoel vanuit de cliënt. De zin begint dan altijd met 'Meneer' of 'Mevrouw'. Daarna volgt datgene wat je samen met de cliënt wilt bereiken. De formulering moet aangeven wat de cliënt en jij samen willen bereiken.
Een verpleegplan ziet er als volgt uit: Anamnese (gegevens verzamelen). Diagnose stellen. Beoogde resultaten formuleren (verwachte resultaten plannen).
De zorgvraag is door de cliënt zelf of door zijn omgeving geuite zorgbehoefte. Zorgverleners zien de zorgvragen van cliënten veranderen.
Eén verzorgende die in de nacht verantwoordelijk is voor vijftig bewoners, twee verzorgenden overdag op dertig bewoners… regelmatig spreken zowel verzorgenden ig als cliënten en familieleden hun zorgen uit over de minimale bezetting in verpleeghuizen, en de stress en het verantwoordelijkheidsgevoel dat dit met zich ...
Je moet met je aanvraag een budgetplan meesturen. In een budgetplan leg je uit hoe je je pgb wilt besteden. In een persoonlijk plan beschrijf je je beperkingen, en welke zorg je nodig hebt. In een zorgmomentenoverzicht staat wanneer je zorg nodig hebt en hoelang.
Hoe vaak je een zorgleefplan evalueert, is afhankelijk van de cliënt en hoe snel diens zorgbehoeftes veranderen. Meestal wordt in verpleeghuizen twee keer per jaar officieel geëvalueerd, dit is conform het Kwaliteitsdocument voor de ouderenzorg (VVT) 2013.
Samen met hun directe collega's bieden zij zorg 'volgens afspraak'. Ook collega's van andere disciplines en andere organisaties , bijvoorbeeld casemangers dementie, fysiotherapeuten, huisartsen of activiteitenbegeleiders, worden bij die afspraken betrokken.
Woont u in een zorginstelling? Dan moet er voor u een zorgplan zijn. Dat staat in de Wet langdurige zorg (Wlz). Een zorgplan heet ook wel een (zorg)leefplan of ondersteuningsplan.
Het model Zorgleefplan Verantwoorde zorg is bestemd voor de medewerkers die rechtstreeks betrokken zijn bij de cliëntenzorg. Het is een instrument waarmee zij verantwoorde zorg in de dagelijkse praktijk kunnen verankeren.
Methodisch werken bevat een aantal stappen: verzamelen van informatie, vaststellen van behoeften en problemen, vaststellen van doelen, vaststellen van en plannen van activiteiten, uitvoeren van de activiteiten volgens planning, evalueren en zo nodig bijstellen van de zorg en ondersteuning.
De richtlijn maakt duidelijk uit welke onderdelen de verslaglegging moet bestaan, wat wel en niet genoteerd moet worden op welke manier. Ook behandelt de richtlijn de rechten en plichten van de cliënt en de plichten van de hulpverlener. Bij de richtlijn is een praktische samenvattingskaart ontwikkeld.