De of het winterhand? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord winterhand? Is het de winterhand of het winterhand? Het juiste lidwoord dat je voor het woord winterhand moet gebruiken is:
De winterhand
Aanwijzend voornaamwoord winterhand
Dit of deze winterhand: deze winterhand
Dat of die winterhand: die winterhand

Bezittelijk voornaamwoord winterhand
Onze of ons winterhand: onze winterhand
Jouw of jou: jouw winterhand

Elke of elk winterhand?
Elke winterhand
Gerelateerd aan winterhand