De of het winkelbel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord winkelbel? Is het de winkelbel of het winkelbel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord winkelbel moet gebruiken is:
De winkelbel
Aanwijzend voornaamwoord winkelbel
Dit of deze winkelbel: deze winkelbel
Dat of die winkelbel: die winkelbel

Bezittelijk voornaamwoord winkelbel
Onze of ons winkelbel: onze winkelbel
Jouw of jou: jouw winkelbel

Elke of elk winkelbel?
Elke winkelbel
Gerelateerd aan winkelbel