De of het witkoper? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord witkoper? Is het de witkoper of het witkoper? Het juiste lidwoord dat je voor het woord witkoper moet gebruiken is:
Het witkoper
Aanwijzend voornaamwoord witkoper
Dit of deze witkoper: dit witkoper
Dat of die witkoper: dat witkoper

Bezittelijk voornaamwoord witkoper
Onze of ons witkoper: ons witkoper
Jouw of jou: jouw witkoper

Elke of elk witkoper?
Elk witkoper
Gerelateerd aan witkoper