Vruchtbaarheid. Het verwijderen van 1 zaadbal heeft weinig gevolgen. Het komt zelden voor dat hierdoor de zin in seks verminderd (libidoverlies) of impotentie ontstaat. En omdat u 1 zaadbal over hebt, bent u nog steeds vruchtbaar.
Gevolgen. Het verwijderen van één zaadbal heeft weinig gevolgen en leidt zelden tot minder zin in seks (libidoverlies) of impotentie. Ook is er meestal geen blijvende invloed op de vruchtbaarheid.
Normaal gesproken heeft een jongetje bij de geboorte dus twee ballen in zijn balzak. Soms gebeurt dit niet en blijft er één bal, of zelfs beide in de buikholte of lies zitten. Wanneer dit gebeurt is er sprake van een niet-ingedaalde teelbal.
In de normale situatie heeft een man of jongen twee teelballen (testikels). Zij bevinden zich in de balzak (scrotum).
Tijdens deze operatie wordt de zaadbal teruggedraaid, waardoor er weer bloed naar de bal kan stromen.De arts zal vervolgens de bal vastzetten in de balzak. Het kan voorkomen dat er al te lang geen bloed naar de bal is gestroomd, dan kan de bal schade oplopen.
In principe is één testikel genoeg voor een normale vruchtbaarheid. Te weinig of geen zaadproductie kan aangeboren zijn, zoals bij een niet-ingedaalde testikel of door stoornissen in de hormoonproductie.
Klachten bij een gedraaide bal
De pijn wordt gevoeld in de bal. Deze zit vaak hoog opgetrokken in de balzak. De pijn straalt uit naar de lies en onderbuik.
Het verwijderen van 1 zaadbal heeft weinig gevolgen. Het komt zelden voor dat hierdoor de zin in seks verminderd (libidoverlies) of impotentie ontstaat. En omdat u 1 zaadbal over hebt, bent u nog steeds vruchtbaar.
In de balzak zitten 2 zaadballen, 2 bijballen en 2 zaadleiders. De bijballen zitten boven en achter de zaadballen. Zaadleiders zijn buisjes waar het zaad doorheen kan gaan.
"De huid van een balzak is heel flexibel en door het gewicht van de ballen rekt hij langzaam uit." Hoewel de testikels na de puberteit niet meer van grootte veranderen, kan het scrotum flink groeien door aandoeningen, zoals een cyste rond de bal of in de bijbal.
Neem de zaadballen in de palm van uw hand en let op grootte, vorm en gewicht. Het is normaal dat één van beide testikels iets groter is dan de andere.
Bij meer dan 80% van de mannen is de linkerteelbal iets kleiner dan de rechter en hangt deze lager in het scrotum. De reden of oorzaak is onduidelijk, maar deze is vermoedelijk dezelfde als van meerdere asymmetrieën in het menselijk lichaam.
scheuren (testis ruptuur): bij een scheur in het omhulsel of kapsel van de zaadbal kunnen het zaadbalweefsel en de zaadproducerende buisjes uit de zaadbal worden gedrukt. Een testisruptuur kan uiteindelijk tot verminderde vruchtbaarheid of onvruchtbaarheid leiden.
Als de zaadbal langer dan 6 uur geen bloed toevoer heeft gehad kan deze afsterven. Als de operatie te laat is dan zal de bal donkerblauw of zwart zijn en na terugdraaien niet meer roze kleuren. De bal is dan verloren en moet worden verwijderd.
Het scrotum (ook wel balzak) is, bij mannelijke, niet-testiconde zoogdieren, een onder de buik hangende huidplooi (zakje) waarin de twee teelballen (testikels) hun plaats hebben. Het scrotum bevindt zich tussen de benen, de penis en de anus.
Een derde bal is een meestal 20 tot 30 mm grote zwelling in het perineum dichtbij de zitbeenderen. Het fenomeen komt meestal voor bij fietsers hoewel ook een geval bekend is van een bestuurder van een trillende grasmaaimachine.
Plaats de duim bovenop de zaadbal en laat de zaadbal tussen de vingers doorglijden. Hierdoor is de bijbal te voelen, die zich gedeeltelijk aan de achterkant van de zaadbal bevindt.
De zaadbal wordt ook wel teelbal of testikel genoemd. Iedere man heeft twee zaadballen in de balzak (scrotum) en deze maken deel uit van de mannelijke geslachtsorganen.
De zaadballen maken het mannelijke hormoon testosteron en zaadcellen aan. Zaadcellen rijpen uit in de bijbal. Bij een zaadlozing gaan de zaadcellen naar de zaadblaasjes. Samen met het zaadvocht vormen ze sperma.
Er is sprake van een hydrocele als er vocht opgehoopt zit in de balzak (het scrotum). Bij alle mannen zit een vlies met vocht om de bal, zodat deze een beetje kan draaien. De hoeveelheid vocht kan door verschillende oorzaken toenemen, bijvoorbeeld door een infectie. Hierdoor ontstaat er een zwelling.
Voel de zaadbal voorzichtig tussen duim en wijsvinger. Doe dit met beide ballen, één voor één. Let vooral op een zwelling, een verharding of een andere verandering.
De bal kan even gedraaid zijn en vanzelf weer terugdraaien. Een operatie kan dan nodig zijn om de bal vast te zetten. Dit kan komen door een ontsteking van de bijbal.
De vruchtbaarheid van mannen met een enkelzijdig niet-ingedaalde zaadbal is meestal behoorlijk: 60-70% blijkt in staat om op de natuurlijke weg vader te worden. Bij dubbelzijdig niet-ingedaalde zaadballen is dit slechts 30%. Nog onduidelijk is of een vroegtijdige operatie de vruchtbaarheidskansen later vergroot.
Er bestaat bij jongens op jonge leeftijd nog een beschermende reflex waarbij de cremaster-spier die rondom de zaadbal ligt, de bal terug de buik in trekt. Bij onderzoek van het scrotum (balzak) kan deze beschermende reflex optreden en kan de zaadbal zich terugtrekken.
Het is wenselijk om eerst de bal tot 80-90% van de omvang op te pompen, tot de vouwen nog net zichtbaar zijn. Dan 2 uur laten rusten, dit is belangrijk voor het ABS (antiplof) systeem. Daarna kun je de bal oppompen tot de juiste omvang. Pomp de zitbal nooit groter dan de maat die op de doos staat.