De of het zwartgalligheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zwartgalligheid? Is het de zwartgalligheid of het zwartgalligheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zwartgalligheid moet gebruiken is:
De zwartgalligheid
Aanwijzend voornaamwoord zwartgalligheid
Dit of deze zwartgalligheid: deze zwartgalligheid
Dat of die zwartgalligheid: die zwartgalligheid

Bezittelijk voornaamwoord zwartgalligheid
Onze of ons zwartgalligheid: onze zwartgalligheid
Jouw of jou: jouw zwartgalligheid

Elke of elk zwartgalligheid?
Elke zwartgalligheid
Gerelateerd aan zwartgalligheid