De of het ziekenhuisfactuur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord ziekenhuisfactuur? Is het de ziekenhuisfactuur of het ziekenhuisfactuur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord ziekenhuisfactuur moet gebruiken is:
De ziekenhuisfactuur
Aanwijzend voornaamwoord ziekenhuisfactuur
Dit of deze ziekenhuisfactuur: deze ziekenhuisfactuur
Dat of die ziekenhuisfactuur: die ziekenhuisfactuur

Bezittelijk voornaamwoord ziekenhuisfactuur
Onze of ons ziekenhuisfactuur: onze ziekenhuisfactuur
Jouw of jou: jouw ziekenhuisfactuur

Elke of elk ziekenhuisfactuur?
Elke ziekenhuisfactuur
Gerelateerd aan ziekenhuisfactuur