De of het zege? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zege? Is het de zege of het zege? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zege moet gebruiken is:
De zege
Aanwijzend voornaamwoord zege
Dit of deze zege: deze zege
Dat of die zege: die zege

Bezittelijk voornaamwoord zege
Onze of ons zege: onze zege
Jouw of jou: jouw zege

Elke of elk zege?
Elke zege
Gerelateerd aan zege