Bij de geboorte vormen de voorhuid en de eikel van de penis nog een geheel. In de eerste jaren raakt de voorhuid los van de eikel. Dit gebeurt vanaf 3 jaar. Probeer niet zelf de voorhuid los te maken en maak alleen de plekken schoon waar je bij kunt.
Bij de geboorte zijn de eikel en de voorhuid namelijk met elkaar vergroeid. In de loop van de peuterleeftijd komen de voorhuid en de eikel vanzelf los van elkaar.
De voorhuid komt vanzelf los. Bij veel jongens als ze 4 jaar zijn. Maar soms ook pas als ze 10 jaar zijn. Tot het 10e jaar is het dus normaal dat de voorhuid niet terug geschoven kan worden.
Baby's kunnen al erecties krijgen. Die kunnen met seksuele gevoelens gepaard gaan. Maar baby's hebben er geen seksuele fantasieën bij, volwassenen wel. Jongens (vanaf zes maanden) en meisjes (vanaf negen maanden) pakken hun geslachtsdelen vast.
Na de geboorte hebben jongens twee zaadballen in hun balzak. Soms vindt er geen indaling plaats of daalt er maar een zaadbal in. De andere blijft dan achter in de lies of in de buikholte. Dit kan later problemen opleveren met de vruchtbaarheid.
In de eerste zes maanden kan het balletje alsnog vanzelf indalen in de balzak. Op de leeftijd van 1 jaar komt NST bij ongeveer 2% van de jongentjes nog voor. Wanneer het vanzelf indalen na 6 maanden nog niet is gebeurd, volgt een verwijzing naar de kinderuroloog.
Ongeveer een maand voor de geboorte zijn de testikels via de lies in de balzak (scrotum) ingedaald. Normaal gesproken heeft een jongetje bij de geboorte dan ook beide zaadballen in zijn balzak. Soms blijft indaling achterwege. Eén of beide zaadballen blijven dan in de buik of lies zitten.
Jongetjes kunnen een stijf piemeltje krijgen bij het verschonen. Een erectie is voor jonge kinderen een natuurlijk reflex waarover het lichaam geen controle heeft. Deze fysieke reactie heeft dus nog weinig te maken met seksuele gevoelens.
Seksueel gedrag tussen kinderen onderling
Seksuele ervaringen, seksueel gedrag of contact tussen kinderen onderling komt regelmatig voor bij kinderen tussen zes en twaalf jaar. Het tonen, aanraken en onderzoeken van de geslachtsdelen met een ander kind neemt vanaf het tiende/elfde jaar af.
Gemiddeld hebben jongens de eerste gevoelens van seksuele opwinding als ze 13,4 jaar zijn. Voor meiden is dit bijna twee jaar later, met 15,1 jaar. De meeste pubers zeggen nog niet toe te zijn aan seks. Dat geldt voor meiden iets vaker dan voor jongens.
De voorhuid is een rekbaar stukje huid dat over de punt van de penis (de eikel) zit. Bij elke man ziet de voorhuid er anders uit. De een heeft bijna geen voorhuid, de ander heeft een langere voorhuid. Artsen noemen een strakke voorhuid meestal een nauwe of vernauwde voorhuid.
Bij een Spaanse kraag kunt u de volgende klachten krijgen: Uw eikel en voorhuid worden dikker. Het lukt u zelf niet meer om de voorhuid naar voren te schuiven . Het uiteinde van uw penis is pijnlijk.
Tot aan de leeftijd van tien tot twaalf jaar is de voorhuid soms verkleefd aan de eikel. Hierdoor kan het 'velletje' niet teruggetrokken worden, waardoor de eikel niet helemaal vrij komt. Dit komt vaker voor bij jongens op die leeftijd en behandeling is dan ook niet nodig.
Wanneer een jongen besneden is, heeft hij geen voorhuid meer, of een stuk minder voorhuid. De eikel is dan bloot, als een kale knots. Als je onbesneden bent hoef je niks te doen met je voorhuid als je seks gaat hebben. Wanneer je naar binnen gaat of als je het condoom omdoet verschuift je voorhuid vanzelf.
Als de verkleving van het binnenblad met de glans los is en het soms wat langere buitenblad nog wat nauw is aan de top, kan de voorhuid opbollen tijdens de mictie, het balloneren. Dit ballonplassen is een vrij normaal beeld bij jonge jongens.
De vernauwing in de voorhuid belemmert de uitstroom van urine. Dit leidt tot opbollen of 'balloneren' van de voorhuid bij plassen. Door de vernauwing kan urine achterblijven tussen voorhuid en eikel. Daardoor ontstaat een ontsteking of 'balanitis' van de eikel en voorhuid.
plotselinge wisselingen in de stemming van het kind: ongelukkig zijn, boos zijn of plotseling teruggetrokken gedrag; vrees voor bepaalde mensen of plekken, bijvoorbeeld: het kind wil niet alleen gelaten worden met een oppas, huisvriend of familielid; een ouder kind dat zich gedraagt zoals een jong kind.
Het aanraken van de geslachtsdelen gebeurt in het eerste levensjaar vooral toevallig. Vanaf een jaar kan je baby bewust met de geslachtsdelen gaan spelen. Zowel jongens- als meisjesbaby's raken hun geslachtsdelen aan. Meisjes vaak iets later en iets minder vaak.
Wat is de cognitieve ontwikkeling van een peuter? Met cognitieve ontwikkeling bedoelen we dat je peuter zich ontwikkelt in het denkvermogen. Dus begrijpen, onthouden, redeneren en denken. We noemen dit ook wel de ontwikkeling van de intellectuele vaardigheden.
De seksuele ontwikkeling van jonge kinderen
Vanaf zes maanden beginnen ze hun eigen lichaam te verkennen en raken ze ook toevallig hun geslachtsdelen aan. Jongetjes kunnen een erectie krijgen. Ook meisjes ontdekken dat het fijn is om hun geslachtdeel aan te raken en doen al vanaf negen maanden bewust.
Als beide zaadballen verwijderd zijn, maakt u niet meer voldoende testosteron aan. Door een testosterontekort kunt u last krijgen van verschijnselen zoals minder zin in seks, erectieproblemen en een vrouwelijke vetverdeling. Het testosterontekort kan gelukkig aangevuld worden.
De overgrote meerderheid (80%) van de jongetjes tussen de 1 en 11 jaar kan door middel van een spierreflex (cremaster) de volledig normaal ingedaalde testis uit het scrotum in het lieskanaal laten verdwijnen. Dit fenomeen komt vooral voor bij jongentjes van 5 en 6 jaar oud en is normaal.
Bel direct de huisarts of huisartsenpost als je opeens heftige pijn in je balzak hebt. Dit kan komen door een gedraaide bal. Vaak ben je ook misselijk, duizelig of moet je overgeven. Je moet direct geopereerd worden.
Soms lijkt het alsof een bal niet is ingedaald, maar kan hij wel gemakkelijk in de balzak worden geduwd. Hierbij schiet hij niet meteen terug. Dit wordt een retractiele testis of pendelbal genoemd. Een pendelbal moet wel gecontroleerd worden maar hoeft niet behandeld te worden.
Omdat een niet-ingedaald balletje na de leeftijd van zes maanden niet meer vanzelf indaalt, wordt een operatie al op jonge leeftijd uitgevoerd, bij voorkeur in het eerste levensjaar. Door het balletje in de balzak te plaatsen kan het zich optimaal ontwikkelen.