De of het zomerkleding? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zomerkleding? Is het de zomerkleding of het zomerkleding? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zomerkleding moet gebruiken is:
De zomerkleding
Aanwijzend voornaamwoord zomerkleding
Dit of deze zomerkleding: deze zomerkleding
Dat of die zomerkleding: die zomerkleding

Bezittelijk voornaamwoord zomerkleding
Onze of ons zomerkleding: onze zomerkleding
Jouw of jou: jouw zomerkleding

Elke of elk zomerkleding?
Elke zomerkleding
Gerelateerd aan zomerkleding