De of het zwartspaarder? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zwartspaarder? Is het de zwartspaarder of het zwartspaarder? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zwartspaarder moet gebruiken is:
De zwartspaarder
Aanwijzend voornaamwoord zwartspaarder
Dit of deze zwartspaarder: deze zwartspaarder
Dat of die zwartspaarder: die zwartspaarder

Bezittelijk voornaamwoord zwartspaarder
Onze of ons zwartspaarder: onze zwartspaarder
Jouw of jou: jouw zwartspaarder

Elke of elk zwartspaarder?
Elke zwartspaarder
Gerelateerd aan zwartspaarder