De of het zedenmeester? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord zedenmeester? Is het de zedenmeester of het zedenmeester? Het juiste lidwoord dat je voor het woord zedenmeester moet gebruiken is:
De zedenmeester
Aanwijzend voornaamwoord zedenmeester
Dit of deze zedenmeester: deze zedenmeester
Dat of die zedenmeester: die zedenmeester

Bezittelijk voornaamwoord zedenmeester
Onze of ons zedenmeester: onze zedenmeester
Jouw of jou: jouw zedenmeester

Elke of elk zedenmeester?
Elke zedenmeester
Gerelateerd aan zedenmeester