Het 'recht' op uitzicht dat woningeigenaren of pandeigenaren denken te kopen en te bezitten, sneuvelt meestal bij de Raad van State.Die stelt dat er geen recht op uitzicht is. Wel moet er bij bouwplannen rekening gehouden worden met de bestaande situatie zoals vrij zicht, maar het is niet afdwingbaar.
Normaal gesproken heeft u een eigen risico van 2 % van de totale waarde van de woning. Dus als uw huis € 200.000 waard is en uw planschadevergoeding is € 20.000, dan krijgt u een vergoeding van € 20.000 min de 2% waarde van de woning.
Dit contract bepaalt dat de projectontwikkelaar de uitgekeerde of geraamde planschade aan de gemeente vergoedt. Daarnaast kan men in een exploitatieplan bepalen dat de kosten van planschade worden omgeslagen over alle eigenaren in het exploitatiegebied die grond bebouwen.
Verzoek om schadevergoeding indienen
Een planschadeprocedure kan enkele jaren duren. De indientermijn is vijf jaar, gerekend vanaf het moment dat de oorzaak van de schade onherroepelijk is geworden.
Bij de bepaling van de planschade moet dus de bestaande mogelijkheden als het ware worden 'afgetrokken' van de nieuwe mogelijkheden. Het nadeel dat per saldo overblijft is de planschade. De gemeente schakelt hiervoor een deskundige in.
U betaalt ook de kosten voor het aanpassen van het bestemmingsplan. Hoeveel dit is, is afhankelijk van de uren die de gemeente eraan moet besteden. Bestemmingsplannen kosten meestal tussen de €10.000,00 en € 20.000,00.
Planschade is de schade die u lijdt doordat u in een planologisch nadeliger positie bent gekomen. Er wordt bijvoorbeeld in uw directe omgeving in afwijking van de bestemmingsplanregels een snelweg aangelegd, waardoor u moet omrijden vergeleken met de oude situatie.
Wat zijn de kosten/levertijd voor een planschaderisicoanalyse? Een rapport waarmee u inzicht krijgt in de planschaderisico's kost in de meeste gevallen tussen de €1.000,00 en €2.000,00 exclusief BTW. Dit rapport kunnen we u binnen drie weken leveren. Een kortere levertijd is bespreekbaar.
Ja, in de Wet ruimtelijke ordening is vastgelegd dat een bestemmingsplan elke tien jaar opnieuw moet worden vastgesteld. Dat kan door een heel nieuw bestemmingsplan vast te stellen, maar ook door het nemen van een verlengingsbesluit.
Sinds 1 september 2005 is de Wet op de ruimtelijke ordening gewijzigd, met als gevolg dat de gemeente de planschade die ontstaat door een planologische wijziging, kan verhalen op de initiatief- nemer van het bouwplan. Strikt formeel staat de gemeente dus in haar recht.
Het betalen van een planschade vergoeding door de ondernemer aan zijn collegaonder nemers is belast met btw.
Bij directe planschade gaat het vaak om het verdwijnen van bouw- of gebruiksmogelijkheden. Bij indirecte planschade gaat het dikwijls om uitzichtschade of (toegenomen) hinder als gevolg van het nieuwe gebruik van de aanliggende gronden. Bij planschade gaat het om een vergelijking van planologische regimes.
Om beroep in te stellen moet u uw zienswijze kenbaar hebben gemaakt tijdens de ontwerpfase van de bestemmingsplanprocedure. Heeft u dat niet gedaan? Dan kunt u alleen beroep aantekenen tegen wijzigingen die de gemeenteraad heeft aangebracht ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan.
Afwijken van het bestemmingsplan is een activiteit waarvoor een omgevingsvergunning van B&W nodig is. Bij afwijken van het bestemmingsplan blijft het onderliggende bestemmingsplan onveranderd. Het herzien van een bestemmingsplan, dat iedere tien jaar moet plaatsvinden, is een bevoegdheid van de gemeenteraad.
Aan een omgevingsvergunning ligt een concreet project ten grondslag en er kunnen geen algemene regels in worden opgenomen. In een bestemmingsplan worden daarentegen regels opgenomen die voor herhaalde toepassing zijn.
Niet ondertekenen
Wanneer de aanvrager de planschadeverhaalsovereenkomst niet ondertekent, kan dit aanleiding zijn om de omgevingsvergunning te weigeren.
Voor de planschade die u heeft geleden, kunt u een vergoeding krijgen. Dit wordt een planschadevergoeding genoemd. U krijgt nooit uw volledige schade vergoed. Bij een planschadevergoeding heeft u namelijk altijd een eigen risico van 2% tot 5% van de waarde van uw woning.
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) heeft een regeling voor de schade die ruimtelijke plannen en besluiten kunnen veroorzaken. Denk bijvoorbeeld aan een waardedaling van onroerend goed. De gemeente kan aan degene die schade lijdt een tegemoetkoming geven.
Derving woongenot
Er kunnen zich verschillende omstandigheden voordoen waarbij derving van het woongenot kan worden aangenomen. Het kan zijn dat er bijvoorbeeld sprake is van geluidsoverlast, stankoverlast of dat uw huurwoning gebreken heeft. Het is belangrijk om deze gebreken op tijd te melden bij de verhuurder.
Artikel 10 [Geldend t/m 30-06-2008]
Onder grond wordt water mede begrepen. Voor het gebied van de gemeente, dat tot een bebouwde kom behoort, of voor een gedeelte daarvan, kan de gemeenteraad een bestemmingsplan, als in het vorige lid bedoeld, vaststellen.
Antwoord. Voor een bestemmingswijziging moet je een vergunning vragen aan de bevoegde overheid. Dat is in dit geval de gemeentelijke bouwdienst. Daar helpen ze je vast verder.
De plankaart lezen
Heeft u een pand of locatie op het oog, zoek deze dan op de plankaart van uw gemeente op. De kleur op de kaart geeft de bestemming aan. Bijvoorbeeld: geel is “wonen” en paars is “bedrijven”. Vervolgens kunt u in de regels lezen wat elke bestemming betekent: wat mag wel en wat mag niet op de locatie.
Voor een wijziging in het bestemmingsplan moet u een aanvraag indienen bij de gemeente. Houdt u er rekening mee dat dit een vrij moeilijke en dure procedure kan zijn. Alleen de aanvraag kost op dit moment in de meeste gemeenten tussen de 10.000 en de 12.000 euro.
Bestemmingsplanprocedure. De procedure voor het bestemmingsplan wordt vanuit het Besluit ruimtelijke ordening, de Wet ruimtelijke ordening en afdeling 3.4 Awb doorlopen. De doorlooptijd, zonder voortraject, is op basis van de wettelijke termijnen 26 tot 31 weken.
Het bestemmingsplan kan ook gewijzigd worden vastgesteld. De gemeenteraad beslist binnen twaalf weken na de termijn van terinzagelegging van het ontwerpbesluit over de vaststelling van het bestemmingsplan.