De of het zoenkruis? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zoenkruis? Is het de zoenkruis of het zoenkruis? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zoenkruis moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord zoenkruis
Dit of deze zoenkruis:
dit zoenkruis
Dat of die zoenkruis:
dat zoenkruis
Bezittelijk voornaamwoord zoenkruis
Onze of ons zoenkruis:
ons zoenkruis
Jouw of jou:
jouw zoenkruis
Elke of elk zoenkruis?Elk zoenkruis
Gerelateerd aan zoenkruis