Insecten zoals kakkerlakken hebben een open bloedsomloop. Het bloed stroomt dan vrij door het lichaamsweefsel en heeft niet veel druk nodig om vooruit te kunnen worden gepompt.
Bloedzuigers hebben net als mensen ijzer in het bloed, maar hun bloed is niet zo dik. Hierdoor kleurt het groen. Kakkerlakken hebben zelfs oranje bloed. En het bloed van pindawormen is roze!
Het glanzende, slijmerige laagje werkt afstotelijk. Dat we niet alleen schrikken van kakkerlakken, maar ook van ze walgen, ligt onder meer aan het uiterlijk van de beesten. Naast de poten, haren en voelsprieten werkt met name het glanzende, slijmerige laagje over hun lijf nogal afstotelijk.
Kakkerlakken beten lijken op muggenbeten, maar ze zijn wat groter. De plek van de beet wordt rood en zwelt wat op. Krab je aan de beet? Dan kan de zwelling toenemen.
Je maakt gewoon een sopje van zeep en water wat dun genoeg is om met een plantenspuit te verstuiven. Dit goedje spuit je over de kakkerlakken, vooral over het hoofd en de buik. Een aantal druppels kunnen de kakkerlak al doden.
Als je één kakkerlak ziet, betekent dat helaas dat er waarschijnlijk meer zijn. Veel meer. Kakkerlakken verstoppen zich in scheuren en spleten in de buurt van voedselbronnen, en ze leven in groepen.
Als u wel een kakkerlak doodtrapt met een ei pakketje is de kans zeer minimaal dat de eitjes nog in takt zijn. Ook eitjes die in theorie onder uw schoenen kunnen blijven plakken zullen dit niet overleven. Vanzelfsprekend is het wel verstandig achtergelaten eipakketjes te verwijderen.
Kakkerlakken zijn vooral 's nachts actief. Overdag vluchten ze weg van licht en verbergen ze zich meestal in donkere, warme en vochtige ruimten, naden en kieren. Ze houden van temperaturen van 20 tot 30°C en voldoende vochtigheid.
De Duitse kakkerlak en de oosterse kakkerlak kunnen niet vliegen. De eerste soort kan bij heel warm weer wel zweven. De Amerikaanse kakkerlak daarentegen kan wel vliegen, maar doet dit zelden. Zie je dus een vliegend insect in huis?
Kakkerlakken bewegen zich voort met hun krachtige poten. Hiermee kunnen de kakkerlakken zeer goed sprinten en zelfs springen. Kenmerkend aan de Duitse kakkerlak zijn de donkere strepen op het halsschild en lange antennes die veel in beweging zijn.
Waarschijnlijk heb je weleens gehoord dat je een kakkerlak nooit mag doodtrappen. Bij het doodtrappen van kakkerlakken zou er namelijk een geur vrijkomen die andere kakkerlakken aantrekt. Daarnaast zouden bij het doodtrappen een heleboel eitjes vrijkomen, welke enkele maanden later uitkomen. Dit is een fabel!
Kakkerlakken kiezen donkere, warme, vochtige en goed verstopte plekken uit om hun eipakketjes te leggen. Ze zoeken naar kieren of spleten en openingen die moeilijk bereikbaar zijn voor een mens. Kakkerlakken moeten veel water drinken en kiezen dus graag een plekje uit in de buurt van waterleidingen of riolering.
Over het algemeen komen kakkerlakken je huis binnen omdat ze op zoek zijn naar fijne schuilplaatsen die, als het even kan, ook nog in de buurt liggen van plekken waar wat te eten valt. Het gebeurt ook wel eens dat kakkerlakken met mensen meereizen uit verre, exotische oorden, in de koffer.
Alle gewervelde dieren hebben rood bloed. Hetzelfde geldt voor zoogdieren, vogels, reptielen en vissen. Maar bij de ongewervelde dieren zijn er soorten die geen rood bloed hebben, zoals wormen en inktvissen. Dat komt doordat deze dieren andere eiwitten dan hemoglobine gebruiken voor het transporteren van zuurstof.
Er zijn voldoende voorbeelden op het internet te vinden die Dubia-kakkerlakken voeren aan hun dieren: zoals aan kikkers, Schorpioenen, tarantulas sommige insectenetende vogels, (waaronder kippen) salamanders enz. Een dubia kakkerlak is een insect en alle dieren die insecten eten, kunnen ze dus eten.
Door de snelle voortplanting van dit ongedierte kan er heel snel een kakkerlakkenplaag ontstaan. Vrouwtjes kakkerlakken dragen een eipakket van zo'n 30 eitjes. De nimfen die hieruit komen zijn na 5 vervellingen volwassen en gaan zich ook direct voortplanten.
Kakkerlakken zijn oud.
Nou ja, ze worden niet erg oud, de gemiddelde levensduur van een Amerikaanse kakkerlak is ongeveer een jaar, maar deze insecten bestaan al heel erg lang. Het PennState College of Agricultural Science heeft bewijs gevonden dat kakkerlakken al meer dan 300 miljoen jaar bestaan.
Kakkerlakken kun je ook ruiken, al heb je er wel een geoefende neus voor nodig. Ze verspreiden geur om met elkaar te communiceren. Om elkaar te roepen, elkaar te 'versieren' of om elkaar te waarschuwen voor gevaar. De geur die de beestjes verspreiden is wat weeïg en zoet als van iets dat al een poosje ligt te rotten.
Bovendien zijn kakkerlakken uitstekende klimmers. Dankzij een soort zuignapjes op hun poten kunnen kakkerlakken verticaal naar boven klimmen en zelfs ondersteboven lopen.
De kakkerlak heeft kannibalistische neigingen als het voedselaanbod schaars is. Natuurlijke vijanden: o.a. kikkers, hagedissen, slangen, spinnen, mieren.
Kakkerlakken komen naar binnen als ze voedsel ruiken. Onderzoek heeft uitgewezen dat kakkerlakken vaak in groepen op voedselbronnen afgaan. In ieder huis zitten wel kleine kieren en spleetjes, cv-leidingen en ventilatiekanalen. Hier kunnen de kakkerlakken met gemak doorheen.
Kakkerlakken dragen vele bacteriën, schimmels en virussen met zich mee. Onderzoek heeft uitgewezen dan op een kakkerlak soms wel 40 ziekte verspreidende bacteriën meeliften waaronder Polio, E. coli, salmonella en shigella (dysentrie bacteri). Kakkerlakken eten zowel gewoon eten als uitwerpselen.
Ze kunnen zeer hard lopen en kunnen snelheden van meer dan 5 km/u behalen. Hiermee zijn ze de op twee na snelste loper onder de insecten. Enkele soorten kunnen vliegen. Kakkerlakken zijn alleseters.
Warme en donkere plekken
Kakkerlakken zijn 's nachts actief. Ze zijn op zoek naar vochtig en zoet voedsel. Vinden ze dat niet, dan eten ze ook afval, huisstof, vetvlekken of zelfs textiel en papier. Overdag verschuilen kakkerlakken zich op warme donkere plekken, bij voorkeur achter de koelkast in de keuken.
Plaats een vochtige dweil
Leg, in de avond, een natte dweil op de keukenvloer. Kakkerlakken houden van vocht, dus de kans is aanwezig dat ze 's nachts in de dweil kruipen. De volgende morgen veeg je de beestjes op: met dweil en al. Trap ze vervolgens dood en verpak de lijkjes in plastic zakjes.