De of het zigeuner? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zigeuner? Is het de zigeuner of het zigeuner? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zigeuner moet gebruiken is:
De zigeuner
Aanwijzend voornaamwoord zigeuner
Dit of deze zigeuner: deze zigeuner
Dat of die zigeuner: die zigeuner

Bezittelijk voornaamwoord zigeuner
Onze of ons zigeuner: onze zigeuner
Jouw of jou: jouw zigeuner

Elke of elk zigeuner?
Elke zigeuner
Gerelateerd aan zigeuner